Na een minder seizoen is doelman Sammy Bossut weer het betrouwbare, sobere en hardwerkende sluitstuk van Zulte Waregem.

Sammy Bossut: “Hét nadeel van een keeper? Dat hij de fouten van anderen moet rechttrekken, maar niemand zijn missers rechtzet. Daar moet je als doelman mee leren omgaan en dat is me van jongs af vlug gelukt. Blunderen is niet leuk, maar ik zet dat vlug van me af. Niemand is feilloos. En de tijd kun je toch niet terugdraaien. Hard werken op training met het oog op de volgende match, daar concentreer ik me op. Zeker niet op kritiek van supporters of pers. Geert De Vlieger, die ik als eerste doelman opvolgde bij Zulte Waregem, heeft me dat altijd ingepeperd: kijk alleen naar jezelf. Zolang je kunt zeggen dat je er tijdens de week alles voor gedaan hebt, dan mag en kan kritiek je niet raken.

“Dat was ook vorig seizoen het geval, toen ik na een knieblessure terugkeerde, van Darije Kalezic weinig vertrouwen kreeg en zelfs eens naast de ploeg viel. De moeilijkste periode in mijn carrière, maar ook toen is mijn motivatie nooit gezakt. Ik besef immers héél goed dat ik als profkeeper de mooiste job ter wereld heb. Sommige jonge gasten klagen weleens, maar dan zeg ik: een arbeider moet veel harder werken. Ik kan het weten, want in het begin van mijn carrière combineerde ik het voetbal met een job als schrijnwerker.

“In 2009 zei analist Wim De Coninck dat als je mijn hoofd op het lijf van Logan Bailly zou zetten, dat niemand nog van Stijn Stijnen (toenmalige nationale keeper, nvdr) zou spreken. Een mooi compliment, ja. Ik ben mentaal ook erg sterk. Hoewel ik tijdens de week gerust een grap durf uit te halen – warme zalf in iemands onderbroek doen bijvoorbeeld (lacht) – kan ik enorm focussen op een match. Vooraf zijn veel spelers met hun iPad of andere zaken bezig, terwijl ik nog eens de beelden van de tegenstander bekijk, concrete matchsituaties in mijn hoofd afspeel… Ik zou me er niet goed bij voelen mocht ik dat niet doen. Tijdens een match behoud ik de concentratie door voortdurend mijn verdediging te coachen. Dan voel ik dat ik echt in de wedstrijd zit en ben ik klaar voor die soms ene moeilijke bal.

“De laatste jaren heb ik vooral geleerd om spelsituaties goed in te schatten: niet te vlug en te wild uitkomen bijvoorbeeld, beter iets langer wachten. Ook het uitvoetballen, zeker mijn linkervoet, is veel verbeterd, waardoor ik bij terugspeelballen kalmer geworden ben.

“Of mijn vijfde seizoen als eerste doelman mijn beste ooit is? Allicht wel. De eerste twee waren ook top – maar de cijfers van deze competitie liegen niet: slechts 25 tegengoals in 28 matchenen liefst twaalf clean sheets – al heb ik dat ook te danken aan een heel solide verdediging.

“Dat ik daarvoor nog niet beloond ben met een contractverlenging is jammer, maar ook dat leidt me niet af. Als ik dit niveau aanhoud, sta ik zelfs in een goede positie. Ik ben transfervrij en kan tekenen waar ik wil. Het buitenland? Waarom niet. Als doelman en als mens ben ik rijp genoeg voor zo’n avontuur. Ik heb wel pas gebouwd, maar zo’n huis loopt niet weg, hé.”

BEELDEN CHRISTOPHE KETELS / IMAGEGLOBE

“Ik heb de mooiste job ter wereld.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content