Twee verschillende elftallen stuurde Frankie Vercauteren zondag tegen Trabzonspor (0-1-verlies) het veld in voor de laatste generale repetitie van RC Genk voor de Europese confrontatie met Inter Turku (donderdag) en de competitiestart tegen Germinal Beerschot (zondag). Daarbij geen João Carlos en Marvin Ogunjimi, beiden geblesseerd. Ook geen Laszlo Köteles, nog altijd administratief niet in orde. “De spelers hadden in de rust het gevoel dat we tegen méér dan elf man speelden”, merkte de trainer achteraf fijntjes op. “Dat is de harde realiteit. Het zet de voetjes weer op de grond. Dit hadden we nodig.”

Met ‘we’ leek Vercauteren de clubleiding te bedoelen. Voorzitter Herbert Houben verklaarde twee weken geleden dat Genk zijn competitiestart niet mag missen en een vroegtijdige Europese uitschakeling “kan missen als kiespijn”. Daarmee legde hij druk op een elftal waarvan de kwaliteit op zijn minst ter discussie staat. “Wat wij vragen is een plaats in de top zes, meer voorlopig niet”, zegt Houben. “Wij geloven dat onze kern daartoe in staat moet zijn. Het is belangrijk dat we gefocust zijn op het begin van de competitie en niet alleen op de einddoelstelling. Als de eerste resultaten fatsoenlijk zijn, zal de rest wel volgen. Mijn uitspraken waren bedoeld om iedereen honderd procent scherp te krijgen. Daar wil ik zeker van zijn. Wij worden op onze plicht gewezen om de kern te versterken. Wel, dan wil ik die kern ook op haar plichten wijzen.”

Dat zijn mening niet die van Vercauteren en de opgestapte technisch directeur Herman Vermeulen (hij wordt assistent van Trond Sollied in Saudi-Arabië) is, betwist Houben. “Dan heeft u iets anders gehoord dan ik. Herman Vermeulen gelooft wél dat het kan. Frank Vercauteren zegt me dat er met de huidige kern een risico is dat we het niet halen, maar dat risico nemen we. De raad van bestuur bepaalt het beleid, de trainer moet met de spelers werken. Dat doet hij goed. Wij willen ook graag versterkingen, maar prioritair voor ons is dat de club financieel gezond blijft. Wij willen bedachtzamer met onze middelen omspringen. We hébben geld, maar minder dan vroeger.”

Dat de bomen niet meer tot de hemel reiken in Genk is nog niet overal doorgedrongen. Houben: “We zijn in gesprek met potentiële nieuwkomers, maar willen een voorzichtigere verloningspolitiek voeren. Spelers en makelaars moeten dat maar eens gaan beseffen. Iedereen is het gewoon dat Genk veel transfers doet, maar tot succes heeft dat niet geleid de laatste jaren. Is het dus wel nodig? Veel wissels bevorderen bovendien de continuïteit niet. Je moet spelers de tijd geven om zich te ontwikkelen. Anders maak je ze kapot en doe je ook nog eens aan kapitaalvernietiging. De laatste twaalf maanden hebben we toch twee miljoen euro uitgegeven aan transfers, van Joneleit tot Yeboah.”

Vercauteren heeft zijn basiselftal al langer in het hoofd, op één positie na, wellicht die van tweede aanvaller naast Ogunjimi: Elyaniv Barda of Jelle Vossen. Zonder nieuwkomers is de trainer veroordeeld tot dezelfde keuzes als vorig seizoen, al leek er zondag toch een eerste inkomende transfer in de maak: die van Randel Shakison, een 20-jarige transfervrije linksachter van Ajax. “We hebben te weinig linksvoetige spelers”, zegt Houben, die ook erkent dat de sportieve structuur die op voorstel van Sef Vergoossen was geïnstalleerd, heeft gefaald. “We hebben dat weer eenvoudiger gemaakt: minder mensen gaan nu over de sportieve dossiers. Het is duidelijk dat de positie van technisch directeur cruciaal is. We zoeken een opvolger voor Herman Vermeulen.” S

JAN HAUSPIE

‘Vercauteren zegt me dat er een risico is dat we de ambities niet halen.’

Herbert Houben