Zaterdag gaat Cercle Brugge op bezoek bij Lierse. Voor Bob Peeters, de trainer van Cercle, is dat een terugkeer naar de club waar hij het grootste deel van zijn spelerscarrière spendeerde. Peeters voetbalde er vanaf 1982, toen hij pas acht was, tot 1997, het jaar waarin Lierse de laatste keer kampioen werd. Na avonturen bij Roda JC (Ned), Vitesse (Ned) en Millwall (Eng) keerde hij in 2005 terug naar het Lisp, waar hij drie jaar later zijn schoenen aan de haak hing.
Marcel Vets, nu technisch directeur van de jeugdopleiding van Lierse, zag Peeters zo’n 28 jaar geleden aankomen bij geel-zwart. Als jeugdcoördinator werkte hij vaak met hem. “Nee,” lacht hij, “ik schrok niet toen ik hoorde dat den Bob trainer werd in de eerste klasse. Van hem kun je alles verwachten.”
Vets herinnert zich de jonge Peeters als een olijke jongen. ” Life is beautiful voor hem, dat was toen ook al zo. Maar zij die hem niet serieus namen, maakten een inschattingsfout. Mij gaf hij altijd de indruk een heel verstandige kerel te zijn. Met Bob kon je een goed gesprek over voetbal voeren. Al toen hij nog bij de knapen en de scholieren zat, praatte hij zinvol mee, heel uitzonderlijk voor een jeugdspeler. Bob zág het en zei het ook. Veel jonge spelers zitten naar hun schoentippen te staren of aan hun trui te prutsen als de trainer een uiteenzetting geeft, Bob toonde altijd interesse. Hij belandde in een ploeg met twee andere talenten: Dirk Huysmans en Karel Snoeckx. Bob voelde zich niet de beste van hen, maar hij was wel de chef. Dirk, de linksbuiten, voerde niet het hoge woord, Karel gold als de stille werker op het middenveld en Bob was de spits die duidelijk aangaf hoe hij de ballen moest krijgen.”
Vets herinnert zich ook nog een babbel die hij met Peeters had toen die in zijn laatste jaar bij Lierse met blessures sukkelde. “Hij kwam dan naar het jeugdcentrum, voor verzorging. We stonden samen naar de scholieren te kijken toen een van onze spitsen de ruimte sloot voor onze opkomende rechterflankspeler. Direct zei Bob: ‘Allee, dat kan toch niet?! Hij zou beter een plaatsje gaan zoeken voor het doel om de voorzet binnen te koppen.’ Zo spreekt een toekomstige trainer.”
KRISTOF DE RYCK
‘Mij gaf hij altijd de indruk een heel verstandige kerel te zijn.’ Marcel Vets
