Peter t'Kint
Peter t'Kint Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

Een beloning, maar ook een nieuwe uitdaging. Zo ziet aanvoerder Josip Skoko het Europese avontuur van RC Genk. Maar het transferbeleid van de club ? ‘Dat had iets gerichter gemogen.’

In tempore non suspecto afgesproken met Josip Skoko om hem een dag te volgen, belanden we in Genk op een moment dat trainer Sef Vergoossen rust heeft ingebouwd. Aanleiding is dat een tiental spelers weg zijn met hun nationale ploeg.

08.00 uur

Het is acht uur als ten huize Skoko de wekker afloopt. De Australiër met Kroatische roots woont in het centrum van de stad, op een paar minuten rijden van het Feniksstadion. Tijd genoeg om te ontbijten dus. “We hebben nog geen kinderen, dat maakt dat het ’s ochtends allemaal wat rustiger verloopt.” Om kwart voor negen stapt hij in de auto. “Om negen uur moeten we op de club zijn, dat haal ik makkelijk.”

Om tien uur begint de training. Eerst een opwarming, met veel gelach en een ontspannen sfeer, daarna een intensieve oefening. Op minder dan een half veld moeten de spelers zestien keer gedurende 25 seconden één tegen één spelen. De speler in balbezit moet door één van de vier met kegels afgezette poortjes en dan proberen te scoren in één van de twee doelen. Zijn rechtstreekse tegenstander moet hem de bal afhandig maken. Wie scoort blijft in balbezit, de ander moet verdedigen. Per sessie zijn er twee of drie koppeltjes bezig, zodat ook de twee keepers alert moeten zijn, want uit alle hoeken worden zij onder vuur genomen. Twee drinkpauzes brengen verpozing, want veel tijd om te recupereren krijgen de spelers niet. Pierre Denier houdt de tijd in de gaten, Jos Daerden moedigt aan, maar bestraft ook als Roumani zich van wat veel trekwerk bedient. Sef Vergoossen houdt het wat stilzwijgender in de gaten. Guy Martens geeft de doelmannen aanwijzingen.

Skoko : “Dodelijke sessies zijn het, al duren ze maar 25 seconden. Dit zijn oefeningen die we doen als er geen wedstrijden op het programma staan, wellicht was dit dus de laatste keer.” Hij grijnst, want echt houden van dit werk doen de spelers niet bepaald. “Het is interessant, beter dan spurtjes trekken of gewoon lopen. Je leert afwerken onder druk, duels aangaan, winnen, je moet nadenken, anticiperen, proberen slimmer te zijn dan de tegenstander. Geen bal weggeven en scoren wanneer je op doel schiet. Het is vooral goed voor je fysiek, denk ik, vergelijkbaar met het einde van een wedstrijd. Ook dan moet je ondanks de vermoeidheid geconcentreerd blijven.”

Om twaalf uur mag de bende na lang stretchen naar binnen. Een half uur later worden ze in de zuidhoek van de tribune verwacht om te eten. Eén uur is het als Skoko tijd heeft om terug te blikken op de Genkse seizoensstart.

13.00 uur

Is de start mislukt ? Josip Skoko : “Ach, lichtjes teleurstellend : zo zou ik het liever omschrijven. De eerste wedstrijd ging thuis verloren omdat we slechts een half uurtje goed speelden en enkele fatale fouten maakten. Op Antwerp, waar we wonnen, voetbalden we uitstekend, net als in Moeskroen, waar we hadden moeten winnen. Als we daar die voorsprong niet uit handen hadden gegeven, zat hier een gelukkig man, zeker omdat we nu twee keer thuis mogen spelen. Het is allemaal niet zo slecht, maar op het einde van een wedstrijd hebben we probleempjes : we slikken te veel doelpunten.”

Dat laatste heeft te maken met de wijzigingen in de verdediging, denkt hij. “Een andere rechtsachter, een andere centrale verdediger. In sommige wedstrijden deden ze het goed, in andere hadden ze wat problemen. Dat lijkt mij normaal. Ik denk dat er wat meer concentratie nodig is, bij iedereen, want het is niet alleen hun schuld dat we de grip op de wedstrijd verliezen.”

Een zaak van concentratie, maar ook een zaak van opstelling en onderlinge dekking. “Daar moet echt aan gewerkt worden. Zestig, zeventig minuten spelen we goed, en dan is er angst en vermoeidheid. Dan verdwijnt het korte spel en kiezen we voor lange ballen, of gaan we veel te snel op doel af. De ballen zijn dan vaak moeilijk bij te houden door de spitsen, je kan niet opschuiven en de hele ploeg komt direct weer onder druk te staan.”

Bovendien is er een ander probleem, waar Genk vorig seizoen ook al mee worstelde : met twee centrale middenvelders staat het daar vaak tegen een overmacht. “Klopt”, zegt Skoko. “De enige manier om daar uit te komen, is heel compact te spelen. Op dit moment hebben ze daar centraal achterin, met de komst van Soley, wat problemen mee en dat zal niet opgelost raken tot ze elkaar goed kennen, vrees ik. Als ze wat te ver achteruit kruipen, beginnen de problemen op het middenveld. Maar ik denk wel dat hij over de mogelijkheden beschikt om rustig uit te voetballen.”

Genk is een ploeg van vaste koppeltjes en als er daarvan twee niet draaien – centraal achterin of op de rechterflank met Vanbeuren en Beslija – komt er zand in het raderwerk. Skoko : “Dat zie je duidelijk op links : Roumani en Daerden zijn helemaal op elkaar ingespeeld. Aan de rechterkant is dat niet het geval. Als er iets duidelijk is, dan dat Genk zijn spel meer moet variëren : een keer links aanvallen, een keer rechts, een andere keer de bal bevriezen en dan verrassen. Ook op het einde van vorig seizoen begonnen we voorspelbaar te worden, vind ik, toen al kregen we het moeilijker.”

De meeste ploegen, zeker in België, kennen Genk inmiddels. “En de buitenlandse zullen het ook wel snel lezen. Daar moeten we ons tegen wapenen. De vrije man achterin is er vaak, die moet dan maar mee doorschuiven naar het middenveld.” Zaak zal zijn om eventuele nederlagen in de Champions League niet te laten doorwerken op de nationale competitie. “Het zelfvertrouwen zal er niet onder mogen lijden. Van drukbijgewoonde Europese wedstrijden gaan we misschien naar competitiematchen met weinig volk en een heel andere sfeer. Het is een uitdaging om daarmee om te leren gaan.”

14.00 uur

In colonne vertrekt de groep naar de kartinghal in Eisden. Voetballers rijden sowieso al snel, voetballers in groep nog sneller. Sommigen hebben duidelijk last van een zware voet en lak aan elk verkeersbord.

Eerste deel van de ontspanning : karting. De groep wordt in twee delen gesplitst. Botsen is verboden, elkaar hinderen ook. Takayuki Suzuki doet zijn naam géén en zijn land wél alle eer aan. De twee Kevins (Vanbeuren en Vandenbergh) zijn de meesters van de piste. Vooraf even naar de rondetijden van de ervaren karters gepolst bij de uitbater : onder de vijftig seconden. De beide Kevins duiken vlot onder de 49 seconden, met de kleine Vandenbergh, ook ’s ochtends op het veld al een luidruchtig baasje, uiteindelijk als snelste. Aanvalsdrift, gekoppeld aan weinig kilo’s. Skoko plaatst zich, zoals op het voetbalterrein, in het middenveld.

“Waar dit goed voor is ? Voor de teambuilding, da’s duidelijk. Maandag en dinsdag hebben we twee keer getraind, heel hard zelfs. Het is misschien wat veel om hetzelfde nog eens op donderdag en vrijdag te doen. Het is leuk, we hebben ook veel plezier samen op zulke uitstapjes. Je groeit als groep toch wat dichter naar elkaar toe.”

Eens de Champions League van start is gegaan, zal er geen tijd meer voor zijn, beseft Josip Skoko. Met een thuiswedstrijd tegen AEK Athene begint het. “Ik geloof dat we dit één keer in ons leven zullen meemaken. Het is een droom ! Stilaan sijpelt het besef door dat we ook nog eens tegen die jongens moeten voétballen. En dat zal niet makkelijk worden, dat bewees de match in Praag. Dat we daar haast verzopen lijkt mij normaal, gezien het gebrek aan ervaring in deze ploeg. Hoe wil je dat zulke jongens de boel onder controle houden ?”

Welke lessen konden ze toch trekken uit die wedstrijd ? “Dat we onder alle omstandigheden kunnen scoren. En dat we ook zo’n team, dat op papier sterker is, kunnen domineren, vooral in de thuiswedstrijden. Wie hier komt, zal aangevallen worden en problemen kennen. Ik weet uit ervaring dat het moeilijk spelen is in een team waarvan iedereen zich afvraagt hoe het een goal gaat maken. Wij hebben daar de spelers voor, dat moet ons vertrouwen geven.”

Wat moet er tegen Athene ? “We willen winnen, maar het is geen zaak van moeten, vind ik. Ook al is Athene op papier misschien de zwakste tegenstander en is dit de wedstrijd waarin we punten zouden moeten pakken.” Daarna komen de grote kanonnen : AS Roma en Real Madrid. “Ik speelde met Hajduk tegen Fiorentina. Thuis konden we niet scoren en bleef het 0-0, ginder verloren we met 2-1. Maar uit waren we minstens de evenknie, thuis ruim beter. Tegen Italianen is misschien iets mogelijk dus, ook al is Roma van topkwaliteit. Real is andere koek, daar kan je volgens mij weinig tegen beginnen. Het zou mooi zijn om met niet té veel goals verschil te verliezen en er verder van te genieten zoveel we kunnen.”

Vreest hij de uitwedstrijden, met in het achterhoofd de rammelingen die Anderlecht te verduren kreeg ? “Dat zit erin, maar ik denk dat het geen schande is. Niks in deze Champions League mag een schande zijn. Hier hebben we hard voor gewerkt en dit is de beloning. Op dat vlak is een zware loting een zegen : iedereen kent deze ploegen en als we verliezen, zelfs al is het zwaar, zal niemand echt teleurgesteld zijn.”

Wanneer vindt Josip Skoko de Champions League een succes ? “Als we goed voetbal brengen en niet te zwaar verliezen. Een ontgoocheling zou zijn om te eindigen zonder punten. Realistisch gezien is een derde plaats het hoogst haalbare. Met een punt of drie, vier kan dat misschien lukken. Een beloning en tegelijk een nieuwe uitdaging, zo wil ik het omschrijven. Een nieuwe kans om Genk op de Europese kaart te zetten. Deze ploeg mogen leiden op het veld, in de mooiste stadions van Europa, dat maakt een mens trots. Ook voor onze supporters is het fantastisch, zij verdienen dit.”

15.00 uur

Meer allure dan met het karten vertoont Takayuki Suzuki bij het bowlen, waar hij met sierlijke bewegingen de kegels omver maait. De Japanner is één van de zes inkomende zomertransfers, maar vooralsnog zijn het versterkingen in de breedte gebleken. Van de nieuwkomers staat alleen Seyfo Soley in de basis. Is Josip Skoko tevreden over het Genkse transferbeleid ? “Misschien hadden we iets gerichter kunnen zijn. We hadden op een paar posities iemand nodig, maar wie kwam is vooral polyvalent. Dat is goed, maar misschien hadden we hier en daar gewoon betere spelers nodig. Misschien hadden ze dat iets beter kunnen doen.”

De groep werd groter, maar de basis is niet sterker geworden ? “Dat bedoel ik. De nieuwelingen zijn goeie spelers, maar zeggen dat die of die is gekomen om dit of dat probleem op te lossen ? Neen, dat is niet gebeurd. Seyfo heeft een positie ingevuld, maar het valt nog af te wachten of hij de man is die we nodig hadden. Tomasic speelde nog niet veel, anderen zullen misschien helemaal niet spelen. Misschien is dit team wel versterkt voor de toekomst, maar voor deze Champions League niet. We zijn niet sterker dan vorig jaar : om nu in Europa te verrassen, hadden we meer nodig.

“Niet vergeten ook : een tweede jaar is altijd lastiger. Je moet een titel verdedigen, en je gaat eens zoveel wedstrijden spelen. De druk zal groter worden en tot dusver is duidelijk gebleken dat we het daar moeilijk mee hebben. Straks is het afgelopen met een basisploeg, dat lijkt me ook evident. Het is onmogelijk om met dezelfde elf alles vol te maken. Wie weet of die veranderingen voor problemen zullen zorgen ?”

Epiloog

’s Avonds volgt als afsluiter van de dag nog een etentje. Er wordt gelachen en gedold aan tafel. De sfeer is goed. Laat Ronaldo maar komen.

door Peter T’Kint

‘Dit Genk mogen leiden in de mooiste stadions van Europa, dat maakt mij trots.’

‘Ik geloof dat we dit maar één keer in ons leven zullen meemaken.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content