Matthias Stockmans
Matthias Stockmans Redacteur van Sport/Voetbalmagazine en Knack Focus.

Marcus Faison vliegt, dunkt, dribbelt en knalt driepunters als de besten. In Amerika noemen ze hem ’the most exciting player you never heard of’.

“Daar kan ik me wel in vinden, ja”, grinnikt Marcus Faison (24), voormalig sterspeler van Go Pass Pepinster. “Die benaming is er waarschijnlijk gekomen sinds mijn deelname aan een NBA predrafttoernooi, omdat ik afkomstig was van Siena, een kleine en onbekende collegeploeg. Maar de spelers en coaches ginds kennen me ondertussen wel.”

Bij ons, in de Belgische competitie, kennen we hem gewoon als Marcus Faison : choreograaf van het betere kunst- en vliegwerk. Twee jaar geleden belandde hij bij Pepinster en in die twee seizoen bouwde de donkere Amerikaan een geweldige reputatie op. De Pepinsterfans gingen omzeggens om de vijf minuten uit hun dak, als Faison met weer een alley-oop of een monsterdunk uitpakte. Vorig seizoen sloot hij de competitie af met een gemiddelde van 19,6 punten per wedstrijd. In de kwartfinales van de play-offs werd hij, ondanks een bijdrage van 26 punten, samen met Pepinster uitgeschakeld door Charleroi. Ploeg waar hij een maand later een contract ondertekende.

Samen met Roel Moors, Vlade Kuzmanovic, Andre Riddick en Dimitri Jorssen vormt hij er de nieuwe ruggengraat van een Charleroikern die onder de vleugels van Savo Vucevic (ook al nieuw) eindelijk nog eens de Belgische titel moet binnenhalen.

Hoe verliepen de eerste contacten met je nieuwe club ?

Marcus Faison : Prima. Ik krijg enorm veel steun van Ron Ellis en Roger Huggins. We zijn amper twee weken ver in de voorbereiding, dus echt veel kan je nog niet zeggen, maar de coach laat in ieder geval op iedereen een goede indruk. Heel anders dan Niksa Bavcevic, die ik de voorbije twee jaar als trainer had. Die brulde iedereen van het terrein en koos voor een zeer intense en gedisciplineerde aanpak. Bavcevic is, wat men in het vakjargon noemt, meer een teachercoach. Savo is meer een playerscoach. Hij laat veel vrijheid aan zijn spelers. Daarom niet beter, maar het past toch meer bij mijn persoonlijkheid.

Heb je al een idee van wat zijn plannen zijn met jou ? Ga je dezelfde rol vertolken als je voorganger, Louis Rowe, vorig seizoen ?

Neen, ik denk dat de coach van mij in de eerste plaats veel verdedigend werk verwacht. In aanvallend opzicht wil hij vooral naar een snel transitiebasketbal gaan. Waarbij iedereen aan bod komt en je creatief kan zijn. Op die manier heb ik op college mijn beste wedstrijden gespeeld.

Je vreest geen zelfde scenario als wat met Rowe gebeurde. Die werd als ‘go-to-guy’ naar voren geschoven, maar kreeg daarvoor niet genoeg steun en had heel wat kritiek te slikken van spelers, coach en bestuur.

Neen. Net omdat we snel basket willen gaan spelen. Mochten we nu hoofdzakelijk via plays werken, dan zou ik mij zorgen maken want dan beschikken we inderdaad over vier à vijf man die twintig punten kunnen maken. Je kan alleen hopen dat iedereen in het teambelang handelt. Als dat bij iemand niet het geval zou zijn, dan moet je dat individu in vraag stellen.

Je voelt geen extra druk ?

Niet echt. Je hoort wel overal rond je heen dat er over die titel wordt gepraat. Maar druk ? Of ik nu in een kleine club speel of bij een grote, ik geef me altijd honderd procent, zelfs als alles tegenzit. Trouwens, als Charleroi mij komt halen bij Pepinster wil dat toch zeggen dat ze in mij geloven ?!

Tijdens het tussenseizoen zat je niet stil. Meteen na de uitschakeling met Pepinster vertrok je naar de States om er met de Adirondack Wildcats aan de USBL deel te nemen. Wat is die USBL ?

Een zomercompetitie waar voornamelijk jonge gasten aan deelnemen in de hoop dat ze alsnog een NBA-contract kunnen versieren. Zelf had ik contacten met de Memphis Grizzlies en de Indiana Pacers, nadat ik bij de Wildcats een behoorlijke campagne afwerkte. Ik speelde negentien wedstrijden en eindigde als derde in de lijst van driepuntschutters. Maar je kent dat : ze tonen wel interesse, maar concreet wordt het nooit. Je moet daar nuchter in zijn. Het is niet omdat enkele NBA-scouts je zeggen dat je talent hebt, dat je al in de NBA zit. Als ze me echt wilden, dan zou ik nu niet bij Charleroi spelen.

Maar het zijn leerrijke ervaringen. Twee jaar geleden nam ik ook al eens deel aan draftcamps bij de Dallas Mavericks en de Houston Rockets. Enerzijds vind ik het best wel frustrerend om al die jongens met wie je zelf nog speelde nu in de NBA te zien, zoals een Mike Bibby of William Avery, omdat je het gevoel hebt dat je evenveel kan als zij. Anderzijds denkt elke Amerikaanse basketballer daar net zo over. Iedereen die voor de televisie zit en amper iets van basketbal kent, denkt soms wel : dat kan ik ook.

Waarom koos je uiteindelijk voor Charleroi en België ? Na een knalseizoen als vorig jaar had je toch ongetwijfeld betere aanbiedingen uit het buitenland.

Dat is zo. Enkele aanbiedingen uit Italië en Spanje bleken vrij concreet, maar ik woon nu al twee jaar in België. Doe ik er dit jaar nog bij, dan kom ik in aanmerking voor een Belgisch paspoort. Wil ik later nog in Europa aan de slag, dan is dat geen onbelangrijk gegeven. Bovendien doet het enorm deugd om nog eens te kunnen verkondigen dat je voor de titel gaat, zonder dat je hilarisch overkomt.

Je begint ondertussen aan je derde jaar in België en je bent amper 24. Je woont hier ook alleen. Heb je nooit heimwee naar de VS en je familie ?

In juli keer ik altijd enkele weken naar North Carolina terug, want daar woont het merendeel van mijn familie. Maar los daarvan kan ik makkelijk op mijn eigen benen staan. Ik was het ook al gewoon om veel te verhuizen. Mijn vader zat in het leger en bijgevolg dienden we hem vaak te volgen. Zo woonde ik achtereenvolgens in North Carolina, Hawaï, Texas en New York. Mooie herinneringen.

Op je linker- en rechterbovenarm zie ik twee tatoeages prijken. Houden die enig verband met die herinneringen ?

Die op mijn rechterschouder is een zon met mijn naam erin. Niets speciaals. Op mijn linkerschouder staat mijn vader afgebeeld. Hij overleed vijf jaar geleden, toen ik nog net geen negentien was. Hij was voordien al twee jaar zwaar ziek geweest. Ik had een hechte band met hem, ik was ook enig kind in huis. Na zijn overlijden werd ik plots tot man des huizes gebombardeerd, alle huishoudelijke taken, verantwoordelijkheden : daardoor word je sneller volwassen.

Hoe stond je vader tegenover je ontluikende basketcarrière ?

Hij heeft me altijd gestimuleerd om te sporten. Tot mijn vijftiende combineerde ik basketbal en American Football. Vanaf dan merkte ik dat al die footballers drie keer breder werden dan ik ( Faison lacht en toont de gemiddelde breedte van een footballer aan). Toch speelde ik op de pleintjes meestal tegen oudere en zwaardere jongens. Ik denk dat ik daardoor een ietwat spectaculairdere stijl ontwikkelde, als compensatie voor mijn gebrek aan kilo’s.

Wat heeft Europa jou bijgebracht in je ontwikkeling als speler ?

Goh, ik heb hier vooral leren verdedigen. Dat moest ook onder Bavcevic. Daarnaast is mijn shot de laatste twee jaar enorm verbeterd. In feite ben ik in Europa een completere speler geworden.

En naast het terrein ?

Euh, België heeft me een andere gelaat van Europa getoond. Toen ik op college zat, zijn we met de ploeg een toernooi in Griekenland komen spelen. En vlak voor mijn komst naar België vertoefde ik een week in Macedonië. Dat was mijn beeld van Europa. Dat klinkt misschien narrowminded, maar zo was het. Nu moet ik zeggen : in België voel ik me zeer comfortable.

Is de NBA-droom al opgeborgen ?

Helemaal niet. Ik probeer nog enkele jaren, als het dan nog niet gelukt is, dan moet ik me op andere doelen focussen. Dan trek ik naar Spanje of Italië.

door Matthias Stockmans

‘Mijn spectaculaire speelstijl dient als compensatie voor mijn gebrek aan kilo’s.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content