Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

door Koen Meulenaere

Maandag 14/4

De billen van Serena Williams, ternauwernood gedrapeerd door dat oranje jurkje dat ze droeg op het toernooi van Charleston, laten we vrijuit spreken vrienden : dat gaat het incasseringsvermogen van doordeweekse jongens als uzelf en uw dienaar te boven. Men mag dat seksistisch of voyeuristisch noemen, ze doet het erom. Herinnert u zich dat zwarte latex broekje, nou ja broekje, een string, waarmee ze midden vorig seizoen plots op de courts verscheen ? Jongens toch. “Ik pak ze”, schreef Jan Mulder, “met geweld, ik geef haar de beurt van haar leven, en ik word door elke rechter vrijgesproken.”

Afgezien van de vraag of columnisten van Voetbal Magazine fysiek bij machte zijn om Serena Williams te pakken, laat staan op de beurt van haar leven te trakteren, heeft Mulder een punt. “Ze zei wel van nee, maar ze peisdege wel van ja mijnheer de juuge”, zelden is dit universele rechtsprincipe zo van toepassing geweest als op Serena Williams. Seks, seks en nog eens seks… tenzij hij Frank Raes heet, ervaart een mens het zelden bij Glen De Boek, we moeten eerlijk blijven.

Wie tekent dat toch uit, dat oranje rokje ? En komt ze dat zelf passen ? En hoeveel zou het kosten om daar een keer bij te mogen zijn ? Desnoods in een ingemaakte kast of een vals plafond. Vergeleken met Serena Williams doet Justine HH ons onwillekeurig aan Wiske denken. Die lacht ook altijd het laatst.

Woensdag 16/4

Nul op tien. Petitjean. Janneke. Moeskroen-Antwerp van vorige week, kennelijk heel slecht gefloten. Een drukfout, nemen wij aan, maar één met zware gevolgen want het gemiddelde van Janneke zakt onterecht van 5,88 naar 5,22. En haal dat nog maar eens op. Het is eerder dit seizoen ook al gebeurd met Peter Vervecken in Anderlecht-Gent. Maar toen was in het gemiddelde de correcte notering, zijnde 6 op 10, meegerekend, nu niet. Didier Petitjean mag blij zijn dat hij nog één vriend heeft op de wereld, zij het niet de beste die hij zich kan wensen.

Zondag 20/4

Wat zijn de ideale maten van een kassei ? Wie weet dat ? Ja, nu iedereen natuurlijk. Maar wie wíst het ? Vóór Wuyts het, wellicht op aangeven van professor Van Impe, heeft verklapt ? Niemand. Twintig maal veertien maal veertien. Is 3920, zou Ivan Sonck in een Pavloviaanse reflex antwoorden, maar Ivan heeft nooit het vermogen gehad om in drie dimensies te denken. Toch niet nadat hij was gestopt met drinken. Voordien dacht hij soms in vijf dimensies, wat hem meermaals in de rijkswachtbrigade van Asse heeft doen ontwaken.

Twintig maal veertien maal veertien, ziedaar de perfecte kassei. Het roept enkele interessante nevenvragen op. Waar maken ze kasseien ? Niet in een steenbakkerij, daar fabriceren ze vanzelfsprekend bakstenen. Zwaluwstaarten, de Vito Pavimenti, Hollandse kleiklinkers, de Classico Rustical, de Rode Weser, Portugees graniet, Italiaans porfier, getrommelde Waalstones… wij kunnen er gemakkelijk drie afleveringen mee vullen, maar dat zijn allemaal geen kasseien.

Zijn er nog steenkapperijen waar uit natuurkeien of rotsblokken echte kasseien worden gekapt ? Wij weten het niet. Wuyts ongetwijfeld wel, maar hij is vergeten het te vertellen. Was al bezig over die fameuze Hollander met zijn fameuze tubes van wie de naam ons ontsnapt. “Gebruikt vierkante vezels”, wist Wuyts, “zoals in beha’s met een grote cup.” De tijd waarin lagere schoolhoofden om de essentie der dingen heen fietsten, ligt ook al weer een eind achter ons.

Wij wachten vol ongeduld op de Ronde van Spanje. Dan is Wuyts op zijn best. Er gebeurt in die Vuelta niets. Uren en uren wandelt het peloton door een maanlandschap waar kip noch kraai te zien is, geen koe, geen huis, geen hok, niet eens een boom of een paal. En als er al eens iemand wegrijdt, is het een Hernandez of een Gonzalez in wie werkelijk niemand geïnteresseerd is. Op dat moment staat de ware Wuyts op. Over de kwaliteit van bergtomaten, de gemiddelde neerslag in de Sierra Nevada, de Moorse cultuur, de geschiedenis van de ontdekkingsreizen, de paargewoonten van de Spaanse vlieg, Piet Heyn en de Zilvervloot, het Spaanse alfabet dat merkwaardig genoeg niet hetzelfde is als het onze… noem het en Vigor Wuyts praat er een kwartier over vol. Waarbij zijn klanken door onze gehoorgangen snijden als een verroeste ploegschaar door een bevroren tarweveld, maar dat moet men erbij nemen.

‘Twintig maal veertien maal veertien.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content