STVV begint straks het nieuwe seizoen op kunstgras. Kunstgras? Op Stayen? Jan Mulder draait zich om achter zijn toetsenbord. Aanvoerder Peter Delorge: ‘We tasten zelf helemaal in het duister, op dit moment weet niemand wat het gevolg zal zijn.’
In Nederland en Zwitserland kijken ze er al lang niet meer van op. Heracles heeft in zijn Polmanstadion kunstgras liggen en de Young Boys uit Bern, straks de Europese tegenstander van Westerlo, hebben het in hun Stade de Suisse al sinds 2006. Omdat zoiets van de UEFA niet mag, werd er tijdens het EK wel een laagje natuurgras bovenop gelegd.
In eigen land is er al Lokeren, dat een mengeling heeft van kunst- en natuurlijk gras, en Anderlecht, dat ook op zo’n mix speelt. En straks is er dus STVV, dat van de Pro League de toestemming kreeg om boven op de parkeergarage onder het hoofdveld een gloednieuw kunstgrasterrein aan te leggen. Een investering van ruim 2,5 miljoen euro.
Wat vinden de eigen spelers daarvan, vroeg Belgacomanalist Gert Verheyen zich af. Het is toch anders voetballen, bedacht Verheyen, minder in de duels. Bovendien zou het risico op blessures vergroten, zeggen critici van de velden in Frankrijk en Nederland.
Aanvoerder Peter Delorge: “Hoe het is weten we op dit moment absoluut niet, om de eenvoudige reden dat we er nog niet op hebben getraind. De mensen die het hebben aangelegd, beloofden dat het veld klaar zou zijn tegen 20 juli. Dat is ongeveer gelukt, vanaf deze week kunnen we het zelf uitproberen. Ik vermoed dat we er tot de eerste thuiswedstrijd, over tien dagen tegen Club Brugge, vaak op zullen trainen, om eraan te wennen.”
Het is met niets vergelijkbaar, zegt Delorge. “Het nieuwste van het nieuwste, iets gelijkaardigs ligt nog nergens. We hebben op het jeugdcomplex ook een kunstgrasveld liggen, daar trainen we vooral op tijdens de wintermaanden, als het heeft gesneeuwd of hard heeft gevroren. Maar men heeft ons al verwittigd dat dit helemaal anders zal zijn.”
Een kunstgrasveld is in principe wat stroever, maar daar is aan gedacht. Delorge: “Er is een ingenieus sproeisysteem ingebouwd, met verschillende standen, zodat wij het veld kunnen besproeien zoals wij willen. We kunnen de snelheid als het ware zelf bepalen. Men heeft ons verzekerd dat het zou zijn alsof we op gras spelen en we kregen ook al uitleg over het schoeisel dat we moeten dragen. In principe zou alle schoeisel erop passen.”
De spelers is verzekerd dat ze niet bang moeten zijn voor een sliding, noch voor blessures aan pakweg de achillespezen. Delorge: “In principe moeten we aan stijl niks inboeten. Het enige wat zal verdwijnen, is de slechte staat van het veld. Geen modder meer, of geen afgeleefde velden zoals we in de loop van vorig seizoen toch nog zagen. Op termijn zou dit voor ons een voordeel moeten zijn. In de aanloop naar een uitwedstrijd gaan we verder trainen op gras, maar ik vermoed dat wij in de week voor een thuiswedstrijd ons de hele tijd op ons hoofdveld zullen voorbereiden, om helemaal aangepast te zijn aan snelheid en veerkracht. Dat voordeel heeft de tegenstander niet.”
DOOR PETER T’KINT
“In principe moeten we aan stijl niks inboeten, er is ons verzekerd dat we niet bang moeten zijn voor een sliding.” Peter Delorge
