Rechter Philippe Richard heeft na Luciano D’Onofrio ook Pierre François en vier anderen aan zijn lijstje van beschuldigden toegevoegd.
Twee weken na de aanklacht tegen Luciano D’Onofrio voor het witwassen van geld en valsheid in geschrifte werden nog vijf personen aangeklaagd door rechter Philippe Richard: de laatste drie algemeen directeurs van Standard (Alphonse Costantin, Pierre Delahaye en Pierre François), Olympique Marseilles boekhouder Jean-RenéAngeloglou en spelersmakelaar (en restauranthouder) Djuro Sorgic. De vijf worden beschuldigd van deelname of goedkeuring van het ‘systeem-D’Onofrio’ waarbij een deel van het transfergeld betaald werd via vervalste facturen. Op die manier wordt het salaris van de speler in kwestie schijnbaar verminderd, wat er dan weer toe leidt dat er minder sociale bijdragen en belastingen moeten worden betaald. Dat systeem maakt het ook mogelijk om bij elke factuur een deel van het geld wit te wassen. De transfers waarvan sprake in het gerechtelijk dossier zijn die van Ivica Dragutinovic – al gaat het bij hem eerder over zijn contractverlenging in januari 2003 – van Miljenko Mumlek, Sambegou Bangoura en Sérgio Conceição tussen 2003 en 2005.
Dat justitie de laatste drie algemeen directeurs van Standard heeft aangeklaagd, betekent dat ze actief meegewerkt hebben aan het systeem van D’Onofrio, of dat ze documenten ondertekenden die de werking van het systeem mogelijk maakten zonder dat ze zich van enig kwaad bewust waren. In het tweede geval is de vraag of het ondertekenen van een document de ondertekenaar een strafbare verantwoordelijke maakt.
Domicilie in Metz
Pierre François wordt geruggensteund door nieuwbakken voorzitter Roland Duchâtelet en heeft naar eigen zeggen geen seconde gedacht aan ontslag. “Ik ben niet meer gehoord geweest in die zaak sinds het verhoor in 2005, dat er toen trouwens op mijn verzoek is gekomen”, verklaarde François. “Zodra ik wist dat ik aangeklaagd zou kunnen worden, heb ik contact opgenomen met de inspecteur en hem gevraagd om een gesprek met de magistraat. Ik wilde dat de magistraat zelf zou kunnen uitzoeken waarop de aanklacht juist gebaseerd is, maar het gesprek heeft nooit plaatsgevonden. Als ik zeg dat ik me geen zorgen maak, bedoel ik niet dat ik de aanklacht niet serieus neem. Ik weet gewoon dat ik recht in mijn schoenen sta. In het seizoen 2003/04 waren de contractbesprekingen mijn verantwoordelijkheid niet. Het was niet mijn taak om te bepalen welke bedragen tussenpersonen, clubs en makelaars opstreken bij een transfer. Contractbesprekingen werden pas later aan mijn takenpakket toegevoegd.”
Met die uitleg kaatst François de bal terug naar zijn vroegere baas, die hij sinds de aanklacht niet meer heeft gehoord. “Ik heb de kans nog niet gehad om er met Luciano over te praten, aangezien hij mij nog niet heeft gebeld.” Pierre François bevestigde eveneens dat “alle bedragen die Standard betaalt ook aangegeven zijn. Standard heeft geen zwart geld. En sinds mijn aantreden in 2003 zijn er geen kapitaalsinvesteringen van aandeelhouders geweest.” Net daarop is het onderzoek van het Luikse gerecht nochtans toegespitst.
Sinds de aanklacht wordt gewezen op het domicilieadres en de naturalisatie van François. “Dat ik me tot Fransman heb laten naturaliseren heeft alles met mijn privéleven te maken. Die procedure is trouwens al een hele tijd geleden in gang gezet. Toen ik mijn domicilie naar Metz bracht, heb ik er strikt op toegezien dat mijn fiscale situatie dezelfde bleef. Ik ben dus nog steeds onderworpen aan de Belgische personenbelasting, net omdat ik niet wilde dat die wijzigingen koren op de molen van de criticasters zouden zijn. Ik wil toch nog even zeggen dat ik bij Standard alleen maar mijn loon van algemeen directeur krijg, op twee premies voor de landstitel en een premie voor de bekerwinst na.”
De aanklachten hoeven niet noodzakelijkerwijs tot een proces te leiden. Zodra het onderzoek afgerond is, kan de procureur des konings een ontslag van rechtsvervolging uitspreken, of de rechter vragen om bepaalde punten verder uit te diepen. Een derde mogelijkheid is dat hij bepaalde betrokkenen voor de correctionele rechtbank laat verschijnen.
DOOR STEPHANE VANDE VELDE
“Mijn naturalisatie tot Fransman heeft met mijn privéleven te maken.”
