Zijn slechte ervaringen met Champions Leaguevoorrondes indachtig heeft Anderlecht geen keus: de titel is een ‘must’ nu hij rechtstreeks toegang verschaft tot het kampioenenbal. ‘Wij richten ons op de tweede plaats’, houden ze vol in Brugge. Zondag in Jan Breydel: Club-Anderlecht.
Twee voorrondes diende Racing Genk te overleven voor het vorige zomer de groepsfase van de Champions League bereikte. Met meer geluk dan wijsheid werd na Partizan Belgrado ook Maccabi Haifa opzijgezet. Daarmee slaagde Genk waar Anderlecht de laatste twee seizoenen jammerlijk had gefaald. Telkens sneuvelde het in de laatste voorronde van het kampioenenbal. Achtereenvolgens kansloos tegen Olympique Lyon en onverwacht na een dramatische penaltyreeks tegen Partizan Belgrado. Het voetbalde daarna wel een aardig parcours bij elkaar in de Europa League, maar meer dan een pleister op een houten been was dat niet.
“Het verschil tussen de Europa League en de Champions League is zo groot dat voor een club met een budget van 30 à 35 miljoen euro zoals Anderlecht deelnemen aan de Champions League het seizoen financieel al geslaagd maakt nog voor het is begonnen”, zegt algemeen directeur Herman Van Holsbeeck. “Niet alleen kun je meer doen op de transfermarkt, het geeft je ook een enorme boost als de voorgaande jaren financieel minder rooskleurig zijn geweest.”
In het rood
Dat de financiële huishouding van Anderlecht onder druk staat, is geen geheim. Het begon met de vroege uitschakeling tegen BATE Borisov in 2008. Een mokerslag waarvan de club nog steeds niet helemaal hersteld is. Anderlecht miste zelfs het vangnet van de Europa League en diende het een jaar zonder Europese inkomsten te stellen. Van 2006/07 is het geleden dat de Belgische recordkampioen nog in de Champions League aantrad. Tegen Lille OSC, AEK Athene en AC Milan verzamelde het vier gelijke spelen en twee nederlagen. De UEFA schreef na de eindafrekening 11,5 miljoen euro over op de Brusselse rekening. Een bedrag vergelijkbaar met wat Genk dit najaar tegemoet mag zien (zie kaderstuk).
Van zulke inkomsten kon Anderlecht de voorbije vijf jaar slechts dromen in de Europa League. Vorig seizoen maakte het een structureel exploitatietekort goed met de verkoop van Mbark Boussoufa aan Anzji Machatsjkala en Romelu Lukaku aan Chelsea. “Als je enkele miljoenen in het rood komt omdat je geen Champions League meer speelt, maar Europa League, dan wordt er hier direct ingegrepen en een vedette verkocht, zoals vorig jaar met Boussoufa is gebeurd”, zegt Van Holsbeeck.
Mocht Anderlecht nu opnieuw naast de Champions League grijpen, dan zal het worden geconfronteerd met de noodzaak Matías Suárez en/of Lucas Biglia van de hand te doen. Van Holsbeeck: “Dan zullen we kijken voor welke spelers er interesse is – en interesse ís er. Maar zonder een sportieve aderlating te veroorzaken die het onmogelijk zou maken om volgend jaar opnieuw voor de titel te spelen.”
Verantwoorde risico’s
In tegenstelling tot RC Genk mag de nieuwe Belgische landskampioen straks rechtstreeks naar de groepsfase van de Champions League. Dat was in 2009 ook al eens het geval, toen Standard Anderlecht de loef afstak en in een poule met Arsenal, AZ en Olympiacos Piraeus terechtkwam. De enige voorwaarde nu is dat de winnaar van het kampioenenbal zich ook in eigen land opnieuw voor de Champions League plaatst. Voor FC Barcelona, Real Madrid en Bayern München lijdt dat geen twijfel. Chelsea lost die voorwaarde voorlopig niet in.
Hoe dan ook, vanaf 2013 zal de Belgische landskampioen zich normaal direct voor de Champions Leaguepoules plaatsen. Dat danken we aan de goede punten die Anderlecht, Club Brugge en Standard de laatste jaren scoorden, waardoor België opschoof in de UEFA-landenranking. Zijn slechte ervaringen met Champions Leaguevoorrondes indachtig, is het bij Anderlecht ‘van moeten’ nu. “Op Anderlecht word je altijd afgerekend als je geen kampioen wordt”, herhaalt Van Holsbeeck zijn mantra. “De kans op rechtstreekse kwalificatie voor de Champions League maakt dat je probeert met verantwoorde risico’s de doelstelling te halen. Slagen we daar niet in, dan is het niet de bedoeling dat we de club in gevaar brengen. Anderlecht beschikt nog altijd over een aardig spelerskapitaal omdat het in jonge voetballers investeert en niet in dertigers op wie geen meerwaarde meer te realiseren is.”
Buiten het budget
Toch trok Anderlecht afgelopen zomer Milan Jovanovic aan. De Serviër wordt 31 deze week, kwam transfervrij naar Brussel, maar zou een jaarloon tussen één en anderhalf miljoen euro opstrijken. Dieumerci Mbokani zou daar nog boven gaan. Du jamais vu in België, zelfs in het Vanden Stockstadion. Verteld wordt dat de transfers van beide aanvallers niet in het initiële budget waren gepland en dat stellig wordt gehoopt om het overgeïnvesteerde kapitaal terug te verdienen met de miljoenen van de rechtstreekse kwalificatie voor de Champions League. Vandaar de immense druk waaronder Anderlecht nu al maanden leeft. Zeker nu de club een naamloze vennootschap is geworden en de vroegere protocollaire raad van bestuur plaats heeft geruimd voor aandeelhouders die nauwgezet toekijken op het beleid. Zij zouden pas met de aanwerving van Mbokani en Jovanovic hebben ingestemd nadat Herman Van Holsbeeck zich garant stelde voor het behalen van de landstitel – en dus Champions Leaguevoetbal – met dat duo.
Van Holsbeeck bestrijdt het verhaal. “De aandeelhouders waken over het financiële evenwicht. Zij hebben gezegd: dit is de envelop. Is het geld op, dan is het op. Zo staat het in de notulen geacteerd. Met de aanwerving van Mbokani en Jovanovic zijn we binnen de envelop gebleven. Omdat we door de verkoop van Legear en Boelykin vijf miljoen hebben verdiend, die terug in die envelop mochten worden gestoken. Er is dus geen enkele opmerking gemaakt toen we Mbokani en Jovanovic aantrokken. Integendeel: nadat ik op de fandag door 15.000 man was uitgefloten, heeft de raad van bestuur mij zelfs gefeliciteerd voor onze transfers. Zoals u het zegt, is het dus niet naar mij gespeeld. Als manager moet je soms je nek uitsteken, maar ik ben binnen het budget gebleven.”
Kan de aanwerving van Mbokani nog als een investering worden uitgelegd, Jovanovic is gezien zijn leeftijd een kost en in die zin hooguit een investering op de korte termijn. Lees: alleen als hij Anderlecht naar de Champions League loodst, zal hij hebben gerendeerd. Anders is zijn aanwerving niet meer te verantwoorden. Van Holsbeeck is het daar niet mee eens: “Dat kun je pas beoordelen wanneer zijn contract afgelopen is. Na dit seizoen heeft hij nog een jaar.”
Lijzige Daum
Opmerkelijk tafereel. In een interview met Sporting Telenet krijgt Christoph Daum na een van Club Brugges laatste wedstrijden in het reguliere kampioenschap nog maar eens de vraag naar zijn titelaspiraties voor de voeten geworpen. Verveeld wuift de Duitser ze weg. Wanneer de camera’s gestopt zijn met draaien, stapt hij weg, echter niet zonder zich grijnzend om te draaien. ” We will be champion anyway“, raspt hij met lijzige stem.
Grap of ernst, in Brugge heeft men ervoor gekozen zich in zijn officiële discours in de underdogrol te wentelen. Ondanks grote investeringen die dito ambities verraden en mogelijk verband houden met het directe Champions Leagueticket.
“Ons verhaal is anders dan dat van Anderlecht”, legt general manager Vincent Mannaert uit. “Als je veertien inkomende en veertien uitgaande transfers doet, en ook nog een trainerswissel doorvoert en cours de route, dan is het bijna onmogelijk om kampioen te spelen. Er moest te veel veranderen op korte termijn. Onze focus dit jaar was er prioritair op gericht beterschap te laten zien in de resultaten. Langer meedoen voor die eerste plaats dan de voorbije jaren het geval is geweest. De laatste vier, vijf jaar was Club Brugge al uitgeschakeld wanneer in maart, april de prijzen werden verdeeld. Daar wilden we in de eerste plaats wat aan doen. Volgend jaar wordt het iets anders. In principe is de landskampioen dan ook rechtstreeks geplaatst voor de Champions League. Wij kunnen dan verder bouwen op de investeringen die we nu hebben gedaan.”
Gemiste kans
Mannaert: “Anderlecht heeft Jovanovic en Mbokani nog aangetrokken in augustus, wanneer het kampioenschap al bezig was. Op dat moment heeft het een statement gemaakt: wij moeten kampioen spelen. Toen wist ik: het wordt heel moeilijk om Anderlecht van de titel te houden. Maar we wilden proberen zolang mogelijk mee te doen, en dan weet je maar nooit. Het kortst zijn we erbij geweest om vijf voor zes in Kortrijk. Hadden we daar gewonnen, dan zouden we voor het eerst dit seizoen op kop hebben gestaan en alles in eigen handen hebben gehad. Door die kans te missen hebben we de constante van het seizoen gerespecteerd. Anderlecht heeft een streepje voor, wij richten ons op de tweede plaats.
“Het moeilijkste is om een constant niveau te halen in de resultaten. Daar heb je structurele hefbomen voor nodig, en een eenmalige kwalificatie voor de Champions League is dat niet. Ik zie Belgische clubs toch het voorzichtigheidsprincipe hanteren en niet overinvesteren. Anders zit je als het fout gaat met een financiële kater in plaats van met een financiële bonus. De enige club die elk jaar kan zeggen dat ze kampioen moet spelen, is Anderlecht. Logisch ook, met een budget dat tien miljoen euro hoger ligt. Geen enkele andere club kan dat roepen, wegens die budgettaire realiteit. Voor Anderlecht maakt die Champions League dus een verschil, want het zorgt voor directe return.”
DOOR JAN HAUSPIE – BEELDEN: IMAGEGLOBE
“Deelnemen aan de Champions League maakt het seizoen financieel al geslaagd nog voor het is begonnen.”
Herman Van Holsbeeck
