Het lijkt er sterk op dat Oostenrijk, dat zondag met 0-1 van Kroatië verloor, de prestatie van België op EURO 2000 zal evenaren: uitgeschakeld worden in de eerste ronde. Daarnaast zijn er nog opvallende raakpunten tussen Oostenrijk 2008 en België 2000.

Behalve België heeft geen enkel organiserend land van het EK het ooit slechter gedaan dan het bereiken van de halve finale. Maar de algemene verwachting bij de voetballiefhebbers luidt nu dat Oostenrijk het slechte Belgische voorbeeld zal volgen en in de eerste ronde zal worden uitgeschakeld. Afgelopen zondag miste Oostenrijk alvast zijn start: het verloor met 0-1 van Kroatië. België won acht jaar geleden wel zijn eerste wedstrijd, met 2-1 van Zweden.

Toch zijn er verschillende raakpunten tussen de Rode Duivels van 2000 en het huidige Oostenrijkse team dat al lang niet meer het Wunderteam is van in de jaren 50 van de vorige eeuw.

Sterker buurland

Op zijn eentje had Oostenrijk nooit een toernooi met de omvang van het EK kunnen organiseren. De bond heeft dan ook gemikt op een soort gedwongen huwelijk met buur Zwitserland, want dat was de enige kans om de organisatie van het kampioenschap binnen te halen. Ook daar is een parallel met België te trekken, want ons land kon voor de organisatie van het EK van 2000 enkel de UEFA overtuigen door in zee te gaan met Nederland. Oostenrijk moest trouwens het toernooi organiseren om eraan te kunnen deelnemen. Nooit eerder wist het land zich op het veld voor de eindronde te plaatsen. Het was er wel zeven keer bij op de eindronde van een WK, de laatste keer in 1998. Toen ons land Euro 2000 organiseerde, was het ook al van 1984 geleden dat het nog aan het toernooi had mogen deelnemen.

Gunstige loting

Oostenrijk moet het in groep B opnemen tegen Duitsland, Polen en Kroatië. Natuurlijk is Duitsland de toernooiploeg bij uitstek, maar de loting had voor het thuisland veel slechter kunnen uitvallen. In 2000 trok België met – naast Italië – Zweden en Turkije ook op papier haalbare tegenstanders, maar we hebben toen gezien dat dat geen garanties biedt.

Eigen stadion

Net zoals Zwitserland, dat zijn poulewedstrijden allemaal in Bazel mag spelen, kreeg ook Oostenrijk enigszins een voorkeursbehandeling aangezien het in de poules zijn drie partijen mag afwerken in het nationale stadion in Wenen. De meeste andere ploegen moeten nochtans in meerdere stadions spelen. Deze gunstmaatregel van de UEFA is niet logisch en druist in tegen de sportieve moraal. De organiserende landen hebben al het thuisvoordeel, waarom mogen ze dan ook nog eens telkens in het stadion spelen waarin ze gewoonlijk hun thuiswedstrijden afwerken? Ook België mocht op EURO 2000 drie keer aantreden in het Koning Boudewijnstadion.

Catastrofale voorbereiding

Michael Kriess kwam als onbekende Oostenrijker in het nieuws toen hij door de rechtbank in Innsbruck werd veroordeeld tot een boete van 1500 euro omdat hij op het internet een petitie had gelanceerd die de vraag moest steunen om Oostenrijk uit het toernooi terug te trekken. Hij was immers van oordeel dat het door de Oostenrijkers vertoonde spel een belediging was voor alle voetbalfans. “Heel Europa zal ons belachelijk vinden. We kunnen dus beter niet meedoen en onze plaats afstaan aan een team dat zijn kwalificatie op het terrein verdiend heeft”, verklaarde hij. Zijn petitie werd uiteindelijk door zo’n 10.000 mensen ondertekend, maar het Oostenrijkse gerecht kon er niet mee lachen en UEFA-baas Michel Platini evenmin. “Een van de stomste dingen die ik ooit gezien heb”, luidde zijn commentaar. Ondertussen hebben de Oostenrijkers de huidige lichting van hun nationale ploeg bedacht met het veelzeggende koosnaampje generation zero.

Oostenrijk verdient dan ook eigenlijk geen plaats op dit toernooi. Het land staat pas 92ste op de FIFA-ranking en 43ste op de UEFA-ranking en boekte de jongste twee jaar in alle gespeelde vriendschappelijke wedstrijden zeer slechte resultaten. Zo waren er voorspelbare nederlagen tegen Europese grootheden zoals Frankrijk, Engeland, Duitsland en Nederland, maar ook verliespartijen tegen mindere goden uit het internationale voetbal zoals Hongarije, Venezuela, Schotland en Chili en gelijke spelen tegen weinig tot de verbeelding sprekende landen als Costa Rica, Malta, Ghana en Tunesië. Ook dat doet nogal denken aan het chaotische parcours dat de Belgen op weg naar EURO 2000 aflegden, met name tot aan de vervanging van Georges Leekens door Robert Waseige: gelijke spelen tegen Luxemburg, Peru en Japan en nederlagen tegen Griekenland, Tsjechië, Bulgarije, Roemenië, Egypte en Finland. Toen zou echter niemand op het idee gekomen zijn om aan de nationale ploeg te vragen om zich terug te trekken. Integendeel, er was een laaiend enthousiasme rond het EK, terwijl in Oostenrijk iedereen er bijzonder koel op reageert. Het is alsof de Oostenrijkers denken: “We zouden beter niet meedoen en de groten onder elkaar laten uitmaken wie het best kan voetballen.”

Beperkte kern

De helft van de spelers in de kern van de Oostenrijkse nationale ploeg treedt aan in de eigen competitie. Austria en Rapid Wien, Sturm Graz, Salzburg, Mattersburg en Linz zijn de hofleveranciers, maar op het Europese voetbaltoneel stellen deze clubs niets meer voor. Vorig seizoen werd Salzburg in de derde voorronde van de Champions League uitgeschakeld door Donetsk, om vervolgens in de eerste ronde van de UEFA Cup in het zand te bijten tegen AEK Athene. Austria Wien schopte het wel tot in de poulefase van de UEFA-beker, maar werd daarin laatste. Een en ander heeft ook consequenties voor de nationale ploeg, die dus niet overloopt van ervaring. Dat belet niet dat enkele spelers van de nationale ploeg meedraaien bij clubs die tot de Europese subtop behoren: de doelmannen Jürgen Macho bij AEK Athene en Alex Manninger bij Siena; de verdedigers Györgi Garics bij Napels, Emanuel Pogatetz bij Middlesbrough en Martin Stranzl bij Spartak Moskou; de middenvelders Martin Harnik bij Bremen en AndreasIvanschitz bij Panathinaikos; en de aanvaller Roland Linz bij Braga. Maar met uitzondering misschien van Pogatetz, Stranzl, Ivanschitz ‘de Oostenrijkse Beckham’ en Linz, gaat het toch om spelers met beperkte kwaliteiten.

Wie gelooft erin?

Sinds de internationale pers in Oostenrijk is neergestreken, hoort ze van de trainer en de spelers elke dag hetzelfde: “Wij kunnen uitgroeien tot de verrassing van dit EK. Met een beetje geluk is alles mogelijk. Kijk maar naar Griekenland in 2004. In het moderne voetbal kan iedereen van iedereen winnen.” Oostenrijk mikt dus op een kwalificatie voor de kwartfinale en coach Josef Hickersberger, die na de nederlagen in de oefeninterlands nochtans op een bepaald moment verklaarde dat Oostenrijk een ideale sparringpartner was voor teams die op zoek waren naar vertrouwen, blijft heel positief. “We hebben geen gekwetsten en de spelers staan mentaal sterk. Ik denk wel dat we een eind kunnen komen.”

Dat optimisme kreeg afgelopen zondag in Wenen al een domper. De oude gloriën van het Oostenrijkse voetbal waren vooraf trouwens erg pessimistisch over de kansen om de volgende ronde te bereiken. “Als we de poules overleven, zal het al een groot succes zijn”, verklaarde Hans Krankl. En Toni Polster (95 selecties, topscorer aller tijden en een man die de hierboven genoemde petitie ondertekende) nam geen blad voor de mond: “Dit de slechtste Oostenrijkse ploeg die we ooit hebben gehad. We vallen echt uit de toon naast de landen die er op dit EK bij zijn. Hickersberger vergelijkt Oostenrijk misschien graag met het Griekenland van 2004, maar ik wil hem antwoorden dat er in dat Griekse team enkele uitstekende voetballers zaten en dat hij niet betaald is om te dromen.”

Tweede affront?

Als het slecht afloopt voor de Oostenrijkers, zal de coach alvast niet worden gespaard. Sinds twee jaar al test hij net als René Vandereycken tientallen spelers en herhaalt hij om de haverklap dat de resultaten niet belangrijk zijn en dat de balans moet worden opgemaakt na het EK. Omdat hij een echte legende van het Oostenrijkse voetbal is, kreeg hij tot nu toe veel krediet. Hij was er als speler bij in 1978 en maakte dus deel uit van het team dat een historische overwinning boekte tegen Duitsland. En hij dwong als coach de kwalificatie af voor het WK van 1990. Maar hij was ook de coach die het affront beleefde door tijdens de kwalificatie voor het EK van 1998 te verliezen tegen de Faeröer. Door nu te verklaren dat hij een team heeft dat de kwartfinale kan bereiken, begeeft hij zich op glad ijs. Als het immers niet lukt, zal hij als eerste worden geviseerd. Maar daar is hij zich ten volle van bewust. “Ik begrijp dat iedereen sinds twee jaar met ons lacht, maar ik raad die mensen toch aan eens op het einde van de eerste ronde te wachten. Als we ons in die drie eerste wedstrijden echt belachelijk laten maken, heeft men gelijk. Dan mag men ons uitlachen, meer nog dan nu het geval is zelfs, maar anders …”

door pierre danvoye – beelden belga

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content