In navolging van de Yellow Tigers willen ook de Red Dragons schitteren op het EK. In zes antwoorden blikt bondscoach Dominique Baeyens vooruit en laat hij zijn licht schijnen over het Belgische volleybal.

Terwijl het voordien twaalf keer op rij, op een eigen organisatie na, niet gelukt was om zich te kwalificeren voor het EK, was de nationale ploeg er tijdens de laatste vier eindrondes drie keer wel bij. Hoe valt die kentering te verklaren?

Dominique Baeyens: “Uiteraard is het geen toeval. Het wijst erop dat er de laatste jaren op een goede en gestructureerde manier gewerkt wordt. In de eerste plaats zijn er de goodwill en de tomeloze inzet van de juiste mensen op de juiste plaatsen binnen de federatie, mensen die geloven in het topvolleybalproject. In de korte periode (anderhalf jaar, nvdr) die ik nu bij de bond werk, kon ik vaststellen dat het geen sinecure is om de financiële inspanningen te leveren die nodig zijn om een ploeg – of in dit geval meerdere ploegen, want ook de dames en de verschillende jeugdselecties doen het uitstekend – klaar te stomen en optimaal voor te bereiden.

“De Volleybalschool is een andere bepalende factor. We plukken nu de vruchten van een organisatie en een systeem dat ettelijke jaren geleden werd opgestart en op hoog niveau functioneert. Het gaat om meerdere puzzelstukjes die samen bijdragen tot een succesverhaal. Zo moet je ook het geluk kennen om in een bepaalde lichting over uitzonderlijk getalenteerde volleyballers te beschikken. Dan komen de resultaten al iets ‘gemakkelijker’, tussen aanhalingstekens.”

Na jullie winst in de European League zijn de verwachtingen net als bij de vrouwen toegenomen. Met welke doelstelling beginnen jullie zelf aan het EK?

“Door de resultaten van de vrouwen op het EK, van de Rode Duivels, van de hockeyers ook en de basketbalspelers, die zich voor de tweede ronde plaatsten, begint men het een beetje als de normaalste zaak van de wereld te beschouwen dat een Belgische teamsport hoge toppen scheert. Ik begrijp het enthousiasme, maar ik zou toch graag alles in zijn perspectief willen plaatsen. Het eerste WK-kwalificatietoernooi kwamen we vlot door, maar voor de barrages voor het EK moesten we tot het uiterste gaan om ons te plaatsen. Dan kwam die European League met – dat moet ik eerlijk toegeven – een resultaat dat mijn stoutste verwachtingen overtrof.

“Laat ons evenwel geen onrealistische verwachtingen koesteren, wat ik sommige mensen op socialemediasites wel zie doen. Voor mij persoonlijk is een plaats in de kwartfinales een succes. De situatie in onze poule komt overeen met die van de dames. Ook wij beginnen met een sleutelwedstrijd, met name tegen Wit-Rusland. De Wit-Russen kwalificeerden zich rechtstreeks, zonder barragewedstrijden, voor de eindronde, maar ze zijn in theorie een haalbare of toch minstens speelbare kaart. Thuisploeg Denemarken moeten we, met alle respect, kunnen opzijzetten. Tegen grootmacht Italië hebben we op papier niets te verliezen. Komen we na de poulefase in de play-offs, dan wacht ons een tegenstander uit poule C. Wat de lottrekking betreft, had het zeker slechter gekund. Ik vind dan ook dat we een plaats bij de top acht moeten beogen. Dat is een realistisch doel.”

Enorme samenhorigheid

Uit je kern van vijftien moest je één speler teleurstellen. Je koos ervoor om drie opposites mee te nemen, waardoor receptiehoekspeler Thomas Rousseaux uit de selectie viel. Waarop heb je die keuze gebaseerd?

“De hoofdaanvaller neemt een cruciale positie in binnen een ploeg. Als er iets gebeurt met een van de opposites, blijf ik nu altijd een wisselmogelijkheid overhouden. Mijn oorspronkelijke idee was dus sowieso om met drie hoofdaanvallers naar het EK te gaan. Tijdens de voorbereiding begon ik daar wel aan te twijfelen. Gert Van Walle miste door zijn huwelijk vorige maand een achttal dagen training. Ik stelde me de vraag of hij daardoor een achterstand zou oplopen qua ritme, automatisme en niveau. Op korte tijd heeft Gert mij er echter van kunnen overtuigen om hem mee te nemen.

“Het gevolg was natuurlijk dat er iemand moest wijken op de receptiehoekpositie. In zo’n geval zijn het heel kleine zaken die je een beslissing doen nemen. De keuze was dan ook heel moeilijk, temeer omdat een van de grote krachten van deze groep de enorme samenhorigheid is. Nu weet ik ook dat zo’n uitspraak te pas en te onpas gebruikt wordt, maar – en ik heb toch wat ervaring opgebouwd als clubcoach – een verstandhouding zoals tussen deze spelers kwam ik zelden tegen.”

Klopt het volgens jou dat de tijd van de grote Europese successen voor Belgische clubteams achter ons ligt? Zo ja, wat zijn daar de gevolgen van voor de nationale ploeg?

“Het zal erg moeilijk worden, denk ik, voor een Belgische club om nog eens de Final Four van de Champions League te bereiken of een andere Europese beker te winnen. Je zit nu eenmaal met de economische realiteit dat landen als Italië, Rusland en Polen meer middelen hebben om betere spelers te verzamelen. Dat neemt niet weg dat onze topclubs die ambitie mogen koesteren. Als ze onze jonge talenten goed opvangen en kwaliteitstrainingen blijven aanbieden, zullen ze een aardig woordje blijven meespreken, maar echt een vooraanstaande rol spelen zal veel creativiteit vergen van de clubs. Ik hoop alvast dat het hen lukt, want het zou het Belgische volleybal en dus de nationale ploeg alleen maar ten goede komen.

“Voor de nationale ploeg zie ik anderzijds geen al te grote problemen. Jongens als Sam Deroo en Pieter Verhees maken in een sterke competitie als de Italiaanse duidelijk progressie. Een van de redenen van het succes van de damesploeg is trouwens dat veel meisjes in het buitenland in een topcompetitie spelen.”

Talent en opvolging

Met Kevin Klinkenberg zit er één, van origine, Waalse volleyballer in je selectie. Zie jij structurele maatregelen binnen de federatie die het mogelijk maken dat volleybal in België binnen afzienbare tijd niet langer een louter Vlaamse aangelegenheid is?

“Een equivalent van de Vlaamse Volleybalschool bestaat nog niet in het zuiden van het land. Ik merk echter dat er ook in Wallonië veel met de jeugd wordt gewerkt en dat er een bepaalde visie en een grondige structuur is ontstaan binnen die jeugdwerking. Dat zal na verloop van tijd zijn vruchten afwerpen, maar het probleem blijft dat wanneer er nu Waalse talenten naar boven komen, dat die dan meteen worden weggeplukt door de Vlaamse clubs. Uit die vicieuze cirkel zou men op de een of de andere manier moeten raken.

“Een echte Waalse topclub, die als voorbeeld kan fungeren voor jongeren die willen sporten, zou een oplossing kunnen bieden. Jonge mensen komen vaak aan volleybal toe omdat ze ergens een wedstrijd gaan bekijken. Als dat op hoog niveau kan, dan zullen ze zich meer aangetrokken voelen om het beste van zichzelf te geven.”

Het project ‘nationale volleybalploegen’ valt niet stil na dit EK. Wat zijn de doelstellingen voor de toekomst?

“Het is bijzonder jammer en zelfs ronduit schandalig dat we volgend jaar wellicht geen World League kunnen spelen door het amateurisme van de FIVB (de wereldvolleybalbond besliste vorige maand dat er geen kwalificatietoernooi plaatsvond, omdat er, aldus de FIVB, geen organisator kon worden gevonden – pertinent onwaar volgens de Belgische bond, nvdr). Deelname aan de World League was een belangrijk onderdeel in ons project. Daarin hadden we onze ranking kunnen verbeteren en kunnen groeien als ploeg. Nu loopt ons project vertraging op.

“Maar goed, de hoop op de World League is nog niet voor honderd procent verloren en we moeten hoe dan ook vooruitkijken. In januari volgt al het WK-kwalificatietoernooi als volgende doel. We beschikken over talent in deze selectie en dat er opvolging klaarstaat, bewijzen de medailles die onze jongens behaalden op het EK jeugd en op het gerenommeerde achtlandentoernooi in Italië. Kortom, het stopt zeker niet bij dit EK. Het is onze bedoeling om op een nog hoger niveau mee te strijden.”

OP TV: Sporza zal alle wedstrijden van de Red Dragons en de finale uitzenden via livestream op de website (www.sporza.be) met commentaar van Marc Willems en Koen Hoeyberghs. Bovendien zal er van elke wedstrijd van de Belgen een samenvatting te zien zijn op tv. De match tegen Denemarken wordt in uitgesteld relais uitgezonden op 12.

DOOR ROEL VAN DEN BROECK – BEELDEN: IMAGEGLOBE

“Het is onze bedoeling om op een nog hoger niveau mee te strijden.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content