Voor de zesde keer in dertien edities speelde Duitsland de finale van een EK. Meer dan individuele klasse was de kracht van de Mannschaft het collectief. ‘Om over twee jaar topfavoriet voor het WK te zijn, moeten we individueel meer vooruitgang boeken’, meent Michael Ballack, alweer in het verliezende kamp.

Hij beet dus weer in het zand, Michael Ballack. Net als een paar weken terug, in de finale van de Champions League. Toen kon hij nog pech inroepen, verliezen met de strafschoppen is een loterij, maar zondag was er van pech geen sprake. Duitsland bereikte met veel moeite de finale, want eigenlijk lag het ook al in de halve finale tegen Turkije onder. En in die finale lag het opnieuw onder bij Spanje, dat zich technisch veel beter toonde, zodat niemand uit het Duitse kamp achteraf moeite had met het feliciteren van de verdiende winnaar.

Als je voetbal reduceert tot esthetiek, dan scoorden de Duitsers hier niet zo hoog. Ze maakten mooie goals, maar in het spel waren Kroaten, Turken en Spanjaarden vaak veel vloeiender. Zelfs de Portugezen. Maar voetbal is meer dan esthetiek. Gelukkig. En in die andere deelgebieden scoorden de Duitsers wel hoog. Ze toonden wilskracht, doorzettingsvermogen, inzet, flexibiliteit, energie, rijpheid en mentale weerbaarheid. En daarmee raakten ze in de finale. Maar daar was het ook op, er stond iets te weinig frisse individuele klasse op het veld om zondagavond nog iets te forceren.

Zomersprookje deel II

Een raadsel, vond Franz Beckenbauer de Mannschaft. Ze had geen sterren die het tornooi beheersten, er waren ook geen individuele spelers die over drie weken een constante in hun prestaties konden leggen. Wie de beste Duitser was, vroeg iemand ons voor de finale. We wisten het eigenlijk niet zo goed. Ook bondscoach Joachim Löw kreeg er soms met moeite vat op. Favoriet vóór de start van het tornooi, dan matig tot goed tegen Polen, gevolgd door een ferme dip tegen Kroatië waarna het plots crisis werd. Volgde een zege behaald op kracht en inzet maar met slecht spel tegen Oostenrijk die de crisis even afwendde en dan de veel besproken tactische omschakeling. Succes tegen Portugal en vervolgens tegen speelse creatieve onvoorspelbare Turken met de hakken over de sloot naar de finale. Slecht spel, heel wisselvallig. Maar ook: veel mentaliteit, wilskracht en héle mooie goals. De eerste tegen Portugal, in een snelle omschakeling en tegen heel hoge snelheid afgewerkt door Bastian Schweinsteiger. Of de manier waarop Philipp Lahm in de slotseconden scoorde tegen Turkije, nadat hij eerder verdedigend in de wind was gezet bij de Turkse gelijkmaker. Prachtig, weinig spitsen zouden het hem voordoen. Of de vrije trap van Michael Ballack tegen Oostenrijk. Of de pass van Thomas Hitzl-sperger die aan het doelpunt van Lahm vooraf ging. Duitsland zorgde binnen de wisselvalligheid ook voor hoogtepunten.

Christoph Metzelder, die in vrijetijdskledij met baard en pet op eerder doet denken aan een Bretoense visser dan aan een finalist op het EK, formuleerde het als volgt: “Het doel was hier voor ons altijd belangrijker dan de weg. Wij hebben nooit gepretendeerd Europa met glans en glorie te veroveren. Een ploeg als Portugal wilde dat bijvoorbeeld wel. Ik voetbal in Spanje, in Madrid, en daar proef ik dat het respect voor Duitsers heel groot is. Vanwege die inzet, dat groepsgevoel.”

Eerder op het tornooi verwees Metzelder ook naar het grote patriottisme op het thuisfront dat hem beroerde. Aan de Brandenburger Tor stroomde bij elke wedstrijd van de Duitsers weer enorm veel volk naar de grote televisieschermen, meer dan een half miljoen. Metzelder daarover: “We hebben dit patriottisme nodig, om ons gebrek aan kwaliteit te verdoezelen, om er ons overheen te tillen.”

Operatie stormloop

Het nationale zelfgevoel was één meespelende factor, genieten onder druk een belangrijke tweede. Joachim Löw vond dat heel belangrijk. Hij bracht de Mannschaft onder in Il Giardino in Ascona, waar de ruime delegatie (70 man) een schitterend vijfsterrencomplex bewoonde. Aan de rand van het Lago Maggiore, op een van de weinige plaatsen waar het tijdens het tornooi quasi altijd zalig warm was. Vakantieweer, een schril contrast met de kou en de mist die het Tsjechische gezelschap in Seefeld verkilde. Voor de trainersstaf was er een apart gebouwtje, de Casa Rosa, voor de vrouwen werd een hotel even verderop gereserveerd, daags na elke wedstrijd mochten ze bij hun mannen langs. Er kon worden gefietst, gegolfd, het was er genieten onder druk.

Een paar keer wankelde de equipe tijdens dit tornooi op de rand van de afgrond. Tegen Kroatië, tegen Turkije. Zoals bergwandelaars was het balanceren op het kantje. Naar het beeld van de reclamecampagne die teammanager Oliver Bierhoff samen met Löw en een sponsor vooraf opstartte en die de naam ‘operatie stormloop naar de top’ meekreeg. In een reclamefilmpje waarin niet werd gesproken, klauterden de internationals en hun trainer een berg op. De mannen niet in voetbaluitrusting, maar in grijze kleren en vilten hoedjes (sic), met touwen van vezel.

De wind, het ijs, alles deed wat denken aan de propagandafilms van LeniRiefenstahl en haar Triumph des Willens uit 1935. Het filmpje is bewust gemaakt, zoals alles bij Löw een bedoeling heeft. Het leidde weg van het voetbal, van het beeld dat voor dit tornooi in Duitsland van Löw bestond. De man van het concept, van controle, van tests, de wetenschapper die hier voor het tornooi nog een gewezen basketbalinternational ( DenisWucherer) uitnodigde omdat hij gefascineerd was door de manier waarop basketters verdedigen zonder te moeten sleuren aan het lijf van de tegenstander. In het hotel was een basketbalveldje en Wucherer kreeg op een dag een sessie van 75 minuten om de spelers aan te leren duels in het strafschopgebied op een propere manier aan te gaan.

Löw houdt van analyse en is niet te beroerd om de hulp van buitenstaanders in te roepen. Tijdens het WK in 2006 was onder meer een bergbeklimmer (toen al!) te gast in het kamp van de Duitsers. Maar dat wetenschappelijke beeld kon ook afleiden van de essentie van het voetbal: het hart, de emotie. En dus kwam er een geregisseerd ander beeld van de Mannschaft.

De alpenmythe, de klederdracht, de traditionele heimatverbondenheid en natuurmystiek. Het ultieme willen van de zege, het neerplanten van de vlag. Wien als doel van de reis. Bergen veroveren, vanuit het uiterste zuiden van Zwitserland helemaal naar de andere kant van Oostenrijk. Terrein bezetten, nationalisme opwekken, groepsgevoel … Niks was toeval. Reclame als metafoor.

Overleg

Löw betrok ook zijn ervaren spelers in het debat, was niet te beroerd of bang voor inspraak. Openlijk gaf hij hier toe hoe hij, op de terugvlucht uit Wenen waar Duitsland maar via een magere 1-0 tegen Oostenrijk de plaatsing voor de kwartfinale had afgedwongen, begon na te denken over een nieuw systeem. Het oude, de 4-4-2, werkte niet, Duitsland kon zijn spel niet aan de tegenstander opleggen. Het ging allemaal moeizaam, er moest te veel worden gelopen, het flankenspel kwam er niet uit, de spitsen kwamen amper aan kansen… Na aankomst nam hij zijn aanvoerder even apart, met de volgende boodschap: “Ga een keer een half uurtje samen zitten met de oudere spelers en praat over wat jullie denken dat er moet veranderen. En laat me dan iets weten.”

In het hoofd van Löw stond het toen al vast, maar hij wilde bevestiging bij zijn spelers. Niet dat zij mochten beslissen wie er speelde, maar Löw vond wel dat ze over strategie hun mening moesten geven.

De verandering vond hij “een evolutie, geen revolutie.” Löw: “Ik ben iemand die zich moedig opstelt, die risico’s neemt. Maar eigenlijk was het uitgangspunt steeds hetzelfde, zoals bij 4-4-2: snel naar voor spelen, maar niet de ballen in niemandsland droppen. Alles bleef hetzelfde, alleen werd de ruimte anders benut en bezet.”

Löw en Ballack hebben elkaar de voorbije maanden gevonden. Löw noemt Ballack iemand met “veel positieve invloed op het team.” Hij doet hem ook veel nadenken over de ploeg. Voor hem is Ballack méér dan de leider op het veld, hij is een aanspreekpunt, een raadgever.

Die vertrouwensrelatie heeft zich maar langzaam ontwikkeld. Tijdens de periode Klinsmann werd Ballack de opvolger van Oliver Kahn als aanvoerder. Maar de relatie tussen Klinsmann en Ballack was niet de meest hartige, of de meest harmonieuze. Ballack cijferde zich twee jaar geleden op het WK weg voor de anderen, de tactiek. En die was niet altijd de zijne, of liever, ze strookte niet altijd met zijn visie. Hij vond Duitsland in de aanloop naar het WK te aanvallend voetballen, te risicovol, te veel goals pakken en vreesde voor een afstraffing eens het tornooi zou beginnen en de tegenstand sterker werd. Ballack uittte zijn bezorgdheid in een interview en werd daarvoor door Klinsmann afgestraft. Bij de eerste wedstrijd van het gastland, tegen Costa Rica stond Ballack niet in het team.

De Duitsers hebben hier een mooi woord voor: Platzhirschdenken. Niet echt makkelijk te vertalen, zie het als: denken als een dominerende figuur. Zoals pakweg een Lothar Matthäus in de jaren 90, aanvoerder van het elftal dat in 1990 wereldkampioen werd maar o zo graag belangrijk. Die tijd is voorbij, zegt Ballack, het individu moet zich plooien naar het collectief. Dat maakte Klinsmann hem nog eens goed duidelijk. Hoe goed Ballack – in zijn beginjaren nog libero – zich ook had ontwikkeld als aanvallende middenvelder, het spel ‘bepalen’ zou hij niet …

Ballack ging vanaf dan intensiever contact zoeken met Klinsmanns assistent Löw, met wie hij vaak over tactiek sprak. Toen die vervolgens de verantwoordelijkheid overnam, werden die contacten nog intenser. Zeker tijdens de lange periode dat Ballack geblesseerd was aan de enkel, twee operaties onderging en twijfelde over zijn sportieve toekomst, omdat niemand hem kon voorspellen wanneer hij terug zou kunnen spelen. Uiteindelijk bleef hij 30 (!) weken aan de kant. Löw steunde hem de hele tijd, pompte hem moed in, vroeg om niet op te geven.

Op dat vlak is zijn transfer naar Engeland ook belangrijk geweest, Löw hecht veel waarde aan de dynamiek van het voetbal daar, aan de snelheid. Het is bekend, de man vindt dat er in de Bundesliga veel te traag wordt gespeeld, dat het belangrijker is om sneller van de bal af te komen. Löw gaat af en toe naar Londen, bij Ballack langs, maar ook om wedstrijden te bekijken.

Collectief

Een ander opvallend punt: het unisono geluid uit het Duitse kamp. Geen schandaaltjes, geen ronkende verklaringen, ook al waren elke dag Duitse spelers bereikbaar voor hun media en draaide het niet lekker, ideale voedingsbodem voor spanningen.

Daarover zeiden Frings en Ballack, beiden 31 en belangrijk in het team, het volgende. Ballack: “Weinig luidsprekers in de media, dat klopt. Het is niet dat de ouderen de jongeren ‘opvoeden’.” Frings: “Maar we letten er wel op dat we de dingen discreet behandelen. Het is veel beter als we zaken onder vier ogen regelen. Als je het openlijk doet, gaan spelers revanche nemen en dan krijg je een sneeuwbaleffect.” Ballack: “En daar nemen de ouderen de verantwoordelijkheid over de omgangsvormen binnen het team. Als een kind kijk je ook naar hoe je ouders het doen, wat voor een woordenschat ze hanteren. In een team is het anders dan in een familie, maar de stijl moet wel van de ouderen komen.”

Zin voor collectief, het is er bij Ballack ingelepeld. Letterlijk. Hij groeide op in de voormalige DDR, in Görlitz en daarna Chemnitz (het vroegere Karl-Marx-Stadt), in een collectieve gemeenschap. Daarom kreeg hij aanvankelijk zo veel kritiek van iemand als Günter Netzer. Omdat je, vond die, als je denkt vanuit het collectief, zo moeilijk leiderschap kan geven. Elke keer moest Ballack zich weer bewijzen, alsof ze altijd aan zijn talent twijfelden, terwijl dat van bijvoorbeeld Philipp Lahm nog nooit ter discussie stond. Zijn verdedigende kwaliteiten wel – zie maar de fout in de finale, die Duitsland de goal kost, en zijn vorm soms ook, maar nooit zijn talent.

Ballack had het imago te week te zijn, een loser. Verlieswedstrijden op beslissende momenten, in Europese finales, versterkten nog dat beeld. Toen hij ook nog eens snel na zijn verhuis naar Engeland geblesseerd raakte aan de enkel, deed dat zijn imago ook geen deugd. In een vlaag van opwellend Miami Vicegehalte had Ballack zich een witte Ferrari aangeschaft en de Engelsen gaven die al snel de bijnaam The Ambulance. Ballack daarover: “Met hooggequoteerde spelers gaan de boulevardbladen niet licht om. Dat heb ik ook in Engeland gemerkt. Ik heb er moeten leren dat je soms dominanter en egoïstischer moet zijn om erkend te worden.”

Geen geluk hebben is een onderdeel van zijn imago. Maar hier was daar geen sprake van. Hij faalde, maar met geluk had het niets te maken. Ballack was belangrijk, wees de spelers tijdens het tornooi constant op hun verantwoordelijkheden. Eén voorbeeld. Toen Mario Gómez, drie keer basisspeler in de voorronde, openlijk filosofeerde over zijn transfer van Stuttgart naar München, wees Ballack hem direct op de slechte timing. In de Mannschaft waren er met Podolski, Schweinsteiger én Klose nog aanvallende spelers van Bayern. Als Gómez daar nu mee bezig was, had dat ook op hun denken een invloed, vond Ballack. Waarop Bild prompt titelde: Ballack geht auf Null-Tore-Gómez los. Ballack gaat te keer tegen nul-doelpunten-Gómez.

Meer individuele klasse

Ziet de Duitse toekomst er nu weer goed uit, na twee mislukte Europese campagnes? Is Duitsland na de halve finale op het WK en een finale hier nu weer een wereldgrootmacht in het voetbal en, pakweg, favoriet voor het WK in 2010?

Ja en neen.

De ploeg staat duidelijk verder dan twee jaar geleden, vindt Ballack, die zeker nog doorgaat tot in Zuid-Afrika. Ze heeft meer ervaring, de meesten kennen mekaar intussen veel beter. En er staan een paar schutters klaar die op een tornooi het verschil kunnen maken. Maar topfavoriet voor een tornooi ben je pas als je individuele klasse hebt, vindt hij. En daar zijn andere landen nog steeds beter van gediend. Je zal, om het in marketingtermen te zeggen, nog steeds niet snel buitenlandse jongeren met een Duits shirt zien rondlopen.

De erkenning, zeker van de Duitse mentaliteit, is groot, ook in het buitenland. Hij vindt de ploeg stabieler geworden, er zijn minder zwakke momenten en er zijn minder moeilijkheden wanneer een speler een keer uitvalt. Maar in een halve finale of een finale beslissen vaak individuele dingen zoals een soloactie, of een moment. Daar moet de Mannschaft volgens haar aanvoerder nog vooruitgang boeken.

Berti Vogts, die de voorbije jaren in Schotland en Afrika (Nigeria) werkte, vindt dat de DFB, de Duitse voetbalbond, niet op haar lauweren mag rusten. Sportpleinen van steden en verenigingen moeten langer open blijven, vindt hij. De bond heeft een actieplan, ze gaat 1000 miniveldjes bouwen, overal in het land en stelt daarvoor twaalf miljoen euro ter beschikking.

Löw heeft met zijn team alvast een enorme voorbeeldfunctie: het teamwerk hier straalde in eigen land af op de gemeenschap, in alle regio’s werd uitbundig gevierd. Door man én vrouw. In een mededeling liet de DFB weten dat van haar 6,5 miljoen leden intussen meer dan 1 miljoen leden vrouwelijk zijn. De toeschouwersaantallen bij de mannen stagneren, maar bij de vrouwen en de jongere meisjes groeien ze. Zelfs Netzer moest al toegeven dat er “geen groter compliment is voor hem dat de vrouwen hem nu ook al verstaan.”

“Voetbal heeft zijn vuile gezicht weggewassen, dankzij de nationale ploeg”, was de teneur van een van de commentaren in de krant. De schreeuwende, soms dronken voetbalsupporter die geweld gebruikt, is door de twee voorbije campagnes van de Mannschaft in eigen land naar de achtergrond gedrongen. Het voetbal is de voorbije jaren wat weker, wat vrouwelijker geworden.

Naar het beeld van haar aanvoerder … S

door peter t’kint

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content