De dood van Puerta laat niemand onberoerd.
De Spaanse international van FC Sevilla, die in de openingswedstrijd tegen Getafe in elkaar was gestort, overleed vorige week dinsdag in het ziekenhuis. Het lichaam van de linkerflank- speler werd opgebaard in het stadion en woensdag in een beklemmende sfeer van grote verbijstering en verslagenheid begraven. In de 35ste minuut van de bewuste match werd de amper 22-jarige Antonio Puerta getroffen door een hartstilstand, maar kon hij worden gereanimeerd.
Tijdens de rust kreeg Puerta in de kleedkamer een nieuwe hartstilstand en daarna in de loop van de avond nog verschillende andere. “Om u niet al te ongerust te maken zal ik niet zeggen hoeveel hartstilstanden er geweest zijn”, verklaarde voorzitter JoséMariaDelNido aan de journalisten die bij de ingang van het ziekenhuis naar zijn toestand informeerden. Die toestand stabiliseerde, maar bleef wel erg kritiek. Vier dagen later stopte het hart van de voetballer die komende maand voor het eerst vader zou worden definitief met kloppen. Een jaar geleden kreeg hij al eens een toeval op het veld van Badajoz. Maar het medisch onderzoek dat daarop volgde, kon niets aan het licht brengen, zodat hij de toestemming kreeg om zijn profloopbaan voort te zetten.
Puerta speelde nooit voor een andere club dan FC Sevilla. De goal die hij twee seizoenen geleden in de 100ste minuut van het duel tegen Schalke 04 aantekende, bezorgde hem een definitieve plaats in de geschiedenisboeken. Want daardoor bereikte zijn club voor het eerst in zijn geschiedenis de finale van een Europacup. Sindsdien kreeg Puerta het vertrouwen van coach JuandeRamos, zodat hij vaak in de basis mocht starten. Bondscoach LuisAragonés selecteerde hem voor het eerst voor het A-team voor de interland tegen Zweden. Grote Spaanse (Real Madrid en Barcelona), maar ook buitenlandse (Arsenal en Manchester City) clubs toonden al belangstelling voor hem. De UEFA stemde er naar aanleiding van zijn overlijden mee in om de terugwedstrijd in de voorronde van de Champions League tegen AEK Athene te verplaatsen naar vandaag/woensdag 3 september.
Samuel Eto’o liep in de met 5-0 gewonnen oefenwedstrijd tegen Inter voor de Trofeo Juan Gamper een blessure op aan de rechterbil. Hij werd vorige zaterdag geopereerd en zal gedurende drie maanden onbeschikbaar zijn.
Thiago Motta, de Braziliaanse middenvelder van Italiaanse afkomst, verruilde Barcelona voor Atlético Madrid, dat ook nog aan de mouw van Juan Román Riquelme trok. Maar de Argentijnse spelmaker blijft vooralsnog in de B-kern van Villarreal.
Diego Milito tekende bij Zaragoza voor vier jaar bij. Er staat een transferclausule in zijn contract dat een club die hem wil weghalen een bedrag van honderd miljoen euro moet betalen.
Arouna Koné, de Ivoriaanse spits van PSV, tekende een contract voor vijf jaar bij Betis, dat twaalf miljoen euro betaalde voor de oud-speler van Lierse.
Gerard, de middenvelder die einde contract was bij Monaco, gaat aan de slag bij Recreativo Huelva.
Zaragozamiddenvelder José María Movilla tekende voor twee jaar bij Real Murcia.
Guillermo Franco, de Argentijnse doelman van Villarreal, wordt voortaan als een Europese speler beschouwd, aangezien hij getrouwd is met een Italiaanse.
Granada mag in de Segunda División aantreden in plaats van Ciudad de Murcia. Dat besliste het sporttribunaal TAS in Lausanne. De club had alle aandelen van Ciudad Murcia overgenomen en een adres- wijziging aangevraagd. De Spaanse voetbalbond verzette zich tegen deze promotie die niet op het veld was afgedwongen, maar de profliga zag er geen graten in. Het TAS nu dus ook niet.
DANIEL DEVOS
