Kersvers eersteklasser KV Kortrijk staat voor een belangrijk seizoen. De competitiehervorming, waarbij vier clubs kunnen zakken, komt daarbij wel heel erg ongelegen. Is KVK klaar voor de Jupiler League?

Trainer Hein Vanhaezebrouck staat volgend seizoen voor misschien wel de grootste sportieve uitdaging uit zijn nog prille trainerscarrière. De ex-speler van onder meer Kortrijk, Harelbeke en Lokeren schreef zichzelf de rood-witte geschiedenis in door ‘ de Veekaa‘ een tweede landstitel in zijn bestaan te schenken. Het seizoen 2006-2007 haalden de Kerels de eindronde. Tal van sterkhouders vertrokken na dat knappe seizoen. Verwacht werd dat Vanhaezebrouck opnieuw zou moeten bouwen aan een succesteam. De eerste wedstrijden van het vorige seizoen draaide de ploeg soms vierkant. Er moest noodgedwongen een beroep gedaan worden op talentvolle jeugdspelers die zich uiteindelijk goed profileerden binnen de groep. Die periode beperkte KV Kortrijk de schade. Na de terugkeer van de aartsbelangrijke tandem Provoost – Calvo raasden de rood-witten als een sneltrein door de competitie.

Ruwe diamant

De Kortrijkse oefenmeester heeft een duidelijke opdracht te vervullen. Om die te verwezenlijken, toont KV Kortrijk zich erg gretig op de transfermarkt. Vanhaezebrouck: “Het komende seizoen kunnen er vier teams degraderen, dubbel zo veel als normaal. Dan is het normaal dat je als promovendus bij de degradatiekandidaten gerekend wordt. We moeten onze sportieve ambities dus bijsturen. Zelfs de eindronde moeten we vermijden. Daarbovenop wil ik goed en offensief voetbal brengen. Kamperen voor het eigen strafschopgebied is niet aan mij besteed. De supporters steunen hun ploeg trouw dus is spektakelwaarde in ruil niet misplaatst.”

De contractverlengingen van de meeste spelers werden afgerond. De jongens waarmee de club verder wou gaan in de Jupiler League hebben bijgetekend. Daar hoort ook de sterke driemansverdediging van vorig seizoen bij. Hoewel Brecht Verbrugghe gelinkt werd aan buur Roeselare verkoos hij toch een avontuur in eerste klasse bij zijn huidige werkgever. Een goed communicerende verdediging is echter broodnodig, zeker voor een neo-eersteklasser die aanvallend voetbal wil brengen. Daarnaast zit KVK ook met het vertrek van twee steunpilaren. Provoost en Timmermans kenden een ruim aandeel in de behaalde promotie. “Jongens als Provoost en Timmermans zijn moeilijk vervangbaar. Vincent maakte zijn vertrek al kort na de winterstop bekend, Nicolas wachtte tot eind dit seizoen. Een vervanger voor hem hebben we nog niet. Voor Provoost hebben we Belhocine en Guédioura gehaald. Salah Bakour komt na maanden blessureleed ook terug in aanmerking voor die positie.

Op dit moment zoeken we vooral nog versterking voor de rechterflank. Die is sterk onderbemand en smeekt om een rechtsmidden genre Timmermans. Enkel Abdullah Omari, een aanvallende of centrale middenvelder, wordt overgeheveld van de jeugd naar de A-kern. Hij is een ruwe diamant die in alle jeugdreeksen met kop en schouders boven de anderen uitstak. Uit de jeugdwerking kunnen we ook niet veel vers bloed puren. Bijna alle talenten zwierven uit naar clubs in de streek.”

Franse markt

Het vertrek van hoofdscout Eddy Mestdagh naar Zulte Waregem zorgde voor enige wrevel binnen de rood-witte rangen. De gemiste transfer van de Fransman Franck Berrier schoot bij de club in het verkeerde keelgat. Momenteel wordt er werk gemaakt van de uitbreiding van het bestaande scoutingapparaat. “De taken van Mestdagh vallen hoofdzakelijk op de nek van onze algemeen manager Patrick Turcq. Hij, de directie en ikzelf hebben inspraak in de transfers. We proberen ons zo veel mogelijk op interne informatie te baseren. Daaronder versta ik scoutingverslagen van onze eigen mensen en nuttige informatie van vertrouwenspersonen, meestal ex-collega’s. Wanneer er te veel externe factoren aan bod komen, is de kans reëel dat de transfer een flop wordt. Bij de promotie moeten we nu extra opletten. We bevinden ons al in het kransje clubs dat tegen de degradatie zal strijden, de scouting is dus van cruciaal belang. Die moet trouwens helemaal herschikt worden. We speuren volop naar scouts op de arbeidsmarkt. We moeten onze visie verruimen. Tot vorig jaar zochten we Belgische voetballers uit de streek en buitenlandse spelers, hoofdzakelijk van de Franse markt. Die voetballers waren geschikt om mee te draaien aan de top van tweede klasse. Dat volstaat niet meer nu. Daarom lijven we op dit moment enkel Guédioura uit Frankrijk aan, waarvan we vrij zeker weten dat die jongen het niveau aankan. Een eersteklasser met uitsluitend Belgische spelers kunnen wij nooit vormen. We zijn wel genoodzaakt buitenlandse pistes te volgen. Anders zijn de slaagkansen in eerste heel gering.”

Yves Vanderhaeghe

KV Kortrijk ontwikkelde onder Vanhaezebrouck een offensieve manier van voetballen. Dat sloeg bij heel veel supporters aan. De mensen komen naar het voetbal om zich te amuseren, maar Vanhaezebrouck bekijkt alles door een realistische bril. “Natuurlijk zullen we dit seizoen minder dominant voetballen. Toch hoop ik dat we onze aanvallende stijl niet zullen verloochenen. Ik zal alles in het werk stellen om zo offensief mogelijk voor de dag te komen, maar dat gaat uiteraard gepaard met de kwaliteiten van je spelersgroep en de speelwijze van de tegenstander. Ik ga niet uit van een vast systeem. Dat kan ook niet als de transfercarrousel nooit stilstaat. Elke speler heeft specifieke kwaliteiten. Daarom werk ik vanuit vaste principes.

“We gaan voor aanvallend voetbal, maar niet in een vast systeem. Ik probeer het beste uit mijn groep naar boven te halen. Een trainer wordt geacht zijn spelers beter te maken. Toen ik in Xavier Chen de kwaliteiten van een rechtsmidden zag, terwijl die heel zijn leven al rechtsback speelde, schrok hij. Idem voor Vermast. Jo was een linkerflankspeler en ik posteerde hem achter de spitsen. Een totaal nieuwe positie waarin hij een transfer naar Nederland versierde. Wie als trainer geen spelers beter kan maken, beoefent de verkeerde job. Ikzelf probeer mijn spelers klaar te stomen zodat ze bij een eventuele transfer verschillende spelsystemen en posities aankunnen.”

Met Yves Vanderhaeghe komt er volgend jaar een monument uit het Belgische voetbal in de Kortrijkse trainersstaf terecht. Vanhaezebrouck: “Yves bezit de kwaliteiten en de gedrevenheid om de groep iets bij te brengen. Ik sta volledig open voor zijn visie en vernieuwende inbreng. Ik neem hem er niet als meeloper bij.”

Verdeel en heers

Joseph Allijns is de Kortrijkse voorzitter sinds 2001. Allijns runt een advocatenkantoor in het centrum van Wevelgem. Toen de club in dat fameuze jaar met het faillissement te maken kreeg, moest hij op vraag van wijlen Boudewijn Braem het zinkende schip van de ondergang proberen te redden. Daarbij hoorde ook het redden van het stamnummer 19. Allijns sprong in de bres voor de club en redde het stamnummer. Het respect dat hij binnen de club verwierf, groeide met de minuut tot men hem voorstelde voorzitter van het nieuwe KV Kortrijk te worden.

Budgettair verandert er volgend seizoen wel wat bij de West-Vlaamse club. Het budget wordt fors opgetrokken om als een volwaardige eersteklasser mee te draaien. Allijns: “De inkomsten uit ticketing en abonnementenverkoop zijn een eerste pijler van het budget. Daarnaast heeft de club nog commerciële inkomsten: de boarding, catering, merchandising en business seats. Uit ervaring weten we dat we de club daarmee gezond kunnen houden.”

Binnenkort wordt het boekhoudkundig jaar van de club afgesloten. De resultaten boezemen de voorzitter allerminst angst in. “We werken als een handelsvennootschap. Dat wil zeggen dat we een transparante boekhouding kunnen voorleggen. Heel weinig clubs doen dat. Bij een handelsvennootschap heerst het principe dat je eigen kapitaal groter moet zijn dan het vreemd kapitaal. Bij financieel gevaar wordt ook meteen opgetreden.”

De voetbalclub heeft ook een huurovereenkomst met de stad. In dat akkoord staat dat de stad renovaties uitvoert conform de vereisten van de reeks. In eerste klasse moeten er minstens 5000 zitjes in het stadion aanwezig zijn. Vandaar de bouw van een nieuwe tribune. “Wij kunnen op dit moment onmogelijk met eigen middelen werken in het stadion uitvoeren. Trouwens het Guldensporenstadion is nog steeds eigendom van de stad. Als iemand een woning huurt, zal die persoon er toch ook geen stuk bijbouwen uit eigen zak. Geen enkele club in eerste klasse kan een volledig stadion met eigen middelen financieren. Of misschien de topclubs, maar dat betwijfel ik sterk. Club Brugge kreeg ook financiële steun van de stad en de Vlaamse overheid. Voor de trainingen zouden we graag uitwijken naar het trainingscentrum Wembley. We moeten professioneel vooruit. Ons huidige oefenveld voldoet niet aan die eisen. Maar binnen de stad is er sprake van een verdeel-en-heerspolitiek. De stad beschikt over veel sportieve verenigingen, dus is het zaak om voor iedereen goed te doen. Voor de perszaal komt er een nieuwe locatie. De zuidkant van het stadion is daarvoor het meest geschikt. De werken zullen afgerond worden tegen het begin van de competitie.”

Vasco

Qua sponsoring verloor de club haar hoofdsponsor Franklin Sleuyter. Ondertussen liet KVK er geen gras over groeien en sleepte het Vasco binnen als hoofdsponsor. Over de moeilijk leefbare regio Zuid-West-Vlaanderen wil Allijns niet weten. “Vasco is een Brussels bedrijf. Elke club hoeft niet per se in dezelfde vijver te willen vissen. De sterke economische nijverheid is niet bepaald een minpunt. Ik heb zeker niet het gevoel dat sommige clubs hieronder lijden. Naast Vasco sleepten we ook nog contracten met Novy en Forum Invest in de wacht. Die bedrijven fungeren dan als shirtsponsor. Er zijn zoveel sponsors vandaag de dag. De boarding rondom het veld is volledig omgeven met andere geldschieters. Kunnen we dan spreken van een moeilijk leefbare regio? Ik blijf erbij dat KV Kortrijk zeker een kans maakt om in de hoogste klasse te blijven. Al wordt het extra moeilijk met die twee bijkomende dalers. Financieel zijn we gezond, we kunnen in misschien wel het meest sfeervolle stadion spelen en we beschikken over een behoorlijk spelerspotentieel”.

Voorzitter Allijns ziet de toekomst van zijn club rooskleurig in. Of hij dat op het eind van volgend seizoen nog vindt, zal dan moeten blijken. S

door kim nolf – beelden jelle vermeersch