Nigeriaan/Belg, geboren op 15 juli 1980 in Lagos. 1,78 meter – 72 kg. Profiel: de geluksbrenger.

Tosin Dosunmu: “Ik ben een emotioneel mens, met een andere kijk op het leven dan de meeste voetballers. Ik besef dat je in de harde wereld van het profvoetbal niet te emotioneel mag zijn, maar zo zit ik nu eenmaal in elkaar. Ik probeer steeds heel open en rechtuit te zijn, ik wil mensen gelukkig maken. Lukt dat niet, dan voel ik dat aan als een mislukking. Mijn vrouw is mentaal sterker dan ik, ze moet me soms aanmoedigen en motiveren. Elke dag brengt iets anders en daarom schuilt er achter mijn glimlach dikwijls een bepaald humeur, maar dat zien de mensen niet altijd. Ploegmaats dollen graag met mij. Als ze te ver gaan, los ik dat op met een kwinkslag, dan zeg ik in het Nederlands: ‘Hey, een beetje respect, hé!’ ( lacht) Ik respecteer elke cultuur. Moslims, christenen, Afrikanen, Belgen. Je moet daar heel voorzichtig in zijn en daarom probeer ik eerst een beeld te vormen van mijn ploegmaats. Een mop kan immers snel als kwetsend overkomen. Religie is een heikel thema. Met zulke gevoeligheden hou ik rekening. De sfeer in een groep is voor mij primordiaal en daar probeer ik mijn steentje toe bij te dragen. In elke ploeg waar ik kom, vertrek ik vanuit één basisprincipe: toon voor iedereen respect. Alleen op die manier krijg je dat ook terug. Maar het is bijlange niet evident om overal te aarden. Bij Zulte Waregem bijvoorbeeld duurde het heel lang vooraleer ik mijn draai vond in de groep. Er heerste een aparte sfeer, ze vormden een familie. Dan is het erg moeilijk om je daartussen te wringen. Als een groep jou negeert, mag je nog de beste speler van de wereld zijn, dan zal het niet lukken. “Die glimlach ligt in mijn aard, als kind wandelde ik ook constant met een smile rond. In het verleden overkwam het mij al vaker dat ik problemen kende met trainers omdat ze denken dat ik het plezant vind om een kans te missen of een verkeerde actie te doen op training. ‘ Tosin, are you joking or what?!’, krijg ik dan bits naar mijn kop geslingerd. Maar ik ben zo, het is niet omdat ik lach dat ik niet serieus ben. Met Ariël Jacobs heb ik zo wat misverstanden gekend bij RWDM destijds. Het heeft Jacobs wat tijd gekost vooraleer hij me kon doorgronden. Maar ik begrijp dat: het is niet eenvoudig voor een trainer om in een aantal weken een groep van 25 mensen te leren kennen. De enige trainer die me meteen begreep, was Jan Ceulemans. Hij moedigde me aan en legde me heel helder uit wat zijn voetbalvisie was.

“Ik ga niet helemaal akkoord met de stelling dat ik veel vertrouwen nodig heb van de coach. Elke voetballer beleeft betere en mindere periodes. Ik geef wel toe dat ik serieus down kan zijn na een slechte prestatie, zoals na mijn gemiste kansen tegen Club Brugge. Ik zat in de put omdat ik daar mijn ploeg in de steek had gelaten en ik haat het om mensen teleur te stellen. Daarom bood ik achteraf ook onmiddellijk mijn excuses aan, aan de ploeg en de fans.

“Eigenlijk was ik voorbestemd om aan de universiteit te studeren en een diploma te behalen, maar ik voetbalde graag en dat was wat ik wilde doen. Ik heb nog drie zussen en twee broers, zij studeren allemaal, sommigen in Engeland. Mijn vader is een klimatoloog, hij moet de luchthavens voorzien van weerinformatie. Toch schreef hij me in op een voetbalacademie. Daar werd ik weggeplukt door een nationale jeugdscout – ik speelde bij de Nigeriaanse jeugdselecties. In Lagos groeide ik op in een wijk vol Pakistanen, Libanezen, Indonesiërs, … De clubs in de Nigeriaanse competitie worden ook getraind door Belgen, ex-Joegoslaven en andere Europeanen. Daardoor hebben wij, net zoals Kameroeners, het doorgaans makkelijker om ons aan de westerse samenleving aan te passen.” S

door matthias stockmans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier