Matthias Stockmans
Matthias Stockmans Redacteur van Sport/Voetbalmagazine en Knack Focus.

Mandekkers en spitsen, dat is geen ‘love and peace’. Patrick Ogunsoto en François Sterchele getuigen wat een spits lijden kan. Vooral wanneer hij tegenover Stefan Leleu staat.

Op de dertiende speeldag beleefde topschutter Patrick Ogunsoto geen prettige avond tegen Zulte Waregem. Hij scoorde dan wel vanop de stip zijn twaalfde treffer van het seizoen, maar werd vooral moe getergd door zijn vaste bewaker Stefan Leleu. Een sfeermaker in de kleedkamer, een ancien in het Belgische voetbal, een rots in de branding, die Leleu, maar evenzeer een gehaaide verdediger en een irritante mandekker. Na de wedstrijd beschuldigde Ogunsoto Leleu van racistische beledigingen. ” Monkey”, zou Leleu naar de Nigeriaan geroepen hebben. De verdediger van Zulte Waregem minimaliseerde het incident eerst en een dag later ontkende hij zelfs zulke praat verkocht te hebben. Wat er ook van zij : Leleu is geen doetje, een week voor het incident met Ogunsoto kreeg hij het al aan de stok met François Sterchele en eerder tegen Standard met Ricardo Sá Pinto. “Als hij maar geen voetballer wordt, ze schoppen hem misschien halfdood”, zong Boudewijn de Groot. Spitsen getuigen : het is een hondenstiel.

Patrick Ogunsoto

“Na de wedstrijd tegen Zulte Waregem heb ik drie dagen niet kunnen trainen”, blikt topschutter Patrick Ogunsoto terug. “Die mannen wilden mij constant van het veld schoppen. We waren nog geen vijf minuten bezig of Leleu was al met de studs naar mijn scheenbeen gevlogen. Het is pure intimidatie en het gebeurt steeds vaker. Verdedigers proberen je bewust te blesseren. In Griekenland zijn de verdedigers ook hard in de duels, maar nooit ben ik er na een wedstrijd geblesseerd van het veld gestapt. Dat ze mij uitschelden en fysiek proberen te intimideren, kan ik nog hebben, maar als ze mij, zoals Leleu, op basis van mijn huidskleur beginnen uit te maken, dat vind ik te ver gaan. Daarom kwam ik er na afloop op terug, dit moest publiek bekend zijn.”

Wat kan een spits doen om zich te beschermen tegen de verbale en fysieke provocatie van een mandekker ? Ogunsoto. “Bij de scheidsrechter verhaal halen helpt niet. Die doen alsof hun neus bloedt. Tegen Zulte zag de ref dat Leleu mij al na vijf minuten opzocht, waarom zegt hij daar niets over ? Ik begrijp echt niet waarom zij niet ingrijpen bij al die wilde tackles en geniepige trucjes. Dus wat moet ik doen ? Ik ben niet het type dat zelf gaat uitdelen, ik ben een spits, ik wil scoren en mij niet bezighouden met het provoceren van de tegenstander. Al krijg ik genoeg ellebogen in mijn buik of op mijn borstkas wanneer de scheidsrechter even niet kijkt. Het enige wat je als aanvaller kan doen, is bij de scheidsrechter blijven klagen. Alleen op die manier zal hij de situatie toch een beetje in het oog houden.”

François Sterchele

Het zou al te eenvoudig zijn om enkel de verdedigers met de vinger te wijzen. Sommige spitsen zijn echte rasacteurs. Zoals François Sterchele van Germinal Beerschot. In het duel tegen Zulte Waregem ging Sterchele tegen de grond nadat hij neus aan neus stond met Stefan Leleu. “Ach, weet je, dat maakt allemaal deel uit van het spel”, beweert de spits. “Ik hou niet van onrechtvaardigheid. Wanneer ik niet akkoord ga met een beslissing van de scheidsrechter, dan maak ik hem dat graag duidelijk. De aanvallers krijgen soms gele kaarten voor het simuleren van fouten, maar wat sommige verdedigers allemaal doen om je uit je concentratie te halen, tart alle verbeelding. Het komt er dan op aan je sereniteit te behouden, want soms overschrijdt het toch bepaalde limieten. Je mag hard zijn in de duels, maar niet vuil. Gemene slagen uitdelen, onder de gordel bijvoorbeeld, dat kan ik echt niet verdragen. Ik wil gerust oorlog maken op een veld, maar dan wel met gelijke wapens.”

Hij verwijst graag naar Leleu. “Vorig seizoen, bij Charleroi, was hij de eerste die me constant probeerde uit te dagen. Die intimidatie vergeet ik nooit : ‘ Ha, hier, dat spelerke van derde klasse. Wat ga je proberen te bewijzen ?‘ Met enkele zware charges wilde hij me duidelijk testen, zijn routine uitspelen tegen mijn onervarenheid. Ik antwoordde hem een paar keer verbaal, maar bleef toch geconcentreerd. Door te scoren of een assist te geven kan je je gelijk bewijzen. Maar je moet na de wedstrijd een hand kunnen geven en alles vergeten. Dat deed Leleu ook, hij feliciteerde me zelfs met mijn wedstrijd. Ik stel alleen vast dat Patrick Ogunsoto, twee weken nadat ik problemen had met Leleu, hetzelfde overkwam. Wie heeft er dan gelijk ?”

Patrick Goots

Patrick Goots (nu bij vierdeklasser Mol-Wezel) speelde jarenlang met Stefan Leleu samen bij FC Antwerp. “Ik heb Stefan altijd een toffe gast gevonden, maar het is natuurlijk zo dat hij op het veld wil winnen. Hij heeft mij zelfs ooit eens een rode kaart aangenaaid toen ik voor Turnhout speelde. Ik ging op zijn tenen staan en hij ging theatraal neer, ik mocht meteen gaan douchen. Eerlijk gezegd speelde ik nooit graag tegen Stefan, dat is natuurlijk zijn verdienste. Dat hij de laatste weken nogal vaak in de clinch gaat met de aanvallers komt volgens mij omdat het bij Zulte Waregem minder draait, dan raakt hij gefrustreerd. Wanneer een verdediger geen vat op je heeft, probeert hij met andere middelen van jou te winnen. Verbale provocatie hoort daarbij, ja. Het incident met Ogunsoto wordt nu helemaal over de racistische boeg gegooid, maar ik vind dat je daarmee moet oppassen. Ik heb destijds hetzelfde meegemaakt met Stanley Menzo. Hij tikte de bal weg en ik riep iets in de trant van : ‘ Hey, stomme zwette.’ Zonder bijbedoeling. In het heetst van de strijd wordt er van alles geroepen, dat is op alle niveaus zo. Maar wanneer je iets roept naar een kleurling, maken die mannen daar meteen een heel spel van en worden wij racisten genoemd. Terwijl : de fans scanderen zo vaak ‘uw moeder is een hoer’, is dat dan niet even erg ? ! Ik ben er zeker van dat Leleu ook het één en ander naar zijn hoofd krijgt, hoor. Wat Sterchele bij hem probeerde, was lang niet altijd heilig.”

Hoe kan je je beschermen tegen dat soort verdedigers ? Simpel, zegt Goots : “Door te scoren, daarmee naai je hen nog meer op. Je moet de fysieke duels vermijden en proberen hen op snelheid af te troeven. Mannen als Stefan zijn juist op hun best als ze harde duels kunnen uitvechten. Samuel Johnson van Anderlecht destijds was er ook zo eentje. Ik stond vol blauwe plekken na de matchen tegen hem. Scheidsrechters zouden sneller mogen ingrijpen, maar nooit gebeurt er iets. Verdedigers weten dat een scheidsrechter in het begin van een wedstrijd bijna nooit kaarten zal uitdelen, dus pakken ze je meteen hard aan om je zo uit je tent te lokken. Soms lukt dat ook.”

MATTHIAS STOCKMANS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content