Jan Hauspie
Jan Hauspie Voormalig redacteur bij Sport/Voetbalmagazine.

ROBERT HOYZER. Midden januari 2005 (in België is de Chinees Zheyun Ye dan volop bezig met zijn infiltratiepogingen in Belgische clubs) rijzen in Duitsland de eerste vermoedens over manipulatie van voetbalwedstrijden door Robert Hoyzer, de jonge scheidsrechter (25) wiens naam van dan af onlosmakelijk met het fraudeschandaal verbonden zal zijn. Al gauw staat vast dat hij wedstrijden naar een gewenst resultaat fluit in opdracht van een in Berlijn gevestigd Kroatisch gokkartel, geleid door drie broers : Ante, Milan en Filip Sapina. November 2005 spreekt een Berlijnse rechtbank zich uit : schuldig. Hoyzer gaat voor twee jaar en vijf maanden de cel in, spilfiguur Ante Sapina voor twee jaar en elf maanden. Ook zijn broers, een tweede scheidsrechter en een ex-speler krijgen (voorwaardelijke) straffen. De feiten beperken zich tot 23 wedstrijden uit de tweede Bundesliga en de Regionalliga, gespeeld tussen april en december 2004.

ALMIR TOLJA. Begin februari 2005, amper enkele weken na het losbarsten van het schandaal, zet het weekblad Der Spiegel met twee schijnbaar achteloze zinnen ook heel het Oostenrijkse voetbal op zijn kop. Over de grensoverschrijdende activiteiten van de Kroatische broers schrijft het blad : “In het bijzonder interesseerden de broers S. zich voor de voetbalcompetities in Griekenland en Oostenrijk. Daar deden ze volgens Hoyzer vooral Casino Bregenz aan.” De naam van Almir Tolja valt, de Bosnische doelman van Bregenz. Eén van de Sapina’s zou enkele duels van Bregenz hebben bijgewoond en met Tolja in het casino zijn gezien.

Vijf spelers van Bregenz verklaren vervolgens onder ede dat zij niets met het Duitse gokschandaal te maken hebben. Het zijn behalve Tolja ook zijn landgenoot Asmir Ikanovic, de Slovenen Dejan Grabic en Sasa Jakomin, en de Kroaat Vladimir Vuk. Roland Kornexel, de adjunct van trainer Regi Van Acker die de opgestapte Belg pas is opgevolgd, verdedigt zijn doelman : “Ik kan me dit niet voorstellen. Ik ga uit van het vermoeden van onschuld. Fouten kunnen altijd gebeuren. Het kan zelfs dat eenzelfde speler twéé fouten maakt in één wedstrijd.” Met dat laatste verwijst hij impliciet naar de door Gunther Schepens “verdacht” genoemde 3-2-nederlaag tegen Kärnten (zie hoofdartikel), waar Tolja bij twee doelpunten in de fout gaat.

Vorige maand, maart 2006, heeft het openbaar ministerie uiteindelijk beslist om de procedure tegen Tolja stop te zetten wegens gebrek aan bewijs. Tolja geeft toe dat hij Filip Sapina kent, maar bestrijdt elke betrokkenheid bij het gokschandaal. Een huiszoeking en inspectie van zijn rekeningen leverde geen of onvoldoende bezwarend materiaal op.

REGI VAN ACKER. Wanneer de zaak-Hoyzer ontstaat en ook Oostenrijk onder vuur komt te liggen, neemt Regi Van Acker net ontslag als trainer van Bregenz. Maar het ene heeft niets te maken met het andere, zegt hij vandaag : “Nee, helemaal niet. De reden was dat bepaalde betalingen door de voorzitter achterwege bleven. Dat stak mij tegen. Ik was een week thuis toen ik telefoon kreeg : weet je ’t al ?”

Bregenz zou het La Louvière van Oostenrijk zijn geweest. Van Acker : “Ik heb daar toch geen bewijzen van gezien. Je praat wel eens over fouten, maar verbanden leg je pas achteraf, wanneer die zaak in Duitsland beginnen rollen is. Maar toen was ik al weg. Toen we Europees voetbal hadden gehaald, waren we het volgende seizoen in erg chaotische omstandigheden begonnen. Van die ploeg schoot misschien twee of drie man over. Als je dan direct tegen Rapid en Austria moet, weet je snel hoe laat het is. Wij dachten dat het daaraan lag, maar zou het nu kunnen dat andere zaken een rol hebben gespeeld ? Ik ga alleszins niemand betichten, maar het heeft me wel verbaasd dat Tolja naar Iran getrokken is. Dat is toch niet logisch.”

JAN HAUSPIE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content