Tour de France

© belgaimage

Ik had oprecht gehoopt dat de renners er in de 21e rit nog eens duchtig de pees op zouden leggen, met wellicht een vroege ontsnapping van Steven Kruijswijk, Dylan Groenewegen, Tim Wellens, Peter Sagan, Greg Van Avermaet, Elia Viviani, Caleb Ewan, Thomas De Gendt en Dylan Teuns.

Maar niets van. Op sommige ogenblikken dacht ik aan een receptie op de fiets. De mensen in de volgwagens trakteerden volop en heel wat renners kregen een glaasje champagne aangeboden. Dat kun je toch niet meer ernstig nemen. En zo reden ze verder als keuvelende oudjes. Het werd helemaal te gek toen de vier Colombiaanse renners Egan Bernal, Rigoberto Urán, Nairo Quintana en Sergio Henao vooraan kwamen rijden, op één lijn, en Egan Bernal aan de mannen op de motor vroeg of ze een foto wilden nemen.

Alleen bij het naderen van Parijs kwam er wat meer echte beweging in. Een massasprint werd het, waarin de kleine wonderknaap Ewan de grootste sprinters eens te meer versloeg. Over het verloop van die 21e rit van de Ronde van Frankrijk ben ik niet tevreden. ‘Het is de gewone gang van zaken. In de laatste rit van de Ronde mag er niet aangevallen worden. Dat is een erecode’, las ik in een gevestigde krant.

Niet mee eens. Wie beslist daarover?

De enige echte erecode is dat er tot de laatste minuut gestreden wordt in een wedstrijd.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content