In 1999 veroverden Karel Snoeckx, Carl Hoefkens en Jurgen Cavens al eens de Belgische beker met Lierse. Sinds ze samen in de basis staan bij Germinal Beerschot draait de ploeg weer en mits winst vanavond tegen RC Genk maken ze nog kans op een tweede beker.

J urgen Cavens (26) scoorde in die bewuste bekerfinale van 1999 tegen Standard tweemaal en kroonde zich zo tot de held van Lierse. Doet hij dat vanavond weer tegen RC Genk, dan ziet het er bijzonder mooi uit voor Germinal Beerschot, zijn huidige werkgever waar ook de andere ex-Lierenaars Karel Snoeckx en Carl Hoefkens voetballen. Cavens kijkt na de 1-1 in Genk alvast uit naar de terugwedstrijd van de kwartfinales van de beker : “Genk ligt mij. Ik heb er altijd goed tegen gespeeld, ook met Lierse en Standard. Zoiets zit toch in het hoofd van een spits wanneer hij het veld op rent.”

En opvallend : sinds jullie drie in de basis staan, draait het weer bij GBA ?

( Cavens en Hoefkens wijzen meteen richting Snoeckx.)

Karel ?

Snoeckx : “Ik denk dat het toeval is, maar het is natuurlijk logisch dat je na zoveel jaren samenspelen elkaar goed aanvoelt op het veld.”

Hoefkens : “Het ligt toch vooral aan Karel zelf, vind ik. Toen hij hier pas aankwam, voelde hij zich geen honderd procent en moest hij opboksen tegen bepaalde vooroordelen. Ondertussen vond hij zijn positie in de groep en groeide hij uit tot een belangrijke speler in deze ploeg. Hij is iemand die veel loopt en gepast kan opduiken in de zestien, dat type speler kan elke ploeg gebruiken.”

In het begin van het seizoen moest jij, Karel, dikwijls op de rechtsback spelen. Tegen je zin ?

Snoeckx : “Dat is veel gezegd, maar het is in ieder geval niet mijn geliefkoosde positie. Mijn kwaliteiten zijn mijn loopvermogen en infiltratie in de zestien, als back kom je daar moeilijker.”

Cavens : “De laatste weken spelen we bovendien in een ander systeem en daarin is Karel met zijn ervaring een belangrijke pion op het middenveld. De omschakeling van verdediging naar aanval loopt veel vlotter dan voorheen. Hij kan die extra meters naar voren maken.”

Hoefkens : “We spelen nu met vijf achterin, voor een verdediger is het dan makkelijker om mee in te schuiven. Onze backs mogen nu ook hoger spelen en iedereen in de ploeg krijgt de kans om zich offensief uit te leven.”

Het idee om van systeem te wisselen – meer volk achterin, minder naïef offensief en een meer afwachtende houding – zou er gekomen zijn op vraag van de spelersgroep zelf ?

Hoefkens : “Dat klopt niet. De trainer heeft op een gegeven moment ingezien wat de kwaliteiten van zijn spelers waren en heeft daar een systeem op afgesteld. Voorheen ging hij eerder uit van zijn systeem en zocht hij daar de spelers voor.”

Snoeckx : “Voor mij is hét grote verschil onze omschakeling van aanval naar verdediging. Sommige jongens liepen vroeger niet altijd terug, waardoor onze verdediging te veel onder druk kwam te staan.”

Germinal Beerschot kwam enkele weken geleden opvallend in het nieuws met de contractverlenging voor coach Marc Brys, op een moment dat die nochtans in de media onder druk kwam te staan. Waren jullie zelf verrast ?

Snoeckx : “Ik denk dat gebleken is dat het een juiste beslissing van het bestuur was. Vanaf het moment dat er duidelijkheid ontstond over de positie van de trainer, is de ploeg weer gaan draaien. Ik denk dat het ook duidelijk was dat de mindere resultaten niet aan de trainer lagen.”

Hoefkens : “Voor mij was de positie van de trainer nooit een item, dat is iets dat door de pers gecreëerd werd. Een trainerswissel moet altijd een noodoplossing zijn. Die duidelijkheid was vooral nodig om de geruchten rond GBA weg te halen, niet voor de spelers zelf.”

Ondanks het grijze seizoen tot dusver gaat GBA toch enkele mooie en boeiende weken tegemoet. Er is de kwartfinale van de beker én jullie bekampen zowel Anderlecht als Club Brugge nog in de competitie. GBA kan als het ware scheidsrechter zijn in de titelstrijd. Zijn jullie daarmee bezig ?

Hoefkens : “Ik had het liever anders gezien en op dit moment nog voor de vijfde of zesde plaats willen strijden. Maar we kunnen nog een mooie terugronde neerzetten, wij moeten geen schrik hebben van Anderlecht of Club Brugge. Wij kunnen in principe overal de drie punten meenemen.”

Cavens : “Als speler kan je tegen die ploegen toch iets extra’s brengen. Er zit veel volk in de tribune – ook scouts -, dan ben je dubbel gemotiveerd.”

En de beker ?

Snoeckx : “Als we Genk kunnen verslaan, komen we in de halve finale uit tegen Lokeren en dan is alles mogelijk. Maar je weet dat Genk een moeilijke wedstrijd wordt.”

Bij Lierse hadden jullie de traditie om bij de viering van de landstitel of de beker iets met jullie haar uit te spoken. Al plannen voor eventuele bekerwinst met GBA ?

Hoefkens : “Samen met de supporters hebben we al bepaalde ideetjes in het hoofd, ja. Maar eigenlijk is het veel te vroeg om daar al mee bezig zijn, laat ons eerst maar tegen Genk winnen.”

Jullie delen alledrie een succesvol verleden in het shirt van Lierse. Voelen jullie nog een band met die club ?

Cavens : “Ik wel. Mijn zus houdt een supporterscafé in Lier en daar zit ik geregeld. Ik vind het trouwens logisch dat je een soort van dankbaarheid koestert voor de club die je een kans heeft geboden.”

Snoeckx : “Ik heb niet echt meer een band met Lierse…”

( Cavens onderbreekt hem door naar zijn arm te wijzen, ten teken van de kapiteinsband, een rel waarvoor Snoeckx door Emilio Ferrera naar de B-kern verbannen werd en uiteindelijk ook de club verliet.)

Snoeckx ( nog grinnikend) : “Ach, ik heb er mooie tijden beleefd en heb veel te danken aan die ploeg, maar nu telt voor mij enkel Germinal Beerschot.”

Hoefkens : “Voor mij ligt dat thema zeer moeilijk. Ik heb er op een pijnlijke wijze afscheid genomen, de club liet uitschijnen dat het mijn fout was dat ik vertrok. Toen ik met Lommel voor het eerst weer op het Lisp speelde, riep het hele stadion schandalige dingen over mijn vrouw. Dat heeft veel kapotgemaakt. Al blijf ik veel respect koesteren voor Marcel Vets en andere jeugdtrainers van Lierse.”

De ooit zo geroemde jeugdwerking van Lierse lijkt wel wat stilgevallen, Stein Huysegems was de laatste grote doorbraak.

Hoefkens : “Ik denk dat de jeugdwerking nog steeds op niveau is, maar je moet natuurlijk steun krijgen van hogerhand. En het Liersebestuur heeft blijkbaar voor een andere koers gekozen, met meer inbreng van buitenaf. Het jaar dat we met Lierse kampioen werden, telden we twaalf eigen jeugdspelers in de kern. Terwijl Lierse nu in de rechterkolom staat met vooral buitenlanders in de ploeg. Wij bewezen dat je met eigen jeugd ook resultaten kan behalen in de Belgische competitie.”

Wat maakte die Lierse jeugdopleiding, waarvan jullie een product zijn, zo succesrijk ?

Snoeckx : “Er liepen verschillende goede jeugdtrainers rond. Lierse haalde ook altijd de betere elementen weg bij de naburige ploegen. Daarbij hanteerden ze bepaalde criteria, zoals : fysiek sterk, groot, mentaliteit en technische onderlegdheid. Kijk naar Carl en Jurgen. Ook Kurt Van Dooren behoorde tot die lichting. Ikzelf maakte deel uit van een talentrijke lichting met Bob Peeters, Dirk Huysmans en Mario Verheyen. Hoewel wij individueel misschien minder technisch waren, konden wij bij de jeugd gemakkelijk wedijveren met Anderlecht.”

Cavens : “Wij wonnen soms met 4-0 of 7-0 tegen Anderlecht, zo sterk waren we. We hebben zelfs eens allemaal bewust op een andere positie moeten spelen en toch nog 3-0 gewonnen.”

Hoefkens : “Wij trainden al mee met de eerste ploeg vanaf ons 15 jaar. Dan kijk je echt op naar de ervaren mannen, toen waren dat Kjetil Rekdal en Eddy Snelders. Dat was : balletje afpakken en een paske van twee meter op Snelders.”

Snoeckx : “Dat respect werd gecreëerd door de oudere mannen, zij tolereerden niet dat de jonge gasten tamtam gingen maken. Als zij vroegen om je schoenen te kuisen, dan deed je dat.”

Proberen jullie nu de jongeren bij GBA een beetje te begeleiden ?

Snoeckx : “De jongens van 19 jaar nu willen elke week spelen en vinden van zichzelf dat ze dat ook verdienen. Terwijl wij vroeger al blij waren als we bij de kern hoorden. Ik herinner mij dat ik eens zes wedstrijden achtereen mocht meedoen bij Lierse, ik scoorde drie keer, maar voor de bekerwedstrijd lag ik zonder pardon uit de ploeg. Ik accepteerde dat.”

Cavens : “Wij durfden vroeger misschien iets te weinig te zeggen.”

Wie waren bij Lierse de dominante spelers in de groep ?

Cavens : ” Stanley Menzo.”

Hoefkens : “Maar neen, jong ! Dat is al een pak later, toen waren we geen broekjes meer, hé.”

Cavens : ” Kjetil Rekdal ! Stan Van Den Buys !”

Snoeckx : “Rekdal was ook al in mijn beginperiode de dominante figuur. Op het veld kon ik absoluut niet overweg met hem, maar daarbuiten deden wij alles samen. Dat is achteraf ook gebleken toen ik op zijn vraag in Noorwegen ging spelen. Maar op het veld… ( Blaast.) Rekdal zei eens tegen mij : ‘ Do you like to gamble ? If not, than just pass the ball to me.'”

Hoefkens : “Als je Rekdal oversloeg en een lange bal verstuurde, werd hij volledig gek. Hij wilde altijd de bal in de voeten. Bij Erik Gerets was het ook altijd oppassen geblazen. ’s Ochtends na de wedstrijd lag hij dikwijls languit op de bank en als je dan niet super gespeeld had de dag voordien, had je soms schrik om hem een hand te gaan geven.”

Was hij de beste trainer die jullie hebben gekend ?

Cavens : “Van elke trainer steek je wel iets op. Maar onder Gerets was de beleving in de kleedkamer enorm. De groep klitte aan elkaar, dat heb ik sindsdien nooit meer meegemaakt.”

Snoeckx : “Hoewel we toen af en toe ook serieus in de clinch gingen met elkaar. In een groep die goed aan elkaar hangt, moet dat kunnen. Nu pakken wij Jurgen soms ook nog eens hard aan, achteraf lachen we daarmee. Jurgen moet je meer dan eens wakker schudden ( lachje).”

Tot slot, jullie hebben buiten een verleden bij Lierse nog iets gemeenschappelijk : het vaderschap.

Hoefkens : “Ik denk zelfs dat wij, samen met Daniel Cruz, de enige vaders in de kern van GBA zijn. Het maakt je wel rustiger, vooral buiten het veld. Wanneer je tegenslag kent, kan je dat makkelijker relativeren.”

Cavens : “Mijn zoontje is een maand ouder dan de kleine van Carl, we praten vaak over de evolutie die ze maken.”

Mogen het voetballers worden ?

Cavens : “Hij is al bezig.”

Hoefkens : “En nu al beter dan zijn vader ( lacht).”

Cavens : “Dat is waar, zijn rechtse is ongelooflijk ( lacht).”

Matthias Stockmans

‘Bij de jeugd van Lierse speelden we eens allemaal bewust op een andere positie en nog wonnen we met 3-0.’ (Jurgen Cavens)

‘Kjetil Rekdal zei mij eens : Do you like to gamble ? If not, than just pass the ball to me.’ (Karel Snoeckx)

‘Toen we met Lierse kampioen werden, telden we twaalf eigen jeugdspelers in de kern.’ (Carl Hoefkens)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content