Morgen kent in tweede klasse de eindronde haar ontknoping. Hoe klaar zijn de potentiële eersteklassers ervoor, voor een stap hogerop ?
Nog één speeldag staat er op het programma in de eindronde van tweede klasse. Daarna, donderdagavond is dat, zal duidelijk zijn wie met kampioen Cercle promoveert. Denderleeuw en Zulte-Waregem zullen het zeker niet zijn, zij raakten zondag definitief uit koers. Voor Heusden-Zolder en Eupen daarentegen wordt het nog spannend.
De overblijvers
“We zijn er klaar voor,” zegt Stin Husson, voorzitter van Heusden-Zolder, “promoveren zou zelfs een zegen zijn voor ons. Qua stadion zitten wij door de samenwerking met Genk perfect. Genk stelt zijn stadion aan een gunstig tarief ter beschikking, want het deelt mee in onze inkomsten en verkoopt combi-abonnementen. Het kan nu maar twee of drie cafés opendoen in het stadion als wij er spelen, maar eens we in eerste zitten, kan de hele galerij open… Het is een win-win-situatie. Wat we ook doen, ook volgend jaar zullen we blijven samenwerken met Genk. Maar het huren van het stadion aan een heel schappelijke prijs kan uiteraard niet blijven duren, want anders zijn zij op den duur onze belangrijkste sponsor geweest.
“Het potentieel dat wij van hen gebruiken, is eigenlijk te goed voor tweede nationale, gezien het geringe aantal toeschouwers dat wij maar halen. Ook daarom zou eerste ideaal zijn, want dat geeft mogelijkheden. Wedstrijden tegen Genk, Standard, Anderlecht, Brugge en Sint-Truiden gaan toeschouwers meebrengen die we nu niet halen. Nu zijn dat er ongeveer 2000. Dat is meer dan vorig seizoen, maar voor zo’n stadion nog te weinig. In een wedstrijd tegen Genk zou het zeker uitverkocht zijn, daar moeten wij nu een heel seizoen voor spelen. En eigenlijk spelen wij dan nog vierendertig wedstrijden op verplaatsing.
“We zijn ons ervan bewust dat we met een zeer beperkt budget werken, maar wij kunnen dat omdat we dus weinig kosten aan de infrastructuur hebben. Terwijl juist die infrastructuur voor veel clubs, zoals Verbroedering Geel bijvoorbeeld, de grootste klap betekent. Toch zullen we, mochten we promoveren, het budget niet drastisch verhogen. Nu bedraagt het 750.000 euro, in eerste zullen we dat proberen te verdubbelen. Je moet er toch rekening mee houden dat je een twintigtal profs moet hebben, maar ook wat betreft het gebruiken van spelers werken we kostendelend met Genk. Qua spelersmateriaal missen we alleen een hele goeie spits, maar daar kan in overleg met de mensen van Genk iets aan gedaan worden. Bijvoorbeeld, als Chatelle elders geen contract krijgt, zou hij naar ons kunnen komen. Beter dat dan aan kapitaalsvernietiging te doen.”
“De spelersgroep die nu de eindronde speelt, heeft dat zeker verdiend,” vindt Manfred Theissen, de manager van Eupen, “maar promoveren zou voor ons een vergiftigd geschenk zijn. Zeker. Maar we zullen ons prepareren om klaar te zijn, mocht het gebeuren. In ons stadion moeten, in overleg met de stad, twee nieuwe tribunes komen om plaats te bieden aan acht- of negenduizend toeschouwers. Qua toeschouwers kunnen wij ook in tweede niet klagen : alle matchen van de eindronde én van het einde van de competitie waren goed voor 2500 à 4000 man. In eerste klasse zal er sowieso een ruimere publieke belangstelling volgen. Maar wij wachten af. Onze spelerskern ligt nog een jaar onder contract, we hoeven ons dus niet te haasten, maar we beseffen dat we ons in geval van promotie zullen moeten versterken.
“Ons budget bedraagt nu 750.000 euro, dat zal moeten verdubbelen. We werken met een van de kleinste budgetten in tweede klasse, maar het zijn niet altijd de grote ploegen die het verschil maken. We werken nu met geringe middelen en dat zal ook in eerste zo blijven. Dat betekent dat we niet zullen kunnen rivaliseren met de grote clubs, maar dat hoeft ook niet. Of het voetbal in eerste klasse in Eupen economisch leefbaar is, dat is moeilijk te zeggen. Zottigheden gaan we zeker niet doen, maar voor een ploeg zonder profspelers als de onze, zou het zwaar zijn. Dat is moeilijk vol te houden in eerste, maar op lange termijn denk ik dat er maar vijf of zes ploegen leefbaar zijn met alleen maar profs. Je zal over een paar jaar wel zien dat ook andere ploegen die nu in eerste zitten, zo zullen moeten beginnen werken. Dus we gaan niet vragen aan onze spelers om alles op te geven voor het voetbal.
“Wij willen geen schulden maken en velen zullen misschien lachen met ons, maar als Eupen na één jaar eerste klasse weer in tweede staat, zullen we wel nog leven.”
De gelosten
“Als wij gepromoveerd waren, was dat niet erg geweest”, zegt Willy Naessens, de voorzitter van Zulte-Waregem. “Het moest niet, maar het mocht wel. Nu werken we met een budget van 50 miljoen frank, en ik weet dat je in eerste klasse met minstens 100 miljoen moet werken. Voor ons was dat haalbaar. Je krijgt meer publicitaire inkomsten, meer toeschouwers, tv-gelden… Ik schat dat we van 2600 toeschouwers nu û waarschijnlijk het grootste aantal in tweede û naar een gemiddelde van 5 à 6000 konden gaan in eerste. Dat is een miljoen of 20 erbij, moet je rekenen, plus 25 miljoen van de tv : samen is dat een 100 miljoen (frank). Dus we kunnen, denk ik, als we ooit naar eerste gaan met wat sponsoring erbij, naar 140 miljoen mikken. Maar schulden maken is uitgesloten. Integendeel : je moet in het eerste jaar een overschot proberen op te bouwen omdat je het jaar nadien met dezelfde kosten kan zitten, maar met minder inkomsten. Dan zit je, als je zakt, in zware problemen. Onze groep met spelers van 21, 22 jaar, zeggen ze, is te jong, maar ze heeft nog een groeimarge. Daar rekenen wij op.”
“Rond nieuwjaar was onze situatie hopeloos en bibberden we voor het behoud,” herinnert Bart Gies, voorzitter van Denderleeuw, zich, “maar de trainerswissel heeft succes gehad. We hebben het vooraf niet luid verkondigd, maar vanuit commercieel standpunt was het wel de bedoeling nog eens de eindronde te spelen, maar niet direct de promotie af te dwingen. Je moet je grenzen kennen : het schip drijvende houden is het belangrijkste op dit moment. Wij hebben onze infrastructuur helemaal vernieuwd, we hebben al genoeg werk om die boterhammen eerst op te eten. Het eerste jaar in eerste zouden we als een overgangsjaar gezien hebben.
“Het probleem van Denderleeuw is dat we heel weinig enthousiasme kunnen losweken bij de toeschouwers. Ook al waren we op het eind van de competitie bijvoorbeeld twaalf wedstrijden ongeslagen. Naar het einde toe maakten we zelfs ook veel goals en speelden we goed voetbal, maar toch blijft de belangstelling onder de verwachting. Tussen 1200 en 1800 is niet voldoende volgens mij. Je moet sfeer in je stad hebben én goed voetbal, dan fleurt je restaurant pas weer op, en daar haal je toch een deel van je inkomsten.
“Twee weken geleden hadden we in de raad van bestuur wel eens over een mogelijke promotie gesproken, maar zonder er echt heel diep op in te gaan. Een vergiftigd geschenk zou het wel niet geweest zijn, in tegenstelling tot in 1998, toen we ook eens de eindronde speelden. Waarom ? Omdat je zeker gebruik kan maken van het overaanbod op de spelersmarkt om een kern samen te stellen. Was het niet gegaan om langer dan één seizoen in eerste te blijven, dan zouden we zonder veel emoties teruggekeerd zijn naar tweede door geen licentie aan te vragen voor eerste. Maar waarom zou Denderleeuw op termijn niet in eerste klasse kunnen meedoen ? Ons budget bedraagt nu 35 à 40 miljoen (frank). Met een verdubbeling moet je het kunnen halen in eerste.”
door Raoul De Groote
‘Promotie zou een vergiftigd geschenk zijn.’ (Eupen)
