Je hoeft maar één blik te werpen op Noisy-le-Grand, vlak bij Parijs, om te begrijpen hoe en waarom een getalenteerde jongen uit een achterbuurt een van de beste nummers 6 van de Belgische competitie is geworden.

Het is een vrijdag die zijn tijd neemt op de oevers van de Marne, dolblij dat het weekend eraan komt en de winter bijna zijn biezen pakt. Het weer doet nog niet direct denken aan de danstenten die vroeger langs de rivier stonden, maar het licht wint elke dag wat meer terrein en geeft een bijzonder cachet aan het Pablo Picassoplein in Noisy-le-Grand, waar William Vainqueur (24) opgroeide.

“Kunst kent geen verleden en geen toekomst. Kunst die niet nu is, zal nooit zijn”, zo sprak de grote kubistische schilder ooit. Allicht schaterlacht hij in de artiestenhemel wanneer de plaatselijke bewoners van deze achthoekige plek die zijn naam draagt, het over ‘de twee camemberts’ hebben. Alexandre Pitou glimlacht bij de aanblik van die twee gebouwen in de vorm van een rechtopstaande schijf, die inderdaad aan de Normandische kaas doen denken. Pitou, die door iedereen bij zijn achternaam wordt genoemd, is de beste vriend van William Vainqueur.

In Noisy-le-Grand hebben ooit grote vedetten verbleven, zoals de komiek Coluche, maar de performers die de jongeren van vandaag behagen, zijn de voetballers die hun kunsten vertonen in Barcelona, München, Liverpool, Milaan of Madrid. “Telkens als het kan, komt William terug naar Noisy-le-Grand, waar het voor hem allemaal begon”, verzekert Pitou ons. “Hij zegt me altijd: ‘Ik loop eerst even langs bij mijn moeder en dan kom ik naar jou.’ Hij is opgegroeid op de tweede verdieping van een flatgebouw in de wijk Le Cormier ou Champy. Ik zag hem altijd op het Picassoplein, vlak bij het huis van zijn zus, of op de veldjes van FC Noisy-le-Grand. Als kind hadden we dezelfde dromen, dezelfde passie voor voetbal. En die hartstocht voor onze sport is nu zelfs intenser dan ze ooit is geweest.”

De kinderen in de wijken van Noisy-le-Grand zijn dezelfde als die in andere steden in de regio Ile-de-France. De bevolking is er gemengd, komt uit alle windstreken van de planeet, allen met hun problemen, met hun hoop. Het centrum van de Lichtstad ligt amper een treinrit van twintig minuutjes ver. De vrienden van Vainqueur zijn dus echte Parijzenaars, zoals Thierry Henry, die de wereld introk met alleen maar een voetbal als bagage. Het appartementsblok waar Vainqueur als kind woonde, doet denken aan dat waar Henry opgroeide. Het is een rustige plek, ordelijk. De gemeente heeft de gevels van deze appartementsblokken opgefrist. William woonde op de tweede verdieping. Voor de ingang staat een bank, waar de mama van de Standardspeler nog altijd geregeld komt uitrusten en een luchtje scheppen. Net als vroeger. Pitou is ontroerd wanneer hij terugdenkt aan die tijd die voor altijd in zijn geheugen en dat van zijn maat William staat gegraveerd. Je zou er zo de woorden uit een chanson van Françoise Hardy bij denken: “Als ik herinneringen ophaal, dan zie ik weer het huis uit mijn kindertijd, dan komt er zo veel terug. (…) Ze lachten, mijn vrienden, ze maakten deel uit van mijn leven.” Misschien moet Pyroman, de rapper die uit dezelfde wijk komt als Vainqueur, dat liedje maar eens onder handen nemen. Vaak zijn de achterbuurten van Noisy-le-Grand verscheurd geraakt door het geweld van enkele heethoofden, zoals in 2005, toen twee uur lang alles in vuur en vlam stond na relletjes tussen jongeren en de ordediensten.

Technisch de betere

Maar die buurten hebben ook iets poëtisch, een andere waarheid die schoner is. De terreinen van FC Noisy-le-Grand, een kleine regionale club, liggen vlak bij de Marne. Om daarnaartoe te gaan moet je langs paviljoentjes en chique huizen. Onder meer de legendarische Zwitserse komiek Michel Simon en de actrice Laetitia Casta, die in het jaar 2000 nog model stond voor de buste van Marianne, het symbool van Frankrijk, hebben in Noisy-le-Grand gewoond. De poorten van het hoofdterrein van het kleine voetbalstadion zijn gesloten, de jongeren van een of andere school werken een training af op een ander veld. Enkele jaren geleden versleet Adamo Coulibaly hier zijn voetbalschoenen. De aanvaller met Senegalese roots, die nog voor STVV en Antwerp speelde, is geboren in Noisy-le-Grand. Hij speelde bij verschillende kleine clubs in de Parijse regio terwijl hij de nachtshift deed bij Peugeot. Van halfelf ’s avonds tot zes uur ’s ochtends reed hij met een vorkheftruck rond. Coulibaly zette door en nam genoegen met weinig slaap voor de training. Op zijn 23e werd zijn volharding beloond en tekende hij bij STVV. Meteen was zijn salaris niet meer te vergelijken met de 1500 per maand die hij bij Peugeot kreeg. Tegenwoordig speelt Coulibaly bij Debrecen in Hongarije, waar hij zelfs van een Champions Leaguewedstrijd tegen Lyon mocht proeven.

En zeggen dat het allemaal begon in Noisy-le-Grand, net zoals voor Vainqueur. Maar al is Marne-la-Vallée vlakbij, zo vlot als de attracties van Disneyland Parijs draaide zijn carrière aanvankelijk niet. “Toen hij tien was, sprong zijn talent al in het oog”, zegt Pitou. “Ik speelde op de rechterflank en hij schotelde me voortdurend goeie ballen voor. Ik kon keer op keer de diepte in duiken: William zag dat en lanceerde mij. Technisch gezien was hij de betere, veel beter dan gemiddeld. Hij kon toen al uitzonderlijk goed de bal afschermen. Die kon je bijna niet van hem afpakken en zelfs wanneer hij onder druk gezet werd door een paar tegenstanders vond hij een oplossing. Als William je aanspeelt, dan is die pass goed, dan kan je er wat mee. Voor mij bestond er geen twijfel over: William was voorbestemd voor een grote carrière. Ik ken hem al van kleins af, wij zijn onafscheidelijk. Ik heb elke dag wel wat nieuws over hem. Boven op zijn talent heeft hij ook vakkennis verworven en een sterke mentaliteit, gehard door alles wat hij heeft meegemaakt. William gaat het nog ver schoppen, let maar op. Ik voel dat en ik weet dat, want zijn klasse is goud waard, zelfs op topniveau.”

België goede keuze

Pitou neemt ons mee naar Ahmed Guenineche, de trainer die als eerste het talent van Vainqueur heeft opgemerkt. Guenineche is een expert, een specialist in die zaken. Spelers als Younes Kaboul (Tottenham) en Abou Diaby (Arsenal) bellen hem geregeld om zijn raad te vragen. Anderen komen van de andere kant van Parijs om met hem te trainen. Zijn recentste grote trots heet Samed Kilic. Hij kwam naar Noisy-le-Grand met de vraag: “Monsieur, monsieur, wilt u mij trainen?” Guenineche had nog nooit zo’n parel gezien. Hij heeft hem gepolijst en meegenomen naar Bussy Saint-Georges en hem vervolgens aanbevolen bij Auxerre. De vader van de jongen is Guenineche eindeloos dankbaar. Zelf zegt Guenineche: “Kilic is van Turkse origine en werd al in de verschillende nationale jeugdelftallen opgenomen. Hij is gewoonweg sensationeel, de toekomstige ster van het Franse voetbal.” Guenineche ziet Kilic bij Les Bleus al aan de zijde voetballen van de speler die hem het meest na aan het hart ligt, William Vainqueur. “William heeft er goed aan gedaan voor België te kiezen”, zegt hij. “Hij heeft er zich kunnen doorzetten, heeft een soort voetbal leren kennen dat fysiek veeleisender is en heeft het ritme van Europese wedstrijden mogen meemaken. Dat is natuurlijk prima, maar de Belgische competitie – zonder dat ik daar mijn twijfels over heb – is niet zo gemediatiseerd in Frankrijk. Als hij dat niveau in Frankrijk had gehaald, dan ben ik ervan overtuigd dat Didier Deschamps hem al had opgeroepen. Op een dag zal William zeker voor Frankrijk uitkomen en dan zal men zich nog wel herinneren dat hij een grote belofte van het Franse voetbal was. Op zijn tiende, in Noisy-le-Grand, was William al de meest elegante voetballer, al zwaaide hij vaak breed met zijn armen om zijn evenwicht te bewaren. Het is een plezier om hem op het veld in actie te zien en voetbal moet nu eenmaal ook mooi zijn om naar te kijken. Als kind had hij wel af en toe wat problemen met zijn zelfvertrouwen. Het leven heeft hem niet altijd toegelachen. Ik probeerde voor hem de papa te zijn die hij nooit heeft gehad, en ik denk dat dat me gelukt is. Voor mij is William als een zoon: al wat hem overkomt, raakt mij. Als iemand het verdient om te slagen in het leven, dan hij wel.”

Ontworteld in Auxerre

Guenineche praat erover in Auxerre. Vainqueur mag daar gaan testen samen met zijn vriend Pitou. De eerste wordt weerhouden, de andere niet. Het is onrechtvaardig, maar de opleidingscentra delen geen geschenken uit: ze zijn dag en nacht met de geselecteerde jongeren bezig en dat kost veel geld. De sympathieke Pitou houdt er geen wrange gevoelens of jaloezie aan over, integendeel. “Ik was redelijk klein voor mijn leeftijd, ik kreeg mijn groeischeut vrij laat”, herinnert hij zich. “In die tijd oordeelde men alleen op basis van lengte en atletisch vermogen. William was behalve technisch vaardig ook al vrij stevig gebouwd. Ik was trots op hem, het jongetje uit Noisy-le-Grand. Samen met Ahmed gingen we elke week naar Auxerre om zijn wedstrijden te bekijken.”

William heeft ook heel erg nood aan die bezoekjes. Het leven bij AJ Auxerre lijkt totaal niet op dat in zijn volksbuurt. Hij is te jong vertrokken en met die ontworteling heeft hij het moeilijk. Terwijl hij daarover praat, stalt Guenineche enkele foto’s uit die periode uit op de salontafel. “In Auxerre zeiden ze me dat er over zijn talent geen twijfel bestond – iets wat ik al wist. Maar het was misschien wat te vroeg: de concurrentie is er moordend, je hebt er geen vrienden, het is ieder voor zich. Niet de kameraadschap van de cité. William deed niets om er weg te moeten, maar misschien deed hij er onbewust ook niet alles aan om te mogen blijven. Eigenlijk had hij er nood aan om weer naar huis te komen, naar zijn familie en vrienden. Ik vind helemaal niet dat die periode bij Auxerre een mislukking was. Guy Roux had het wel voor hem, daar stelde zich geen probleem. Ik durf zelfs te beweren dat het verblijf in Auxerre hem veel heeft opgebracht. William leerde er immers dat hij op voetbalvlak best meekon, maar dat succes ook afhangt van je mentale sterkte. Toen hij terugkeerde uit Auxerre nam ik hem mee naar FC Bussy Saint-Georges, de club die ik trainde. Hij was er nog op vooruitgegaan. William was vijftien en stak erboven uit, onmogelijk om dat níét te zien. In zijn rol van verdedigende middenvelder vroeg ik hem om het defensieve werk op te knappen en om tegelijk af en toe voor het doel op te duiken en te scoren. Dat is belangrijk, want een verdedigende middenvelder die het genot van het scoren niet kent, is geen complete speler. William kende dat genot wel, want hij heeft een hard en precies schot. Vandaag de dag hangt het een beetje af van de opdrachten die zijn trainers hem meegeven.”

Gescheurde kruisbanden

De terreinen van FC Bussy Saint-Georges, vergelijkbaar met een kleine provincialer bij ons, liggen in een nieuwe wijk met fraaie villa’s. Vainqueur blijft er maar één jaar vooraleer FC Nantes komt aankloppen. “Elie Baup had me ooit gezegd dat ik hem altijd spelers als Vainqueur mocht voorstellen”, vertelt Guenineche met een geamuseerde glimlach. “Baup was helemaal weg van hem. Hij debuteerde in de Ligue 1 met een glansprestatie tegen Marseille, kun je je dat voorstellen? Kijk hier, een foto van die match. Ik lieg er niet om: dat grijpt me nog altijd aan. Daar zie je hem in duel met Franck Ribéry! Een beter debuut valt niet te dromen, heel de Franse pers zong zijn lof! Helaas werd William afgeremd door een blessure die hij opliep met de nationale U19 van Frankrijk. Terwijl hij herstelde van een knieoperatie raakte Nantes uit vorm, kreeg het financiële problemen en tuimelde het naar de Ligue 2. Weken heb ik met hem doorgebracht, reed ik hem rond tijdens zijn revalidatie. William kwam sneller terug dan de meeste spelers die hun kruisbanden hebben gescheurd. Dat toont zijn karakter. Het is een echte werker die er alles voor doet, Baup waardeerde dat ten zeerste. Zelfs als hij geen profvoetballer was geworden, dan zouden we nog even close zijn, meer dan vrienden, eerder als vader en zoon.”

Omdat Meissa N’diaye, Vainqueurs makelaar, begrijpt dat de middenvelder niet bij FC Nantes kan blijven, stuurt hij hem richting Luik, hoewel er ook aanbiedingen zijn uit de Ligue 1, van Nancy bijvoorbeeld. Standard zou 1,7 miljoen euro neergeteld hebben voor de nummer 6, die een sleutelspeler wordt op het middenveld van de Rouches. De ruwe diamant, zoals Baup hem noemde, is bij Standard echt beginnen te schitteren. De financiële waarde van de Parijzenaar ligt nu ook een stuk hoger dan toen Jean-François de Sart hem binnenhaalde.

In Noisy-le-Grand is Pitou helemaal in de wolken wanneer hij over het succes van zijn ouwe kameraad spreekt: “Telkens als hij scoort, scoor ik ook. Ik ervaar hetzelfde plezier en hetzelfde geluk als hij. Ik weet dat dat voor William ook zo zou zijn als ik in zijn schoenen stond en hij in de mijne. Hij staat aan de top en ik speel naast mijn werk nog bij de amateurs van US Moissy Cramayel, maar we houden op dezelfde manier van het voetbal. Dat geldt ook voor Ahmed: wanneer William wint, winnen wij ook, zo eenvoudig is dat.”

Op zijn 24e is Vainqueur de trots geworden van Noisy-le-Grand, van de wijk Le Cormier ou Champy, van zijn vrienden, van zijn mama en van de flat waar hij is opgegroeid.

DOOR PIERRE BILIC IN FRANKRIJK – BEELDEN IMAGEGLOBE

“Toen hij tien was, sprong zijn talent al in het oog.” Alexandre Pitou

“Als iemand het verdient om te slagen in het leven, dan hij wel.” Ahmed Guenineche

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content