Jullie zijn onlangs weer verhuisd van Antwerpen naar Landegem, jullie geboortestreek.

We hebben twee jaar lang in ’s Gravenwezel gewoond, dicht bij Brasschaat. Puur om praktische redenen eigenlijk. Ik wilde niet elke dag alleen maar in de files staan. Maar sinds we op de Wilrijkse pleinen trainen en niet langer op Germinal Ekeren, is het tijdsverschil niet zo groot. Bovendien kan ik samen rijden met Tim Reigel en Bert Dhont. Hier zijn we weer in de buurt van vrienden en familie komen wonen. In ’s Gravenwezel was er veel natuur en groen, maar de mentaliteit stond ons niet altijd aan. We werden soms heel scheef bekeken. Totaal anders dan hier, waar iedereen elkaar goed kent. Ik ben een echte plattelandsjongen, het moet allemaal niet te chic zijn.

Je bent nog kelner en barman geweest. Is dat jouw tweede roeping ?

Dat heb ik altijd willen doen. Als ik stop met voetballen, droom ik ervan om een soort brasserie of danscafé te openen. Ik ben een sociaal dier, kom graag onder de mensen en wil me amuseren. Het is een idee dat sterk leeft. Ook mijn vrouw ziet het wel zitten. Dus waarom het dan later niet proberen ?

Ben je een verzamelaar ?

Nu niet meer, maar bij mijn vader ligt nog wel een aantal sjaals van verschillende buitenlandse ploegen. Die werden meegebracht door mijn oom of door de pa- tron van de zaak waar ik werkte. Zo kreeg ik er ooit eentje van het grote AC Milan. Ze dienden om mijn kamer te decoreren. Verder hou ik van elke club waar ik speelde een truitje. Gewoon als herinnering, niet meer. Er zit er ook eentje bij van een galawedstrijd van Ajax : nummer zeven, ik weet zelfs niet meer wie het was, alleen dat hij me veel voorbijliep ( lacht).

Hoe staat het met je golfhandicap ?

We boeken nog altijd vooruitgang. Het werd een hobby nadat Filip Haagdoren, Robby Van de Weyer en Marc Degryse me eens overhaalden om mee te gaan. Ik had de microbe meteen te pakken. Eerst lessen gevolgd, daarna lid gemaakt van de golfschool in Gent. Twee jaar geleden startte ik met handicap 45, ondertussen raakte ik toch al aan 28. Wij spelen één tot twee keer per week. Het is de ideale ontspanning, je komt ermee tot rust. Als je een balletje meer dan tweehonderd meter ver weg kan slaan naar het juiste punt, geeft dat ook een enorme kick.

Jij bent de grappenmaker bij GBA, horen we.

Maar de grootste is Robby. Ik pest wel eens, zet mensen graag op het verkeerde been. Zo heb ik op 1 april Bram Verbist naar een vergadering van het bestuur gestuurd, wegens zogenaamde problemen met de uitbetaling van zijn loon. Hij wilde het eerst niet toegeven, maar iedereen lag plat van het lachen. Er moet wat ambiance zijn, hé.

Is er een voorwerp in huis dat je niet kan missen ?

Mijn expressomachine. Die mogen ze me niet afnemen. Ik heb ze ooit eens voor herstel twee maanden moeten missen : ik werd bijna gek ! Ik heb elke dag behoefte aan mijn mokkaatje. ’s Morgens een grote kop, en tijdens de dag nog eens gemakkelijk twee tot drie kleine porties. Het smaakt me enorm.

Welke betekenis hebben de twee tatoeages op je lichaam ?

Ik vind het gewoon mooi, maar loop er niet mee te koop. Op mijn schouder heb ik een voetbalschoen met een speciale veter. Op mijn enkel koos ik voor de A van Alessio in het Chinees. Ik zou er graag nog een laten plaatsen, maar mijn vrouw stribbelt tegen.

Hoe lang sta je ’s morgens voor de spiegel ?

Bij Wendy duurt het al snel een uur, ik kan het toch iets sneller. ( Grijnzend). Ik wil er gewoon goed uitzien, daarom gebruik ik ook regelmatig de zonnebank van mijn moeder. Dat geeft me enorm veel energie. Maar het ochtendritueel gaat niet verder dan het nemen van een douche, tandjes poetsen en het haar goed leggen.

door Frédéric Vanheule

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content