Sebastian Vettel rijdt zondag voor eigen volk.

Als de weersvoorspellingen worden doorgetrokken naar het weekend, dan doet hij ook in de GP van Duitsland mee voor de winst. Sebastian Vettel had in Silverstone immers de beste machine, met zijn Red Bull-Renault. Hij dankte dat aan de lage temperaturen. Bleek immers dat de banden van Bridgestone het bij killer weer beter doen op de Red Bull dan op de Brawn GP. Jenson Button, die tot Silverstone zes op zeven races had gewonnen met het gemak waarmee gewone stervelingen op zondag om koffiekoeken rijden, kwam er in zijn thuisrace immers niet aan te pas. Terwijl Vettel ongenaakbaar was. Meteen profileerde de 21-jarige Duitser zich als de grote challenger van Button, net op het moment dat neutrale toeschouwers de hoop op een spannend seizoen al hadden opgegeven.

Vettel moet zondag in zijn thuismatch (“Voor eigen publiek racen, maakt wel degelijk een verschil. Vergelijk het met een thuismatch in het voetbal, dat is ook altijd een voordeel”, zegt hij zelf) trouwens niet alleen Button in de gaten houden. Hij krijgt stilaan ook een serieuze kluif aan teamgenoot Mark Webber. De 32-jarige Australiër blijkt dit seizoen helemaal geen maatje te klein voor Vettel, zoals de meeste waarnemers in de aanloop naar 2009 voorspelden. In het klassement staat hij amper drie en een half punt achter de jonge Duitser. Hij kon zijn ploegmaat in Silverstone alleen niet belagen, omdat hij in de kwalificaties op een cruciaal moment werd gehinderd. Of hoe Webber ruikt dat hij nu, met die snelle Red Bull, wel heel dicht bij zijn eerste overwinning staat en zijn snel groeiende zelfverzekerdheid ervoor zorgt dat de spanning al even snel toeneemt.

Nog meer sinds teambaas Christian Horner in de Duitse pers verklaarde helemaal niet van plan te zijn om Vettel het statuut van nummer één bij Red Bull toe te kennen. “Ik waak erover dat ze beiden perfect dezelfde updates voor de auto krijgen. Dat zal zo blijven tot het einde van het seizoen.” En of hij niet vreest dat zoiets vonken zal geven? “Het spreekt vanzelf dat ze rivalen zijn. Maar die jongens zijn ook professioneel autoracer. Ze weten wel waar ze mee bezig zijn.”

Met zo’n nobele positie is Horner natuurlijk een van de grote uitzonderingen in de paddock. Zowat alle teambazen, en zeer zeker Ross Brawn van het gelijknamige team, spelen het anders. Omdat ze weten dat menig wereldtitel in de geschiedenis van F1 verloren ging door onderlinge rivaliteit in het team, zoals Nelson Piquet en Nigel Mansell bij Williams (1985) of Fernando Alonso en Lewis Hamilton bij McLaren (2007). Bovendien trekt de concurrentie nu al aan de mouw van Vettel. De houding van Horner is niet echt de juiste om hem aan het team te binden. Zo wordt het nieuwe goudhaantje almaar uitdrukkelijker in verband gebracht met Ferrari. “Daar zou hij helemaal op zijn plaats zitten”, zei Bernie Ecclestone vorige week nog. En wat Bernie wil, gebeurt wel vaker in Formule 1.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content