Leider Club Brugge beet dit seizoen drie keer zijn tanden stuk op KV Mechelen en Aleksandar Jankovic, de trainer Achter De Kazerne, charmeerde Standard. Het zijn mooie vaststellingen, maar intussen staat Malinois wel anoniem twaalfde, met weer nog geen zekerheid over het behoud. Zondag wacht Anderlecht.

Het is woensdagochtend, 10 u. In het stadion van KV Mechelen brandt er geen licht in het bureau van Olivier Renard. De deur is op slot. Sms-gewijs laat de assistent-sportief directeur weten dat hij beneden te vinden is, aan de ingang van de kleedkamers. Daar staat hij te keuvelen met trainer Aleksandar Jankovic. Na het babbeltje trekt Renard naar binnen, naar het spelershome. Onderweg groet hij elke speler die hij tegenkomt met een coole high five. Renard heeft een andere stijl dan de meer introverte Fi Vanhoof, die op zijn 73e wel nog altijd de sportief directeur is van KV Mechelen. “Ik zit niet graag in mijn bureau”, vertelt Renard, die pas een dik jaar geleden stopte met keepen. “Ik moet de kleedkamer proeven. Stel dat er in de kleedkamer een grap wordt uitgehaald met negatieve gevolgen, dan zullen de jongens me dat komen vertellen, omdat ze weten dat ik zal lachen, maar dan ga ik me daar niet mee moeien; dat is de taak van de trainer.” Zijn nauwe band met de spelers neemt niet weg dat hij nu in het belang van de club handelt, benadrukt Renard wel meteen. Dat KV Mechelen bijvoorbeeld niet verder ging met Alessandro Cordaro, een goede maat van Renard, moet gelden als een bewijs daarvan.

De bocht van KV

Renard begon eind 2013 aan zijn huidige job. De aanstelling van de Waalse ex-doelman wijst op de bocht die KV Mechelen probeert te maken. Na zijn vereffening in het seizoen 2002-2003 begon KV Mechelen vanuit de derde klasse meteen aan de terugkeer naar het hoogste niveau, met succes. De steile opmars van geel-rood was grotendeels gestoeld op het aantrekken van gratis en goedkoop talent uit de lagere afdelingen in België, jongens die de club nadien dan ook nog eens met forse winst kon verkopen. Met dat succesrecept van Fi Vanhoof raakte KV Mechelen tot in de subtop van de eerste klasse, met als hoogtepunt: de zevende plaats, in 2010 en 2011. Voor een plaats in play-off 1 leek KV Mechelen ofwel meer geld nodig te hebben, om spelers van een ander niveau te kunnen aantrekken, ofwel een uitgekiender netwerk in een grotere vijver dan België. Bovendien raakte de aanpak van Vanhoof intussen wat uitgewerkt, mede omdat andere, kapitaalkrachtigere clubs er ook wel brood in begonnen te zien.

Met een zeventiger als sportief directeur kon KV Mechelen echter niet zo makkelijk direct een ommezwaai in zijn transferbeleid realiseren; zo leek het tamelijk ondenkbaar dat Vanhoof plots elke week op een vliegtuig richting een ver buitenland zou kruipen. Mechelen liet de zaak wat betijen. Maar toen vorig seizoen de transfers van Benjamin Mokulu, Victor Prodell en Seweryn Michalski tegenvielen en KV akelig dicht tegen het degradatiemoeras aan ging schurken, besloot voorzitter Johan Timmermans uiteindelijk toch in te grijpen, ook omdat duidelijk werd dat de buitenlandse aanwinsten onvoldoende gescreend waren. KV wist bijvoorbeeld niet eens dat Michalski geen Engels sprak. Timmermans trok Renard aan boord, een man die bij de voorzitter altijd al indruk gemaakt had met zijn netwerk. Door hem tot assistent te benoemen van Vanhoof toonde Timmermans tegelijkertijd nog altijd respect voor de status van Vanhoof, een clubmonument bij KV.

De slangenkuil

Het idee achter de aanstelling van Renard is ook dat de Waalse ex-keeper zich behendiger dan Vanhoof kan bewegen in de slangenkuil die de moderne voetbal-, transfer- en makelaarswereld is geworden. “De stijl waarmee nu gewerkt wordt, is toch heel anders dan die waarmee tien jaar geleden gewerkt werd”, zegt Timmermans. De wat gladde Renard legt makkelijk contacten; hij heeft een grote kennissenkring en presenteert zich doorgaans als de vriendelijkheid zelve. Anderzijds kan hij ook heel koel, hard en zakelijk uit de hoek komen; zo wilde hij bijvoorbeeld een jaar lang niet met Sport/Voetbalmagazine praten na een artikel waarin enkele bedenkingen stonden bij zijn aanstelling als assistent-sportief directeur. Wie tegen zijn kar rijdt, moet het even voelen.

Zo’n dertien maanden na de aanstelling van Renard zegt Timmermans heel tevreden te zijn over het werk van zijn assistent- sportief directeur. Hij zwaait met zoveel lof dat de vraag zich opdringt of Timmermans zich misschien prettiger voelt bij Renard dan bij Vanhoof. “Nee”, zegt de voorzitter. “Maar Olivier is ten opzichte van de directie en mezelf wel opener over datgene waarmee hij bezig is en dat heb ik graag. Want hoewel ik zelf nooit een sportieve beslissing neem, ondervond ik de voorbije jaren dat supporters bij een slechte transfer de schuld makkelijk afschuiven op de voorzitter. Ik wil dat wel aanvaarden, maar dan wil ik ook weten waar men mee bezig is. In tijden van sociale media en een pers die van heel veel op de hoogte is, maak ik het ook niet graag mee dat journalisten eerder dan ik weten met welke spelers KV Mechelen aan het onderhandelen is.”

Het idee nu is dat Vanhoof vooral interessante spelers in de Benelux en in het dichte Frankrijk en Duitsland kan in de gaten houden en dat Renard de verdere verplaatsingen voor zijn rekening neemt. “Dat heeft Fi nooit graag gedaan”, aldus Timmermans. Renard en Vanhoof zijn allebei positief over hun onderlinge samenwerking; naar eigen zeggen overleggen ze constant en gaan ze pas voor een speler als ze het er allebei over eens zijn. Maar uit de wintertransfers die KV Mechelen de voorbije weken deed, blijkt wel dat het zwaartepunt in de praktijk bij Renard is komen te liggen. Bij het aantrekken van Rafal Wolski, de middenvelder die KV nu leent van Fiorentina, kwam bijvoorbeeld het netwerk van Renard in Italië van pas, waar de ex-doelman nog vijf en een half jaar speelde bij drie verschillende ploegen (Udinese, Modena en Napoli). Dat Renard enkele telefoontjes in het Italiaans kon doen, hielp de zaak nog verder vooruit. En ook de komst van spits Nicolas Verdier is grotendeels te danken aan Renard en zijn contact met makelaar Mogi Bayat.

Verkeerde verwachtingen

Terwijl het roer in de stuurcabine van KV al is omgegooid, is het voorlopig wachten op de effectieve draai van het Mechelse schip. Nochtans begon dit seizoen veelbelovend. Op een stralende zondagnamiddag in juli huppelde KV Mechelen het nieuwe seizoen binnen met een klinkende 3-1-zege tegen Racing Genk. De extrasportieve perikelen bij de tegenstander speelden waarschijnlijk wel een rol, maar namen niet weg dat iedereen meteen onder de indruk was van het fel vernieuwde geel-rood. Niet alleen in de trainersstaf bulkte het van de nieuwe gezichten, met onder meer Jankovic en assistent Tom Caluwé; ook op het veld zag Malinois er heel fris uit, met veel jonge Belgen, zoals rechtsachter Laurens Paulussen, flankspeler Glenn Claes, middenvelder Ibrahima Cissé en aanvaller Jason Adesanya. Nog iets waar de Mechelse fans van genoten, was de vaststelling dat Sofiane Hanni zich tot matchwinnaar kroonde in die wedstrijd tegen Genk. Uitgerekend over hem leefden vooraf wat twijfels bij de buitenwereld, omdat hij uit de Turkse tweede klasse was geplukt, maar Hanni had een voet in elk van de drie KV-goals tegen Genk. Het had er alle schijn van dat KV Mechelen zijn huiswerk in de zomer bijzonder keurig gemaakt had. Maar een week later ging KV in Gent onderuit met 3-1. En de week daarna met 1-2 tegen KV Kortrijk. En dan in Oostende, met 2-0. Back to reality. “Het probleem was misschien dat we op speeldag 1 meteen goed waren”, zegt Renard. “Dat creëerde mogelijk verkeerde verwachtingen. Van de elf spelers aan de aftrap waren er zeven die hier het laatste jaar arriveerden. Dat is veel. Je hebt soms ook wat tijd nodig, zeker met een jonge ploeg en een nieuwe staf.”

Een nieuw boek

Jankovic, de leider van die nieuwe staf, installeerde dit seizoen enkele nieuwe regels bij KV. Zo moet elke aanvraag voor een interview met een speler via hem passeren. En in de 48 uur voor een wedstrijd mogen zijn spelers sowieso niet met de pers praten. Maar tot een wonderlijke revival na het grijze seizoen 2013/2014 leidde het dus allemaal niet. Uitzicht op een ticket voor play-off 1 had KV dit seizoen nooit. Ook een plaats in de linkerkolom zit er dit seizoen niet meer in. Voor het tweede seizoen op rij hangt KV net boven de degradatiezone. Vorig jaar had KV Mechelen op dit moment in de reguliere competitie 27 punten, vijf meer dan de voorlaatste. Nu telt geel-rood 28 punten, zes meer dan de voorlaatste. En toch is er een verschil; er rolt niet echt gemopper van de tribunes.

Dat zegt ook Renard, die naar eigen zeggen elke match tussen de supporters gaat staan om te voelen wat daar leeft. “De voorbije jaren hoorde je hier veel klachten over de kwaliteit van het spel,” zegt Renard, “zelfs toen we achtste eindigden. Die klachten zijn er nu niet. Je hebt ploegen die hoger gerangschikt staan dan wij maar waar de fans een pak minder tevreden zijn dan hier. En natuurlijk ben ik ook niet gelukkig met onze twaalfde plaats, maar ik ben wel liever twaalfde met spektakel op het veld dan achtste met strontvoetbal. Onze supporters zien dat we een nieuwe manier van spelen proberen te installeren. Vandaar ook de grove wijzigingen in de technische staf en de spelerskern. Het oude boek was uitgelezen, we hebben een nieuw boek genomen. De laatste jaren draaide veel hier om duelkracht en stond balbezit niet echt centraal. Er waren hier veel fysiek sterke spelers, minder jongens met een creatieve toets, zoals indertijd Julien Gorius, Xavier Chen en Nana Asare. Maar je moet een goede mix van beide hebben. Nu hebben we weer wel zulke technische spelers, zoals Hanni, Cissé, MilanKosanovic, IvanObradovic. Automatisch brengt dat een andere stijl van spelen met zich mee. Er is dus zeker progressie ten opzichte van vorig seizoen. Maar de punten zijn er niet, dat klopt. We moeten nu werken aan onze efficiëntie voor het doel van de tegenstander.” Mats Rits en Dalibor Veselinovic illustreerden het afgelopen weekend nog eens, elk van hen kwam alleen voor de doelman van Charleroi, maar geen van de twee kon de afwerker in zichzelf naar boven halen. Gevolg: 0-0. Een kleurloze 0-0 dan nog, want goed voetbal was er zaterdag ook niet te zien in Mechelen.

Maar voorzitter Timmermans zegt nog iets te hebben waar hij zich kan aan optrekken. “Als we niet hadden opgelet,” aldus de preses, “waren deze winter vier of vijf spelers verkocht.” Renard vertelt hetzelfde. “En dat terwijl we nu dus ongeveer evenveel punten hebben”, aldus de assistent-sportief directeur. “Ook dat bewijst dus een positieve evolutie. Bovendien waren het niet allemaal nieuwe spelers die we konden verkopen; ook jongens die hier al langer zijn, reageren dus positief op de manier van spelen die deze trainer aanbrengt.” Voor wie er interesse zou zijn geweest, dat willen Renard en Timmermans niet kwijt.

Retraite

Terwijl de club de voorbije jaren hamerde op de zogenaamde basiswaarden ‘Passie & Strijd’, zoekt KV Mechelen nu dus nadrukkelijker naar creativiteit. Al bij al lijkt KV Mechelen vooral een beetje op zoek naar zichzelf. Het blijkt ook uit iets wat de voorzitter verklapt. “We hebben vorige maand een studiedag gehouden met de hele raad van bestuur”, vertelt Timmermans. “Het was een soort van retraite. De bedoeling was om het DNA, de missie en de visie van onze club eens duidelijk te omschrijven. Begin volgende maand gaan we daar verder over communiceren. Ik denk niet dat we ons DNA de laatste jaren zijn kwijtgeraakt, maar het is wel goed om het af en toe eens op te frissen en het nu een keer voor eens en voor altijd te bepalen.”

DOOR KRISTOF DE RYCK

“Als we niet opgelet hadden, waren deze winter vier of vijf spelers verkocht.” voorzitter Johan Timmermans

“Ik ben liever twaalfde met spektakel op het veld dan achtste met strontvoetbal.” assistent-sportief directeur Olivier Renard

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content