Michael Owen verhuisde deze zomer van het gedegradeerde Newcastle naar Manchester United. Sir Alex Ferguson verraste in zijn keuze voor een nieuwe spits. Of het een goede gok is, weten we aan het einde van het seizoen.

B oy wonder. Een completere voetballer dan Robbie Fowler en iemand die makkelijker scoort dan Ian Rush. Toen Michael Owen (29) zich in het seizoen 1997/98 meldde in de hoofdmacht van Liverpool FC waren de superlatieven niet uit de lucht. Het nieuwe razendsnelle wonderkind vond op het hoogste niveau direct de weg naar doel, op het einde van het jaar had hij er 18 gemaakt in 36 competitiewedstrijden, meteen goed voor de (gedeelde) eerste plaats in de lijst van de topschutters. Ook de internationale voetbalwereld zou Owen snel leren kennen. Bondscoach Glenn Hoddle nam Owen meteen mee naar het WK in Frankrijk. Aanvankelijk was hij nog bankzitter, maar nadat het Engelse publiek ruim 45 minuten zijn naam scandeerde, kreeg hij in de tweede groepswedstrijd, tegen Roemenië, een kans. Owen scoorde prompt. Toen hij opnieuw een doelpunt maakte in de achtste finale tegen Argentinië, was zijn naam helemaal gemaakt. Die van David Beckham ook, maar in de andere richting. Terwijl Owen ondanks de uitschakeling van Engeland de held van Frankrijk werd, was Beckham, die tegen de Argentijnen rood zag, de schlemiel van het toernooi.

* * *

In december 1979 krijgt Joseph Kevin Keegan de Gouden Bal voor zijn prestaties bij HSV, de Duitse ploeg is onder impuls van de Engelsman immers voor het eerst in 19 jaar kampioen geworden. Op ongeveer hetzelfde moment ziet in Chester een jongen het levenslicht: Michael James Owen. Het vierde kind van Jeanette en Terry Owen. Hun derde zoon. Later zal Michael nog een jonger zusje krijgen.

Vader Terry is ook voetballer, ook een spits. Geen te grote, hij meet 1,70 m, zoon Michael zal hem nog drie centimeter boven het hoofd groeien. Als echte Liverpudlian – weliswaar met Schotse voorouders – is Terry een fan van Everton. Dat wordt ook zijn eerste voetbalploeg. Maar Terry weegt wat te licht voor een profcarrière, letterlijk. In het seizoen 1967/68 komt hij twee keer uit voor het A-elftal, om vervolgens te verhuizen naar derdeklasser Bradford. Waarna nog een hele odyssee volgt langs kleinere ploegen.

Met zijn hele gezin trekt Terry naar Wales, vlak over de grens. In Hawarden vinden ze onderdak. Met een vader als ex-voetballer en een voetballende broer Andrew is het logisch dat de kleine Michael in hun voetsporen treedt. Mold Alexander wordt het eerste schoolteam van Michael, later gevolgd door de Hawarden Rangers, zijn eerste echte ploeg. De legende wil dat de jonge Michael op een dag negen keer scoort in twintig minuten. Zijn toenmalige coach Howard Roberts vindt dat zo erg voor de tegenstander dat hij Michael in doel zet. Daar kan hij geen kwaad meer doen …

Verhalen over zijn snelheid gaan rond, de jonge Owen loopt op een gegeven moment de 100 meter in 10.90. Hij speelt ook rugby en is aanvoerder van het cricketteam, maar blijkt altijd kleiner dan de rest. Maar dat deert hem niet. Owen zal later daarover in interviews getuigen: “Ik ben altijd kleiner geweest. Maar dankzij mijn vader en zijn oefeningen werd ik daar weerbaar tegen. Mijn twee broers waren respectievelijk negen en tien jaar ouder. Veel steviger. Pa liet ons vaak onderling wedstrijdjes spelen, twee tegen twee. Qua lengte en kracht was ik altijd in het nadeel. Maar het maakte me wel sterker in de duels.”

Keuze als international

Scoren blijkt zijn handelsmerk. In het laatste jaar van de lagere school maakt hij er 97. Het vorige record in de regio stond op naam van Ian Rush, die er op dezelfde leeftijd 72 in één jaar maakte. Het hoeft dan ook niemand te verbazen dat op zijn elfde de grote clubs naar Owen komen kijken. Niet alleen Liverpool, Everton en Manchester United, maar ook de grote Londense drie: Chelsea, Arsenal en Tottenham.

Vader Terry heeft dan nog steeds een voorliefde voor Everton. Geregeld neemt hij zijn zoons mee naar Goodison Park. Toch tekent de jonge Michael voor Liverpool. Omdat de sfeer er, volgens Michael, “vriendelijker is”. Steve Heighway – toen verantwoordelijke voor de jeugd – geeft de Owens geregeld gratis tickets en voetbalschoenen. Steven Gerrard kruist er zijn pad. Gerrard maakt in die dagen veel minder indruk dan Owen, geplaagd als hij is door problemen met zijn beenderen. Aan Owen scheelde toen (nog) niks.

Zijn faam dringt ook door tot in Londen. Daar roepen ze hem op voor zijn eerste nationale jeugdselecties. Owen moet plots kiezen: Schotland (via de voorouders van zijn vader), Wales, vanwege zijn woonplaats, of Engeland.

Michael kiest voor Engeland. Hij scoort in zijn eerste wedstrijd bij de -15, wat hij later in de andere leef-tijdscategorieën zal herhalen. Op 11 februari 1998 maakt Owen al zijn debuut in de A-ploeg, tegen Chili. Owen is dan 18 jaar en 59 dagen oud, de jongste Engelse international ooit. Als hij later dat jaar ook nog eens scoort tegen Marokko, wordt hij meteen de jongste doelpuntenmaker van Engeland. Wayne Rooney zal die statistieken naar de geschiedenisboeken schieten.

Gouden Bal

De ster van Michael Owen rijst vlug. Helaas worden ook meteen zijn eerste tekortkomingen duidelijk: spierletsels. Owen is té explosief voor zijn lichaam. Bij Liverpool merken ze als eerste de problemen. Na een paar jaar aan de top blijkt zijn fragiliteit: hamstringletsels in overvloed, het ene na het andere.

In april 1999 verdwijnt hij een eerste keer voor lange tijd (5 maanden) van het toneel. Tijdens de zomerstage hervalt hij. Owen krijgt het mentaal zwaar, de medische staf probeert een eerste keer een voorbereiding op maat voor de spits te maken.

Owen doet er alles aan om problemen te vermijden. Hij verandert zijn manier van lopen. Hij doet aan krachttraining, werkt aan zijn souplesse. Manager Gérard Houllier stuurt hem naar een Franse osteopaat, bondscoach Keegan stuurt hem naar een Duitse. Maar de spits blijft gevoelig. Geregeld moet hij vier, vijf weken aan de kant. Zijn kracht scheurt het lichaam aan flarden. Michael Owen moet eeuwig herbeginnen. Zijn succes blijft fragiel. Maar het is er. 2001 wordt nog een keer een boerenjaar voor Liverpool, dat drie bekers wint. Het levert Owen in december de eretitel van Gouden Bal op. 22 jaar na Joseph Kevin Keegan is opnieuw een Engelsman aan het feest. In april 2002 speelt Engeland tegen Paraguay. David Beckham is geblesseerd, Michael Owen voor een keer fit. Hij krijgt de armband van kapitein en onttroont daarmee Bobby Moore als jongste aanvoerder ooit van Engeland. De toekomst oogt mooi. Liverpool wordt die lente vicekampioen en Owen maakt er nog eens 28 in één seizoen. Wat Owen, 23 slechts, dan nog niet weet, is dat zijn hoogtepunt dan al voorbij is.

Real Madrid

Want daarna wordt het minder. Zowel met de Reds als met de spits, die het seizoen erop van blessure naar letsel sukkelt. De eerste signalen van metaalmoeheid bereiken de buitenwereld, Liverpool denkt aan een andere spits, eentje waar het wél op kan rekenen. In 2004 is het zo ver. Liverpool speelt kwalificaties voor de Champions League, maar stelt Owen niet op. Speculaties inzake een transfer duiken op. Uiteindelijk blijkt Real de droombestemming. Met de Spaanse galácticos wil Owen de Champions League winnen. Hij verhuist naar Spanje. Zonder veel succes evenwel, het nummer 11 is een miskoop. Owen vindt nooit zijn draai in Madrid, hij speelt er wel 41 keer mee, maar mag slechts 15 keer starten. Zijn doelpunteninstinct laat hem niet in de steek, het percentage speelminuten-doelpunten ligt verbazend hoog, maar een geslaagde transfer is Owen allerminst. En uitgerekend ‘zijn’ Liverpool wint dat jaar de Champions League!

Op 24 augustus 2005 slaat New-castle United de voetbalwereld met verstomming: voor ongeveer 24 miljoen euro neemt het Michael Owen van Real over. Uitgerekend Newcastle, de ploeg die nooit wat wint. Het is coach Graeme Souness die zijn clubvoorzitter zo gek krijgt om dat bedrag te spenderen. Owen was zelf graag naar Liverpool teruggekeerd, maar Rafael Benítez vond de prijs te hoog.

Owen bij Newcastle wordt evenmin een succes. In december breekt hij een beentje in zijn voet, wat hem maanden aan de kant houdt. Hij haalt net het WK in Duitsland, maar raakt in Keulen tegen Zweden zwaar geblesseerd aan de kruisbanden van de rechterknie. Het kost hem bijna een jaar afwezigheid. Owen wordt zelfs juridisch voer voor een lange strijd tussen verzekering, FA en club inzake het betalen van zijn weekloon – zo’n 120.000 euro. Hij raakt ook verwikkeld in een bittere strijd met de top van Newcastle, dat het management van de speler hekelt.

Documentatiemap

Vier seizoenen zal Michael Owen uiteindelijk in dienst van de Magpies af-haspelen. Vier seizoenen vol problemen. Als de club in mei degradeert, is Owen haast geen basisspeler meer. Het einde van zijn carrière lijkt nakend. Na de degradatie geeft Newcastle te kennen dat Owen gratis mag vertrekken. De Wasserman Media Group stuurt prompt een hele documentatiemap met daarin een overzicht van de carrière van Owen, inclusief statistieken en in totaal 34 bladzijden dik, naar alle binnen- en buitenlandse topploegen. Niemand lijkt geïnteresseerd, tenzij Hull en Stoke City. Tot uiteindelijk Sir Alex Ferguson de gok waagt.

Michael Owen bedankt op zijn manier voor het vertrouwen. Hij die mag tekenen voor twee seizoenen en het nummer 7 van Cristiano Ronaldo erft – als Ferguson een statement maakt, doet hij dat duidelijk – doet in zijn debuut voor United wat hij het beste kan: scoren. Weliswaar vriendschappelijk, tegen de Malaysian XI. En als invaller. Want boy wonder is nu een supersub.

door peter t’kint

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content