Drie clubs in leven houden is moeilijk, blijkt uit de situatie van RE Mouscron, dat zijn grote baas deelt met Boavista en Bordeaux.

Afgelopen zaterdag pakte RE Mouscron zijn eerste punt in 1B, en eerder op de week klopte de ploeg de amateurs uit Wellen in de vijfde ronde van de beker van België. Voor het eerst kwam er wat goed nieuws uit de grensstad, waar de supporters de club nog niet in de armen hebben gesloten. Ondanks het aanstellen van Mbo Mpenza als directeur voetbal, en zijn broer Emile als adjunct van hoofdtrainer Enzo Scifo. Die zag dat een andere assistent, José Jeunechamps, al opstapte. Om de lokale bevolking te verleiden is veel meer nodig, om te beginnen met resultaten.

Als je de kern analyseert, zou je denken dat die voldoende getalenteerd zou moeten zijn voor het behoud in 1B. Behoud! Promotie is voor volgend jaar, signaleren directie en staf. Parfait Mandanda, Christophe Lepoint, Dimitri Mohamed, Teddy Chevalier, Clément Tainmont, Christophe Diandy: het zijn geen frisse nieuwkomers op jonge benen, maar in 1B is dat misschien niet nodig.

De kernvraag is: wat is de plaats van de club in het grotere plaatje dat eigenaar Gérard López in zijn hoofd heeft? De onzichtbare man, zoals hij in Moeskroen genoemd wordt, runt ook Boavista en Bordeaux. Boavista doet het goed, maar Bordeaux moet alle moeite doen om in de Ligue 1 onderin weg te blijven. En RE Mouscron, tja… López was vorig seizoen als eigenaar van Lille ook al onzichtbaar en in de stad vinden velen dat hij schuld heeft aan de degradatie door jongeren zonder impact uit Rijsel naar België te sturen. Ook nu voelen ze zich opnieuw in de steek gelaten.