Nu het om de prijzen gaat, blijkt hoe belangrijk Elimane Coulibaly nog altijd is voor AA Gent. Vijf getuigenissen over de beresterke, uit het Oost-Vlaamse provinciale voetbal afkomstige Senegalese targetspits van de Buffalo’s. ‘De eerste keer dat hij bij ons binnenkwam, zei hij: Ik moet zondag absoluut spelen tegen De Pinte!’

Hamady Ly: “Ik ben een in Gent geboren Senegalees met familiebanden met Elimane. We ontmoetten elkaar voor het eerst in Dakar in 1999. In december van dat jaar is hij naar België gekomen en groeide er snel een hechte vriendschap tussen ons. Voetbal was aanvankelijk zijn tweede optie. Zijn hoofddoel was werk te vinden om te kunnen overleven en een studiootje te kunnen betalen. De klik dat hij zijn boterham kon verdienen met zijn voeten, is pas later gekomen.

“In het begin speelde hij bij de invallers van KFC Oostakker. Twee keer per week reed hij ’s avonds met zijn fietsje naar de training en overdag deed hij allerhande interim-jobs. Het eerste autootje dat hij kon kopen, was er eentje van vijftien jaar oud. Toen al zei hij dat hij hoger kon spelen, maar hij is zich pas gaan focussen op het voetbal toen de mensen rond hem zagen: eigenlijk kan die gast wel voetballen. Dan is hij gestopt met werken en is hij aan een indrukwekkend parcours begonnen. Vanaf nul bouwde hij alles zelf op. Er zijn er niet veel die op die manier aan de top raken.

“Zijn doorzettingsvermogen speelde daarin een belangrijke rol, zijn ingesteldheid van een warrior, van iemand die altijd in zichzelf blijft geloven, altijd wil doorgaan en nooit opgeeft. Die mentaliteit dankt hij mede aan zijn jeugdjaren in een armer land als Senegal, waar je in het leven niets cadeau krijgt en je op de tanden moet bijten om te overleven. En aan het feit dat hij hier in Europa aankwam en weinig mensen kende. Op dat moment was dat een jungle voor hem en daardoor kweekte hij ook een bepaald karakter. Dat kan goed aflopen of slecht aflopen. In zijn geval liep het goed af, op sociaal, sportief en familiaal vlak.

“Elimane is geen technisch verfijnde voetballer, maar compenseert dat met zijn fysieke kracht. Hij is een vechter, een karakterspeler, een spits die een bal kan bijhouden en vaak op de juiste plek staat. Daardoor is hij al dikwijls bepalend geweest. Wij hebben in onze cultuur een bepaalde fierheid die soms met impulsief gedrag gepaard kan gaan, in de zin van: liever sterven in de strijd dan vluchten als een lafaard. We laten niet over ons heen lopen en voelen snel aan of iemand eerlijk is of spelletjes aan het spelen is. Wederzijds respect is voor ons een belangrijk punt. Misschien heeft dat ook te maken met onze godsdienst: we beseffen dat we allemaal op dezelfde manier op aarde zijn gekomen en op een dag ook op dezelfde manier zullen vertrekken.

“Vroeger zagen we elkaar elke dag en nu hebben we daar de tijd niet meer voor, maar hij weet dat als hij met vragen, twijfel of een probleem zit hij altijd bij mij terechtkan. Het gebeurt dat hij bij ons thuis plots enkele flessen frisdrank afzet ‘voor de kinderen’, of dat hij mijn vader een biljet van twintig of vijftig euro in de hand stopt. Niemand vraagt hem dat te doen, maar het zijn van die kleine gebaren die hem typeren. Eigenlijk is hij heel nederig. Hij weet waar hij vandaan komt en hij weet ook dat het in het leven snel kan keren.”

Erwin Vandendaele: “Elimane ken ik al van in zijn beginperiode in België. Ik weet wat hij kan en wat hij niet kan. Zijn persoonlijkheid hielp hem om vanuit tweede provinciale op te klimmen naar de top van eerste nationale. Toen Michel Louwagie mij vroeg wat ik van hem vond, antwoordde ik hem dat hij een type spits was dat elke ploeg in zijn kern zou moeten hebben en dat AA Gent hem zeker zou kunnen gebruiken.

“Hij is altijd gemotiveerd en zijn zelfvertrouwen is groot. Maar als hij meedoet en zijn prestatie is niet honderd procent in orde, wringt dat bij hem. Het is ook zijn trots, zijn zelfbewustzijn dat dan speelt. Wanneer hij een tijdje niet meer aan de bak komt, begint hij misschien zelfs te wanhopen. Maar hij bezit genoeg culot om zich ook dan nog te laten gelden. Als je aan hem twijfelt, vindt hij dat erg; en ik kan mij voorstellen dat als hij in de laatste minuut moet invallen, hij dat als een vernedering aanvoelt. Op de bank zitten staat niet in zijn boekje. Hij gaat ervan uit dat hij de beste is. Maar in de huidige voetballerij is het voor niemand nog gemakkelijk om altijd in de basis te staan. Ik zeg hem wel eens: kijk naar Barcelona en Real Madrid, wie daar soms allemaal niet meedoet!

“Niemand speelt graag tegen Eli. Met zijn gestalte en zijn power weegt hij op een verdediging. Bovendien is hij op stilstaande fasen vaak ook nog eens de beste verdediger van zijn ploeg. Die combinatie is toch niet min. Soms lukt het eens niet en komt hij minder goed over, maar ook in zulke wedstrijden is hij in staat om te scoren. Geef je hem vertrouwen en verantwoordelijkheid, dan kan hij boven zichzelf uitgroeien. Als hij in vorm is, schrik ik soms van hem. Dan is hij scherp, denkt hij niet te veel na, vertrekt hij op het juiste moment en valt zijn mindere startsnelheid niet op. Dan is hij heel beweeglijk en zie je acties die je niet van hem verwacht. Laat mij besluiten met: Eli is Eli.” ( lacht)

Aimé Antheunis: “Onderschat bij Gent de rol van Coulibaly niet! Hij is dit seizoen weleens verguisd geweest, maar ik denk niet dat ze dat nu nog doen. Zijn nadeel is dat hij op de moeilijkste positie van het elftal speelt. Als het iets minder gaat, zijn dat de eersten die op hun kop krijgen. Een tweede nadeel is dat als hij niet honderd procent in vorm is, hij door zijn postuur, zijn lengte en zijn kracht soms een beetje onhandig oogt. Maar dat hadden Jan Koller en Souleymane Oulare ook. Oulare was sneller een tegen een, maar Coulibaly is heel sterk in de box, is goed met de kop en is zeer ambetant om tegen te spelen. Hij pakt iets weg, hé, en daar kunnen anderen van profiteren. Als diepe spits sta je bijna altijd tegen minstens twee spelers, een die achter je blijft én een die op interceptie speelt. Dat is heel moeilijk, eigenlijk moet je daarvoor ogen op de rug hebben. Je moet veel kunnen incasseren, je moet duels winnen en aanspeelbaar zijn én je moet ook nog scoren. Alles rust op jou.

“Bij Gent zullen ze nog weleens diep nadenken alvorens ze hem laten vertrekken. Ik verwacht dat ze hem uiteindelijk zoals Bernd Thijs een contract van twee à drie jaar zullen geven. Je mag niet vergeten: dat soort spits is moeilijk te vinden en hij is nuttig als targetman maar scoort ook! Dat hij niet altijd meedoet, geldt ook voor anderen. De meeste ploegen beschikken over vijf of zes spitsen van wie er naargelang van het systeem en de animatie maar twee of drie spelen; en als je mag starten moet het er meteen vlak op zijn. Een diepe spits is bijna zoals een doelman: er kan er maar een van in de elf staan. Trond Sollied roteerde regelmatig en koos daar soms ook voor een type met andere kwaliteiten, zoals snelheid en diepgang. Bovendien waren alle donkere jongens met wie ik werkte heel gevoelig voor … zich gerespecteerd en gewaardeerd voelen. Het is geen kwestie van praten, zij voelen dat aan met hun ellebogen; en het kan een tijd duren alvorens die omstandigheden gecreëerd zijn. Het is opvallend dat Sollied de laatste tijd bijna altijd voor hem kiest. Dat Gent met een goeie diepe spits kampioen zou zijn, is praat. Scoren ze dan zo weinig? ( integendeel, het meest van alle eersteklassers, nvdr) Ze beschikken over veel snelle spelers met een actie, maar in het genre Koller vind ik Coulibaly van een heel hoog niveau. Bekijk maar eens zijn statistieken: speelminuten versus doelpunten en assists. Je zou weleens kunnen schrikken.”

Frank Wezenbeek: “De eerste keer dat hij onze praktijk binnenkwam, zei hij: ‘Ik moet zondag absoluut spelen tegen De Pinte!’ ( lacht) Hij zat toen in tweede provinciale en kwam voor de verzorging van een blessuurtje. Ik ben hem blijven volgen, en via Oostakker, Ninove, Deinze en Kortrijk is hij uiteindelijk drie jaar geleden bij ons beland.

“Elimane is een imposant figuur met een groot incasseringsvermogen. Hij krijgt het hard te verduren, maar hij valt zelden geblesseerd uit en mist weinig wedstrijden. Daardoor blijft zijn fysieke basis altijd goed. Hij is 32, maar zijn lichaam is nog altijd sterk. Misschien komt dat inderdaad mede doordat hij pas laat in het profvoetbal is gekomen, maar anderzijds: de combinatie van amateurvoetbal met toch zwaar werk in de bouw en het onderhoud is ook niet te onderschatten. Je hoort en ziet aan hem wel dat hij die fase doorliep. Hij kent de andere kant van de medaille: vroeg opstaan, gaan werken en ’s avonds trainen. Daardoor is hij zich ervan bewust dat het een voorrecht is om van je hobby je beroep te kunnen maken. Jarenlang moest hij voor alles en nog wat vechten, bijna letterlijk en figuurlijk, voor hij profvoetballer kon worden. Dat maakt dat hij er nu ook wel van kan genieten dat hij dat bereikte. Hij beseft de waarde ervan, niet alleen financieel, maar ook van wat hij nu dagelijks meemaakt bij toch een van de grotere ploegen in België.

“Eigenlijk is hij al die jaren weinig veranderd en dat is een groot compliment, vind ik. Ik herinner mij dat hij destijds ook al iemand was met een grote drang om elke match op het veld te staan en die als hij eens een blessuurtje opliep koste wat het kost wilde spelen. Eli houdt zich niet in, gaat er op alle vlakken altijd honderd procent voor en dat maakt dat je hem soms wat moet intomen. Hij is een echte winnaar, en af en toe moet je er rekening mee houden dat je hem het best even met rust laat. Maar dat hoort bij de charme dat hij er altijd vol voor gaat.”

Jim Verniers: “Elimane ken ik al heel lang. De broer van zijn vrouw is mijn beste vriend en zo zijn we in contact gekomen. Ik herinner mij dat toen hij doorbrak bij KV Kortrijk Hans Christiaens, die zijn trainer was geweest bij SKV Oostakker, in Sport/Voetbalmagazine verklaarde dat wat hij toen in eerste toonde hij ook al kon in provinciale. Ik moet zeggen: dat is een grote waarheid.

“Ik weet nog dat hij toen bereid was om als investering in zijn carrière een jaar gratis te spelen bij een club op nationaal niveau. Hij vroeg mij daarom Eendracht Aalst te contacteren. Zonder zijn medeweten contacteerde ik alle Vlaamse derdeklassers plus een aantal vierdeklassers, maar niemand was bereid om hem zelfs gratis in de kern op te nemen. Ook zij die hem gescout hadden niet.

“Het meest dankt Elimane aan Eddy Mestdagh, die hem uit provinciale weghaalde en hem een kans gaf bij tweedeklasser Deinze. Maar toen hij daarna naar KV Kortrijk ging en daar in zijn eerste seizoen meestal op de bank zat, wou hij absoluut vertrekken. Ook omdat er na de promotie met William Barbosa een centrumspits zou bijkomen die trainer Hein Vanhaezebrouck absoluut wou. Hij stond op het punt voor een derdeklasser te tekenen, maar ik wist dat het zijn droom was om in eerste te spelen en kon hem overtuigen om toch te blijven.

“Daarna overtuigde hij in eerste elke trainer. Ook zij die lang niet in hem geloofden, zoals bijvoorbeeld Michel Preud’homme. Allemaal begrepen ze na een tijd dat als je naast zijn gebreken kijkt hij de ploeg vooruit kan helpen. Trond Sollied past nu zelfs zijn systeem een beetje aan hem aan. Normaal is zijn diepe spits iemand die vooral aanwezig moet zijn in de zestien om in te komen op flankvoorzetten. Veel meer vraagt hij niet. Maar Elimane is een targetspits die je de vrijheid moet geven om eens links en rechts te bewegen, eens terug te zakken en de bal op te eisen. Hij is iemand die in de eerste plaats goed moet spelen, dan volgen de doelpunten automatisch. Andersom werkt bij hem niet. Als hij goed in zijn vel zit, vertrouwen voelt van de trainer en de ploegmaats en in het spel betrokken wordt, dan zal hij goed spelen en vanzelf ook scoren.

“Ik ben niet verrast. Zijn grote kwaliteit is zijn fysieke kracht en présence. In het Belgisch voetbal is dat heel belangrijk. Elimane volgt altijd zijn eigen weg en neemt van weinig mensen iets aan. Eigenzinnigheid kan soms negatief zijn, maar in zijn geval is dat echt wel positief. Hij gelooft enorm in zichzelf en je kan hem met niets méér motiveren dan door te zeggen dat hij iets niet kan. Dan wil hij het tegendeel bewijzen en dat stimuleerde hem enorm in zijn carrière. Hij is net 32 geworden, maar doordat hij zo laat is begonnen, kan zijn lichaam nog jaren mee op topniveau. AA Gent deed hem een nieuw voorstel van twee jaar, maar blijkbaar spreekt daar niet de appreciatie uit die hij verdient. Zijn aflopend contract is er een dat hij kreeg toen hij als speler van KV Kortrijk werd gehaald als doublure voor Zlatan Ljubijankic. Vandaag is hij natuurlijk meer waard. Maar als dat niet blijkt uit de cijfertjes, dan zal hij vertrekken naar een andere club, in België of in het buitenland.

“Als hij op het veld komt, wil hij winnen en daar ging hij vroeger weleens te ver in. Maar privé is hij een vrij zachtaardig mens. Je kunt je eigenlijk geen betere vriend wensen, maar bij Elimane is het wel zo dat er jaren overheen moeten gaan om door hem echt als vriend beschouwd te worden.”

DOOR CHRISTIAN VANDENABEELE

‘ Zijn doorzettingsvermogen speelde een belangrijke rol’

{Hamady Ly, familielid} ‘ Op de bank zitten staat niet in zijn boekje’

{Erwin Vandendaele, scout AA Gent} ‘ Onderschat bij Gent zijn rol niet!’

{Aimé Anthuenis, analist} ‘ Soms laat je hem het best even met rust’

{Frank Wezenbeek, kinesist AA Gent} ‘ Sollied past nu zelfs zijn systeem aan hem aan’

{Jim Verniers, vriend}

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content