PETER T’KINT
Maandagavond tekende Johan Boskamp een contract voor 2,5 jaar bij FC Dender. Op woensdag en donderdag vloog de Nederlander er al meteen stevig in, met twee keer twee trainingen. Het moment voor de spelers om kennis te maken met hun nieuwe sportieve baas, die tijdens zijn vrije momenten alle gespeelde wedstrijden van Dender op dvd bekeek. Vrijdagavond liet hij Anderlecht-Standard aan zich voorbij gaan om in Genk de jonge beloften – niemand van de A-kern was meegereisd – aan het werk te zien. Het was aanvankelijk met veel ongeloof dat supporters reageerden op het gerucht dat de gewezen trainer van Anderlecht en Standard hun nieuwe oefenmeester zou worden. Was dat ook zo voor de spelers ?
Steven De Petter, 22 en aanvoerder : “Niet direct, omdat ik al iets eerder op de hoogte werd gebracht. Het is wel een teken dat het bestuur ambitie heeft, het wil er wat van maken. Anders ga je niet voor zo’n naam. Het is iemand vol vuur, die er invliegt, van bij de start. Wel gaf hij direct toe dat hij ons niet zo goed kende en dat hij de voorbije maanden niet heel veel van de Belgische competitie heeft gezien. Daarom leidde hij wel de trainingen, maar werd de voorbereiding tegen RC Genk nog gedaan door Patrick Asselman. Boskamp zei wel dat een groep die erin slaagt om tegen Anderlecht een 0-2-achterstand ongedaan te maken, in zichzelf mag geloven. Hier is kwaliteit aanwezig. Tot nu toe hadden we vooral groepsgesprekken, de individuele babbels komen later. Hij zit er wel kort op, dat is al duidelijk, en gaat geregeld in discussie met de spelers.”
Zaterdag nam hij na de ochtendtraining Sebastien Dufoor nog eens flink onder handen, individueel.
“Die kent hij nog van vroeger. Boskamp wil ons een week of twee observeren en dan nog meer zijn klemtonen leggen. Ik moet zeggen dat er heel pittig werd getraind, met wat eigen oefeningen.”
Jullie begonnen aan de wedstrijd tegen Genk met een één op achttien. Voelden jullie je nog eersteklasser, is er nog geloof in eigen kunnen ?
“Toch wel, maar als je werk op training niet wordt omgezet in resultaten, gaat dat wegen. Wij verdienen een paar punten meer, maar ik vermoed dat elke ploeg dat wel vindt. Wat ik intussen wel merk, is dat ploegen ons direct bij de aftrap heel snel onder druk zetten, in de hoop vlug te kunnen scoren. Omdat ze weten dat wij zelf moeilijk een goal maken. Daar moeten we ons tegen wapenen.”
Boskamp speurt ook in de jeugd naar talent. Een goeie zaak ?
“Er trainden voordien al een paar jongeren mee, hij besliste om ze bij de A-kern te houden. Boskamp kan hier echt wel wat betekenen voor de jeugd. Anderzijds hebben we wel dringend punten nodig, het duurt meestal toch wel even voor jeugd er staat. Van mij mag er straks versterking komen, maar dan wel échte versterking, het heeft geen zin om de groep in de breedte groter te maken.”
Een opvallende ingreep van Patrick Asselman in de bekerwedstrijd tegen Westerlo was dat jij, centrale verdediger, een centrale middenvelder werd. Viel dat mee ?
“Voor mezelf wel ja, ik kon mee inschuiven, mee voetballen, bij momenten vond ik dat goed gaan. Het is wat wennen in het begin, maar niet nieuw voor mij. Ik heb in de derde klasse nog op het middenveld gespeeld en werd op die plaats bij de jeugd opgeleid.”
Er werd bij de promotie veel van jou verwacht, maar mag ik zeggen dat je als verdediger wat leepheid miste ?
(lacht) “Ik hoef er niet akkoord mee te gaan, maar je mag dat zeggen. Ik denk dat het voor heel de ploeg gold, misschien laten we ons wat makkelijk aan de kant zetten. Ook ik. Ik heb goeie wedstrijden gespeeld, vind ik, maar dat ik nog moet bijleren, ontken ik zeker niet. De verwachtingen waren ook hoog. En het blijft een ploegsport, als verdediger ben je ook afhankelijk van de anderen.” PETER T’KINT
