Iets meer dan twee jaar is het geleden dat René Vander-eycken als bondscoach debuteerde. De Rode Duivels wonnen met 0-2 in Luxemburg, na een fletse wedstrijd op een moeilijk te bespelen sneeuwtapijt. Vandereycken frappeerde onder meer door spelers op te stellen die op een andere positie stonden dan in hun club. Hij vond dat geen probleem. Voetballers, zo argumenteerde hij, moeten op dat niveau meer kunnen dan alleen maar binnen tien vierkante meter spelen.

Vijf en een halve maand later, op 16 augustus 2006, begon België met een thuiswedstrijd tegen Kazachstan aan de EK-kwalificatie. Na een beschamende voorstelling van de Rode Duivels eindigde de partij in een bloedeloos 0-0-gelijkspel. Vandereycken verbaasde opnieuw: hij pakte uit met een voorzichtige veldbezetting. Op de persconferentie legde hij achteraf uit waarom hij de tegenstander niet meteen naar de keel greep: het kwam er, met een nog niet op mekaar ingespeelde ploeg, op aan om niet te offensief te starten. Omdat je, zo sprak hij met gladgestreken gezicht, de tegenstander anders vertrouwen en energie geeft als je niet meteen scoort. Kazachstan was op dat moment de nummer 141 op de FIFA-wereldranglijst.

Twintig wedstrijden hebben de Rode Duivels onder leiding van René Vandereycken gespeeld. Daarin werden precies 48 spelers opgesteld en is iedereen de tel van het aantal experimenten kwijtgeraakt. Welgeteld één keer speelde de nationale ploeg een goeie wedstrijd: vorig jaar in augustus, thuis tegen Servië, toen er een uur lang gezwind werd gecombineerd, tot Vandereycken toch weer voorzichtigheid inbouwde en Servië zo weer in de wedstrijd kwam. Een vreemde kronkel die na de overwinning (3-2) onder tafel werd geveegd. Sterker zelfs: de indruk ontstond dat er eindelijk weer wat licht scheen over de nationale ploeg, ook en vooral omdat de Beloften net daarvoor een uitstekend maar helemaal uit zijn context getrokken EK hadden gespeeld.

Sinds afgelopen woensdag is de duisternis weer onherroepelijk ingetreden. De 1-4-nederlaag tegen Marokko is een blamage. Opnieuw legde Vandereycken defensieve klemtonen: hij stelde in een 4-3-3 centraal drie verdedigende middenvelders op. Je vraagt je af of hij zelf nog een weg vindt in de doolhof van experimenten. Nog maar eens werden er spelers op andere posities neergezet. Ze liepen mekaar voor de voeten en begrepen er zo weinig van dat Vincent Kompany na afloop kanttekeningen plaatste bij de veldbezetting. Gegarandeerd trekt Vandereycken er geen conclusies uit. Hij is koppig en eigenwijs. Dat mag als je resultaten behaalt, maar niet als er in twee jaar en twintig wedstrijden geen enkele vooruitgang is geboekt. Dan moet je jezelf in vraag stellen. In plaats daarvan beweert Vandereycken dat hij nog geen enkele fout heeft gemaakt. Hoe zelfingenomen moet je dan niet zijn?

Wat al te voorbarig wordt er gedacht dat België op dit moment over een gouden generatie beschikt. De werkelijkheid is dat deze ploeg talent heeft maar niet één leider telt. Dienende spelers moeten plots tot dragers uitgroeien. Daniel Van Buyten is daar het mooiste voorbeeld van. Bij Bayern München moet hij de bal afpakken en meteen inleveren. Als hij dat niet doet, krijgt hij op zijn donder. Bij de nationale ploeg ging Van Buyten op een gegeven moment voor de verdediging spelen om het aanvalsspel te sturen. Ook Timmy Simons en Gaby Mudingayi zijn meer brekers dan bouwers. Thomas Vermaelen en Jan Vertonghen zijn bij Ajax wel basisspeler, maar ze laten zich daar leiden door anderen. En Vincent Kompany nog altijd beschouwd als ons grootste talent – zit bij Hamburg niet toevallig op de bank. Zo bleven er alleen een paar schaarse flitsen van Moussa Dembéléover en was het voor de rest een treurmars met veel ordeloos gedraaf en slechte combinaties.

Dit team heeft alleen een kans op slagen als er vaste patronen zijn. Er is absoluut nood aan tactische herkenbaarheid. Het is een houvast, een soort vangnet in moeilijke momenten. Dat juist René Vandereycken, als speler slim en geslepen als weinig anderen, dat niet inziet, is en blijft een vreemde paradox. S

door Jacques Sys

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content