AFC Tubeke vertoeft momenteel in de kelder van de Jupiler Pro League. Velen vroegen zich voor de start van de competitie af wat deze vereniging in de Belgische eerste klasse zou kunnen klaarmaken. Bovendien is er in de pers al veel inkt gevloeid over de speelstijl van de Waals-Brabantse ploeg. En dat stoort voorzitter Raymond Langendries: “Ik heb vooral moeite met de Vlaamse pers, met media die ons als klungels beschouwen. Toen we vorig jaar in de eindronde op Antwerp zijn gaan spelen, werden we in de kranten met de nodige spot behandeld. Ik heb onder andere ergens gelezen dat Tubeke ‘een caféploeg’ was. Sommigen vroegen zich af wat wij daar gingen doen met onze 300 supporters die in het niets zouden verzinken naast de 15.000 Antwerpsupporters. Ze vroegen zich ook af wat Tubeke in eerste klasse zou gaan doen. Sommigen hebben ons zelfs vlakaf gezegd dat ze een ploeg als de onze niet in eerste klasse wilden … Maar af en toe komt er een club uit het niets. Zonder voorgeschiedenis in eerste klasse. Wij hebben zelfs geen voorgeschiedenis in tweede klasse. Of in derde. Wij komen van derde provinciale. Sommigen droomden van een terugkeer van Antwerp in eerste. Met zijn miljoenen… schulden. Liever zo’n club dan een gezond Tubeke.”

Ondertussen draait Tubeke al acht wedstrijden mee op het hoogste niveau. Is de houding ten opzichte van de club al veranderd? Langendries: “Ik lees de Vlaamse pers niet. Om verschillende redenen ( lacht). Ik onthoud liever dat de trainers van de Vlaamse clubs ons wel serieus nemen. Waar ik niet tegen kan, is dat men ons op voorhand al veroordeelt. Wij staan nu waar we verwacht hadden te staan.” Op de voorlaatste plaats met vier punten? “We zijn aan de competitie begonnen met een onvolledige ploeg. Wij hadden een verschrikkelijk doelmannenprobleem: we vonden gewoonweg niet wat we zochten. We hebben ons vertrouwen dan gesteld in een jong talent ( de 20-jarige Mario Santos de Matos, nvdr), maar het was moeilijk voor hem. Zijn twijfels straalden af op de verdediging. Vandaag is de ploeg echter zo goed als gevormd. We gaan het hiermee doen tot aan de winterstop, en dan gaan we de markt afspeuren. We hebben nog iemand nodig op de linkerflank, een spits en een polyvalente verdediger.”

Hoe reageert de voorzitter op de commentaren als zou Tubeke een potige ploeg zijn? “Maar dat is niet waar! Als je geen technisch verfijnde spelers als een Mbark Boussoufa hebt, dan moet je dat compenseren met fysiek labeur en een gezonde agressiviteit. Wat dat laatste betreft, zou ik trouwens nooit aanvaarden dat een van mijn spelers te ver gaat.”

Hoe schat Raymond Langendries de kansen van Tubeke in om in eerste klasse te blijven? “Minstens 50 procent kans.”

Tenslotte is het wel opmerkelijk dat een club op de taalgrens met Jason Vandelannoite slechts één Vlaming in loondienst heeft. “We kunnen niet met gelijk wie in zee gaan. Als de eisen van een speler onredelijk zijn, gaan we er niet op in. Verschillende Vlamingen hebben zich hier aangeboden, maar die konden we niet betalen. Zoals zoveel clubs die het niet breed hebben, zijn we veeleer in Frankrijk gaan rekruteren. Maar onze jeugdploegen bestaan wel voor 30 tot 40 procent uit Vlamingen.”

PIERRE DANVOYE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content