Lokeren kende een boerenjaar: bekerwinst, Europees ticket, play-off 1. Tegen de verwachtingen in bleef de kern (tot dusver) behouden, inclusief succescoach Peter Maes. Hem wacht nu een seizoen vol uitdagingen.

Peter Maes (50) heeft de gewoonte in cycli van vier jaar te werken: vier jaar Geel, vier jaar KV Mechelen en vier jaar Lokeren… Althans, zo dacht iedereen. De Limburger begint aan zijn vijfde seizoen op Daknam. “Nochtans beweert iedereen dat ik door mijn manier van coachen een beperkte houdbaarheidsdatum heb”, grijnst Maes. Tevreden achteroverleunen hoort er echter niet bij, een beproevend seizoen kondigt zich aan.

1 De groep scherp houden

Een voetbalwijsheid luidt dat je om de twee jaar óf je ploeg moet vernieuwen óf je coach vervangen. Niet zo bij Lokeren. De kern van de ploeg is al vier jaar nagenoeg ongewijzigd. In de voorbereiding bleek al dat Lokeren minder scherp voor de dag kwam dan de voorbije jaren. In de galamatch tegen Novi Sad, de eerste serieuze test van de voorbereiding, speelde Lokeren te traag, te slordig en te tam om te imponeren. Maar het opvallendste: de trainer bleef rustig. “Ik besefte gewoon dat het nog te vroeg was om ruzie te maken. Op training werd er goed gewerkt, het niveau lag er hoger dan in de oefenwedstrijden. Dat is het voordeel van zo lang samen te werken: ik weet goed genoeg wat er in de groep schuilt en wanneer het moment daar is om druk te zetten. Ook op conditioneel vlak weten we ondertussen perfect hoe we deze groep moeten klaarstomen voor het seizoen. Er is dus geen reden tot ongerustheid.”

Maar Maes is ook niet blind voor het gevaar dat om de hoek loert. “Ik merk dat de drang om zich te tonen minder groot is. Maar ik accepteer niet dat we in het verleden leven, die knop moeten sommige jongens nog omdraaien.” De trainer kijkt daarbij in de richting van de spelers die in de belangstelling staan van andere clubs: Alexander Scholz, Hamdi Harbaoui, Hans Vanaken… “Een transfer speelt toch in hun achterhoofd. Financieel is het niet moeilijk hen te houden, mentaal wel. Ik moet veel bemiddelen.” Het is nochtans logisch dat zij uitkijken naar een stap hogerop, want Lokeren zit aan zijn plafond. Of niet soms? Maes: “Ik besef dat het moeilijk zal worden om betere resultaten te halen, maar de kwaliteit van ons spel kan nog omhoog. Ik wil vooral meer rendement zien. Ik zie dat mijn spelers denken: het zal wel loslopen. Maar zo ver staan wij niet. Daar wijs ik hen constant op.”

2 Vanaken behouden (en beter maken)

Hans Vanaken was met elf goals en tien assists dé revelatie van vorig seizoen, hem bij de ploeg houden wordt cruciaal in de strategie van Maes. “Als je de clubs overloopt waar ik werkte, zie je dat ik altijd opteer voor een echte spelmaker. Bij Lokeren was dat eerst Ivan Leko, nu Vanaken. Als je ziet hoe vlot Hans zich aanpaste aan het niveau in eerste klasse twijfel ik er niet aan dat hij ook de volgende stap kan zetten. Anderzijds moet hij duidelijk nog sterker worden op fysiek vlak en inzake maturiteit. Hij moet een ploeg op sleeptouw durven nemen.” Vanaken scoorde tijdens deze oefencampagne geen enkele keer, terwijl hij er vorig seizoen meteen zeven tegen de netten joeg. “Dat is een stukje focus”, denkt Maes. “Ik merk dat hij de voorbereiding nu ook als zijn voorbereiding beschouwt. Terwijl hij zich vorig seizoen meteen wilde tonen. Daar moet je wel mee opletten, want niet iedereen kan zomaar de knop omdraaien wanneer het echte werk eraan komt.”

3 De tegenstander verrassen

Met een ongewijzigde ploeg spelen houdt ook in dat je voorspelbaarder wordt voor de tegenstander. Iedereen weet onderhand hoe Maes zijn pionnetjes graag neerzet. Met twee buffers voor de verdediging (Overmeire en Persoons), daarvoor een lijntje van drie en Harbaoui als targetspits. Maes: “Verschillende systemen gebruiken is niet aan mij besteed. Het is voor je ploeg belangrijk dat er duidelijkheid is. Kijk naar het voorbije WK: de ploegen die succesvol waren, teerden op een goede organisatie en probeerden van daaruit creatief te zijn. Ik zag op het WK ook dat de posities 8 en 6 nog belangrijker zijn geworden in de opbouw, als echte spelmakers.” Toch wil de Trainer van het Jaar anticiperen op voorspelbaarheid. “De voorbije vier jaar zijn wij serieus geëvolueerd: in de voorste linie is nu veel meer variatie en creatieve vrijheid. Mijn spelers mogen veel meer van positie wisselen dan vroeger”, legt hij uit. “We hebben ook veel geoefend op hoe we bepaalde pressing kunnen omzeilen.”

4 Het ongelijk van de topclubs bewijzen

Peter Maes werd na het voorbije successeizoen van Lokeren gelinkt aan zowat elke Belgische topclub. Hij geeft zelf toe dat hij vorig seizoen aan de campagne begon met het idee dat het weleens zijn laatste op Daknam zou kunnen zijn. “Ik schatte de kansen op fiftyfifty”, aldus Maes. Waarom begint hij nu dan toch aan zijn vijfde seizoen bij Lokeren? Maes: “De voorzitter had al snel laten blijken dat hij met mij verder wilde. Met garanties over de uitbouw van de club. Lokeren wil een blijvende subtopper worden. Er waren gegadigden, ja, maar voor mij is overtuiging belangrijk en ik stelde vast dat onze voorzitter zeer overtuigend was. Ik ben blij dat ik niet langer bij een club zit die spelers moet verkopen om te overleven. De dag dat ik voel dat de club geen ambitie meer heeft, ben ik weg. Onze voorzitter heeft nu geïnvesteerd in de infrastructuur. Met de nieuwe tribune geven we de supporters een bepaalde fierheid. Want die Europese match tegen Pilsen twee jaar geleden in een leeg Koning Boudewijnstadion, dat was pijnlijk.”

5 Eigen jeugd laten doorstromen

De hiërarchie in de kern van Lokeren ligt vast. Voor jongeren is het moeilijk om zich op te werken, ook al konden Jore Trompet en Alexander Corryn de voorbije seizoenen mondjesmaat proeven van het grote werk. “We hebben toch Derrick Tshimanga, Laurens De Bock en Nill De Pauw gebracht”, geeft Maes tegengewicht. “Maar we zijn ondertussen een topzesteam, de lat ligt een stuk hoger. Dan is de vraag: zit er genoeg pure kwaliteit in de jeugdopleiding, jongens die direct inzetbaar zijn? Dat weet ik nog zo niet. Preben De Man bijvoorbeeld is amper zeventien, die ondervindt last van de trainingsintensiteit bij de A-kern en dat brengt blessures met zich mee. Trompet is iemand met mogelijkheden, maar hij is te veel ideale schoonzoon. Een uitleenbeurt kan een optie zijn, maar als hij in eerste klasse wil blijven is dat niet makkelijk. Zelfde verhaal voor Corryn. Die heeft al zeer goede matchen voor ons gespeeld, maar kende vorig seizoen wat stilstand. Wellicht woog de komst van Odoi mentaal op hem. Ik hoop dat hij dit seizoen weer aan de oppervlakte komt. En Mingiedi heet binnen de club al lang een talent te zijn, maar als je hem dan de kans geeft op het hoogste niveau blijkt toch dat er een verschil is tussen trainingen en wedstrijden. Het is misschien niet slecht dat de club dat nu ook inziet.”

DOOR MATTHIAS STOCKMANS – BEELDEN: BELGAIMAGE

“Het is nu nog te vroeg om ruzie te maken.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content