Als je door Warschau loopt, is het nauwelijks te geloven dat bijna alle huizen, gebouwen en kerken na de Tweede Wereldoorlog zijn heropgebouwd. De schade van de wereldbrand was immers enorm. Meer dan de helft van de inwoners van de stad kwam om het leven en slechts zeven procent van de huizen was nog bewoonbaar.

In 1943 werd de omvangrijke Joodse wijk verwoest. De Joden, die door de nazi’s in het getto waren samengedreven, grepen naar de wapens nadat al 300.000 mensen in concentratiekampen om het leven waren gebracht. Na vier weken opstand werden de overgebleven Joden gedeporteerd en werd de wijk met de grond gelijkgemaakt.

Een jaar later werd Warschau een tweede keer geplunderd en vernield tijdens de Opstand van Warschau. Na twee maanden strijd werd het uitzichtloze verzet tegen de nazi’s gebroken. Het Rode Leger wachtte op de andere oever van de Wisla tot zowat alle inwoners gedood of gevlucht waren om de stad te bevrijden. Het was het begin van ruim veertig jaar communistische overheersing.

Erg geliefd waren de Russen niet in Polen. Warschau vormde in de 19e eeuw al verscheidene keren het decor voor een opstand tegen de Russische overheersing. Tijdens de Pools-Russische oorlog (1920) werd het Rode Leger voor de poorten van Warschau tot de terugtocht gedwongen. In de geschiedenisboeken terug te vinden als het ‘Wonder van de Weichsel’, de Duitse naam voor de rivier Wisla, omdat dit het einde betekende van de opmars van het bolsjewisme naar het Westen.

De eerste vermelding van de naam Warschau dateert van 1241. Ruim tweehonderd jaar later (1443) werd Warschau de hoofdstad van het hertogdom Mazovië en in 1556 besliste de Poolse koning Zygmunt I Stary, die vanuit Krakau regeerde, dat de Sejm (het parlement) in Warschau zou samenkomen.

Het centrum van de oude stad, met het oude marktplein (Rynek Starego Mista) en met daaromheen het stratennet met schaakbordpatroon, dateert uit de 15e eeuw. Toeristen moeten zeker ook naar het Slotplein (Zamek Krolewski), het plein voor het koninklijke slot. Daar vertrekt de zogenaamde ‘koninklijke route’, die naar de voormalige koninklijke buitenverblijven leidt.

Na WO II ontstond een nieuw centrum ten westen van de oude binnenstad. Met als meest herkenbare gebouw het imposante, maar spuuglelijke Paleis voor Cultuur en Wetenschap. Een cadeau van Stalin aan de stad en een schoolvoorbeeld van communistische architectuur.

Na de val van het communisme in 1989 groeide Warschau uit tot een van de meest dynamische steden van Oost-Europa. De Poolse hoofdstad, waar de openingswedstrijd van Euro 2012 plaatsheeft, telt momenteel 1,8 miljoen inwoners.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content