De gokaffaire in ons voetbal lijkt eindelijk de ogen van veel voetbalsupporters en perslui te hebben geopend en enkele pijnpunten binnen de voetbalbond op schrijnende wijze te hebben blootgelegd. Bondsvoorzitter Peeters en bondsprocureur Verstringhe verpersoonlijken in steeds groeiende mate de incompetentie van de doezelende gerontocratie die al jaren de dienst uitmaakt aan het hoofd van wat een sterke organiserende macht zou moeten zijn. Geef toe, als je zo’n Peeters in volle gokcrisis hoort verklaren dat ons voetbal niets aan geloofwaardigheid heeft ingeboet en dat de bond zich in deze niets te verwijten heeft, ga je je toch vragen stellen over ’s mans geestelijke vermogens. Het is duidelijk dat hij zich zijn laatste maanden als voorzitter anders had voorgesteld : reisje als FIFA-waarnemer hier, acte de présence daar, wedstrijdje kijken, handjes schudden… Meer moet dat niet zijn ! Komt er toch wel zo’n Chinees het kot op stelten zetten zeker ! En wat meer is… plots gaat de buitenwereld verwachten dat de voetbalbond orde op zaken stelt ! Nee, dat hij nog in actie zou moeten schieten, aan het einde van acht zeemzoete jaren in een comfortabele stoel, daar had mijnheer Peeters echt niet op gerekend. Maar goed, eind juni krijgt hij de gouden handdruk die hij – gezien zijn enorme verwezenlijkingen door de jaren heen – dubbel en dik verdient. Exit Peeters dus, en nu een bekwaam figuur graag. Het water staat ons voetbal aan de lippen en nu hebben we een sterke figuur nodig die boven de koffiekransjes van de gezellige nonkels binnen de bond doortastende beslissingen durft nemen. Beslissingen die broodnodig zijn om de Belgische voetbalwereld eindelijk de 21ste eeuw binnen te loodsen, zowel extrasportief (verjonging binnen de bond, een deftig nationaal stadion, wanpraktijken in de clubs) als sportief (opleiding van spelers). Het zou dan ook een heus drama zijn indien men Roger Vanden Stock zou aanstellen als nieuwe voorzitter, opnieuw zo’n compromisfiguur die naar alle waarschijnlijkheid alles bij het oude zal laten en die bovendien deze zomer gezellig onderhandelde met de beruchte Pietro Allatta, hoewel diens reputatie toen al meer dan gemaakt was. Ivan De Witte sprak wijze woorden toen hij onlangs pleitte voor Jean-Luc Dehaene als bondsvoorzitter. Oké, Dehaene komt niet rechtstreeks uit het voetbal, maar hij beleeft de sport vanuit z’n hart en weet zeker en vast genoeg van het wereldje om er zijn vingers niet aan te verbranden. Bovendien is hij zoals geweten een krachtdadige en bekwame leidersfiguur, die meerdere politieke stormen trotseerde. Kortom, the right man on the right place. En vooral : at the right time. In een reactie op deze suggestie hield Dehaene zich – politicus in hart en nieren – nog enigszins op de vlakte, maar een resolute weigering liet hij niet noteren. Waarom zit Michel Preud’homme dan nog niet op z’n knieën in Vilvoorde ?

CHRIS KWANTEN, BOCHOLT

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content