Bernie Ecclestone schoof een paar keer uit in Bahrein.

De GP van Bahrein deed het imago van de formule 1 geen goed. Maanden voor het evenement al werd de vraag gesteld of de race eigenlijk niet beter werd geschrapt. In vergelijking met een jaar geleden, toen dat wel gebeurde, was immers niets veranderd. Het is er nog altijd onrustig, met meer tanks in de straat dan een argeloze buitenlander lief is. Maar ook met manifestaties die op het meest verrassende moment opduiken.

Dat de race dit jaar toch doorging, had natuurlijk vooral te maken met geld. De sjeik van Bahrein, die een hoofdrol speelt in de organisatie van het evenement, betaalt naar verluidt 35 tot 40 miljoen euro startgeld voor de formule 1. In vergelijking met veel Europese races betekent Bahrein dan ook een van de lucratiefste koersen voor CVC Capital, hoofdaandeelhouder van de formule 1. Dus had Bernie Ecclestone de race geannuleerd, dan was het maar normaal geweest dat de Bahreini hun overschrijving hadden gescheurd. En dat de sjeik zelf het feest zou annuleren, was dagdromen. Hij wilde de formule 1 graag gebruiken om te benadrukken dat zijn land verenigd was als nooit tevoren. Overal in Bahrein hingen affiches met ‘uniF1ed’.

Maar vier dagen voor de race bleek dat Bahrein nog niet echt verenigd is en Eccle-stone een gigantisch risico nam door de race te laten plaatsvinden. Mecaniciens van Force India kwamen tijdens de rit van circuit naar hotel in een demonstratie terecht. Ze zagen hoe een molotovcocktail op een paar meter van hun auto uit elkaar spatte. Een van hen was zo bang dat hij meteen naar huis vloog. Vrijdag nam Force India dan ook niet meer deel aan de tweede vrije training: het personeel wilde voor donker in het hotel zijn. Een gesloten zaak, zo dacht iedereen. Maar tijdens de kwalificaties zaterdag kon je er niet naast kijken: de auto’s van Force India kwamen geen enkele keer in beeld, hoewel Paul di Resta in de beslissende sessie raakte en daar de tiende tijd reed. Natuurlijk vermoedde iedereen dat het Bernies manier was om Force India te straffen voor hun afwezigheid een dag eerder. Toen de grote baas erover werd aangesproken, was hij duidelijk geïrriteerd: “Ga weg. Het is mij niet eens opgevallen dat ze niet in beeld kwamen. En trouwens: niemand interesseert zich voor die kerels die om de negende of elfde plaats op de startgrid strijden.”

Een wel zeer ongelukkige uitspraak. Temeer omdat onder anderen kleppers als Fernando Alonso en Kimi Räikkönen voor die plekken hadden gestreden. Eerder had Ecclestone de pers al geschoffeerd, toen iemand hem vroeg of het klopte dat ook zijn rechterhand in een manifestatie was terechtgekomen. “Jullie vinden dit leuk, hé. Echt een aardbeving of andere toestand hebben jullie nodig om over iets te kunnen schrijven. En als er geen calamiteit is om over te schrijven, dan vinden jullie er wel eentje uit.”

Zondagochtend raakte bekend dat de manifestaties opnieuw een dodelijk slachtoffer hadden geëist. De journalisten die in Bahrein waren, schreven er inderdaad over.

door jo bossuyt

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content