Costa Ricaan, geboren op 30 december 1984 in San José. 1,82 meter – 83 kg. Profiel: de gevoelige.

R andall Azofeifa: “Mijn ouders hebben me een Engelse voornaam gegeven, maar – sla me dood – ik weet écht niet waarom. Ik spreek wel Engels, zoals zoveel jongeren in ons land. Geleerd op school en later in het college. Dat maakte destijds mijn integratie in België vrij makkelijk, in tegenstelling tot Bryan ( Ruiz) kon ik me goed uit de slag trekken. Ze hadden me ook op voorhand gezegd dat in dit deel van België de meerderheid Engels sprak of verstond.

“Mijn karakter… Vind ik een heel moeilijke vraag ( zwijgt een volle minuut en denkt na). Sentimientos. Gevoelens zijn bij mij heel belangrijk. Alles wat ik doe, doe ik niet alleen met verstand, maar ook met heel mijn hart. Zowel in het normale leven, als in het voetbal. Tegelijk ben ik een meester in het controleren van mijn emoties. Dat kan raar klinken, maar ik zal mezelf niet zo snel blootgeven aan de buitenwereld.

“Inwoners van Costa Rica noem je ook wel eens ticos ( afgeleid van het verkleinwoordje -tito, nvdr). Wat dat is, een tico… ( denkt weer lang na). Iemand die heel gepassioneerd is, uniek, origineel. Iemand die zijn landgenoten overal in de wereld zal herkennen en helpen. Koppig, alert, intelligent. Blijdschap, dat ook. Ons land ligt op het kruispunt van Midden- en Zuid-Amerika en dat merk je: we hebben invloeden uit het noorden én het zuiden.

“Het belangrijkste in mijn leven is de familie. In eerste instantie mijn vrouw. Wij doen alles samen… Mijn vrouw, mijn familie, mijn land, in die volgorde moet je het leven zien. In het begin was het moeilijk om ver van de familie te leven, maar na een tijdje went alles. Ook dat. Een profvoetballer uit Latijns-Amerika weet dat zoiets erbij hoort. Ik ben alleen naar hier gekomen, zonder vriendin. Heb leren koken. En kuisen. Voor mijn vrouw is dat nu een voordeel… Ik kook nog steeds twee keer per week. Meestal pasta of een rijstgerecht.

“Typisch voor mij is, denk ik, dat ik als voetballer nooit tevreden zal zijn. Nooit. Dit jaar heb ik niet zo heel veel mogen spelen. Teleurstellend? Dat hangt af van je standpunt. Oké, elke voetballer wil in de basis staan, maar voor mij telt ook of je hebt bijgeleerd. Zo zie ik het, elk jaar word ik een betere voetballer. Het voordeel is ook: je wordt veel sneller volwassen. Mentaal sneller sterk.

“Ik heb hier al twee trainers gehad in twee seizoenen, en probeerde van elk iets op te steken. Van de eerste heb ik geleerd geduld te hebben. Héél veel geduld ( lacht). Ook dat zelfvertrouwen iets is dat je moet koesteren en waaraan je moet werken. Geloven in jezelf, geloven in je persoonlijkheid. Dit jaar heb ik geleerd om in mijn voetbal veel meer orde te stoppen. Meer discipline. Latino’s zijn chaotischer, impulsiever, technischer. Voor ons telt de bal, het spel. Minder orde, kracht. Eigenlijk kan je hier alleen maar completer worden, vandaar mijn keuze voor België. Jullie mogen alleen de essentie niet uit het oog verliezen: fysiek en kracht is uitstekend, maar er hoort ook techniek bij.

“Buiten het veld zijn we heel rustige mensen. Ik heb geen hobby’s, al mijn vrije tijd breng ik met mijn vrouw door. Vaak vind je ons in het centrum van de stad, geregeld in de cinema. Ik reis ook graag. Als we een dag vrij hebben, gaan we op tocht, in België, naar Frankrijk of Nederland. Maar helaas, iets mooiers dan Costa Rica heb ik nog niet gevonden….” S

door peter t’kint

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content