‘We hadden het WK kunnen winnen’

© KOEN BAUTERS - GETTY

In Qatar liep hij tegen de muren op, maar in de Ligue 1 is hij bezig met definitief door te breken. Loïs Openda was een weinig opvallende speler, maar in Frankrijk is hij een attractie geworden. Wie weet binnenkort zelfs een heuse sensatie.

Je moet hem op een donderdagavond in januari in de gangen van La Gaillette, het technisch en sportief centrum van Racing Club de Lens, tussen de supporters zien slenteren om echt te begrijpen dat het leven van Loïs Openda (23) sinds kort in een nieuwe dimensie is terechtgekomen. Die van winstgevende spelers die hun tijd verdelen tussen een selfie, een live Twitch voor het tv-kanaal van de club en een avond in het gezelschap van Sport/Voetbalmagazine.

Het is het eerste individuele interview dat hij dit seizoen aan de Belgische pers geeft. In de rij aanschuiven en stilaan wegkwijnen, Loïs Openda kent dat. Het resultaat van jaren op je beurt moeten wachten. Bij onder meer Club Brugge, Vitesse Arnhem en RC Lens kreeg Openda het imago van een speler die in augustus zelden eerste keus is, maar dat nadien wel vaak wordt. Zo iemand die aanvankelijk niet in het oog springt, maar die op de lange termijn wel weet te overtuigen. Voor het eerst doet hij het relaas van het voorbije WK, dat speciaal was omdat het in Qatar werd georganiseerd, maar voor de Rode Duivels slecht afliep. Een gemiste kans die een wrang gevoel nalaat. Helemaal anders dan het foutloze seizoen dat hij bij zijn club meemaakt. Van een grand écart gesproken.

Tijdens het groepsgesprek heeft ook Onana het woord genomen. Hij is een geweldige leider.’ LOÏS OPENDA

Voor we het over de Duivels hebben, moet je ons toch eens iets vertellen over de sfeer die er momenteel bij Lens heerst. Van buitenaf hebben we de indruk dat het wat lijkt op de vibes die er nu al twee jaar bij Union zijn.

Loïs Openda: ‘Ja, dat is geweldig om mee te maken. De voorbije twee seizoenen hadden ze al een erg complete ploeg, maar die had soms wat moeite om het af te maken. Het grote verschil dit seizoen, is dat de club er alles aan gedaan heeft om de middelen uit te trekken om tot het einde te gaan. Je moet de zaken soms wat vanop afstand bekijken om je dat te realiseren. Dan begrijp je dat dit één grote familie is, iedereen, jongeren, anciens, trouwe supporters, nieuwe supporters…

‘Vorig jaar heb ik het seizoen van Union van nabij gevolgd – ik was tenslotte nog een speler van Club Brugge – en dan zie je natuurlijk gelijkenissen. Het zijn twee traditieclubs die een geweldige comeback beleven. Maar eerlijk gezegd denk ik dat ze hier nog een stuk gekker zijn. het stadion is vanaf de eerste speeldag uitverkocht en dat is ook de komende vier maanden nog het geval. Zo’n voetbalkoorts heb ik nooit elders gezien. Zelfs wij, als spelers, moeten opletten met de tickets die we uitdelen. We krijgen er niet zoveel als we zouden willen, gewoon omdat iederéén naar Lens wil komen kijken. Daarom besef ik ook hoeveel geluk ik heb om hier te zijn. En hoe moeilijk het wel niet is om tégen ons te spelen. Het Jan Breydelstadion was al berucht, zeker qua druk zetten op de scheidsrechter. Maar hier is die ambiance iets positiefs. Soms heb je zin om even twee minuten stil te staan en eens goed rond te kijken.’

Loïs Openda: ‘Zo’n voetbalkoorts als hier heb ik nooit elders gezien. Iederéén wil naar Lens komen kijken.'
Loïs Openda: ‘Zo’n voetbalkoorts als hier heb ik nooit elders gezien. Iederéén wil naar Lens komen kijken.’

Het moet niet eenvoudig geweest zijn om van die euforie over te stappen naar de wat bedrukte sfeer bij de Duivels tijdens het WK. Hoe heb jij dat ervaren?

Openda: ‘Tijdens het WK leefde ik in een bubbel. Ik ben daarin gestapt met het idee een groots moment te beleven. Jammer genoeg werd het een mislukking. Maar het blijft een unieke ervaring om dat meegemaakt te hebben met deze groep, met die spelers. Ik heb heel veel geleerd, ook al was het niet allemaal rozengeur en maneschijn. Daarom klopt het ook dat het me goed deed om weer naar Lens terug te keren, om het plezier in het voetballen terug te vinden.’

Had je dat tijdens het WK dan verloren?

Openda: ‘Het is niet zo dat ik het spelplezier helemaal kwijt was. Het is gewoon zo dat als je wedstrijden verliest, je moreel uiteraard niet hetzelfde is als wanneer je de overwinningen en de goals aan elkaar rijgt. Zeker als je een tweederangsrol speelt. Natuurlijk had ik gehoopt dat mijn eerste WK met België anders was verlopen. Ik had graag meer gespeeld, de ploeg kunnen helpen…’

Heb je, achteraf bekeken, het gevoel dat het meer een individuele dan een collectieve ervaring was voor jou?

Openda: ‘Het is altijd wat van beide. We zijn profvoetballers, we willen onszelf altijd tonen, maar wanneer je in een groep terechtkomt met spelers die elkaar al meer dan tien jaar kennen, dan weet je ook wat je rol zal zijn. Ik was de jonge nieuwkomer in een kern die wereldkampioen wilde worden. Dat was hun mindset. Wat ze ook beweren, ik kan je verzekeren dat in die groep een echte winnaarsmentaliteit heerst. Maar daarnaast had ik natuurlijk ook persoonlijke doelen. Ik wilde me tonen voor de ogen van de wereld, ik wilde schitteren. Jammer genoeg is dat anders uitgedraaid.’

Je had nochtans goede punten gescoord bij je debuut in de vriendschappelijke wedstrijd tegen Egypte net voor het WK. Had je toen misschien geen sprankeltje hoop dat je op het laatste moment nog de hiërarchie van de bondscoach zou kunnen omkeren?

Openda: ‘Je gelooft daar altijd in, maar ik ben naar Qatar gegaan om deel uit te maken van deze groep. Ik vermoedde wel dat ik niet direct de eerste viool zou spelen, maar het is wel zo dat ik gedacht had na Egypte om wat minuten te kunnen sprokkelen. Uiteindelijk heb ik alleen het wedstrijdeinde tegen Canada gespeeld. Het is nu zo. Dat zijn keuzes die gemaakt worden en die respecteer ik.’

Tegen Marokko had iedereen verwacht dat je zou invallen, maar het was Charles De Ketelaere die in de plaats van Michy Batshuayi kwam. En tegen Kroatië begon Dries Mertens aan de wedstrijd als nummer 9. Wat vond je van die beslissingen?

Openda: ‘We kregen de opstelling altijd op het laatste moment te horen. De bedoeling van de coach was om heel de groep erbij betrokken te houden. Niettemin denk ik dat de titularissen misschien al iets eerder op de hoogte gebracht werden. In mijn geval ben ik er vrij zeker van dat hij me wel iets in het oor zou komen fluisteren zijn als hij me echt aan een wedstrijd wilde laten beginnen. Hij of Thierry Henry, met wie ik vrij close was. Veel van de boodschappen passeerden via hem. Omdat ik niks hoorde, vermoedde ik wel dat ik niet zou starten tegen Kroatië, dus was ik ook niet ontgoocheld. Bovendien respecteer en bewonder ik het parcours van spelers als Dries Mertens, Romelu Lukaku of Michy Batshuayi. Wanneer het erop aankomt, kunnen zij meer adelbrieven voorleggen dan ik. Het is nu aan mij om te proberen in de toekomst hun plaats in te nemen.’

Zo’n kans als Romelu miste tegen Kroatië, heb ik ook al gemist. Je moet wel dom zijn om hem dat KWALIJK TE NEMEN, ZEKER GEZIEN ZIJN MENTALITEIT.’ LOÏS OPENDA

Ongeacht het resultaat werd de sfeer binnen de groep meermaals in vraag gesteld. Jij was nieuw en hebt het met een frisse blik kunnen bekijken: hing er, zoals werd beweerd, een sfeertje zoals op het einde van een cyclus?

Openda: ‘Daar klopt niks van. Dat is fantasie van journalisten. Ik was daar, ik heb alles gezien en er is nooit ruzie geweest, laat staan vechtpartijen. Maar wanneer je het samenleven van een groep analyseert, moet je ook begrijpen dat als een groep verliest, dat betekent dat er fouten zijn gemaakt. Dus is het logisch dat er verwijten vallen. We zijn winnaars en voetbal is ons leven. Dus balen we uiteraard als we niet winnen. Dus zijn er vanzelfsprekend discussies en terechtwijzingen geweest. En ook een groepsgesprek, voor de match tegen Kroatië. Dat was een mooi moment van transparantie. Anciens als Romelu, Eden, Axel en Jan hebben toen het woord genomen. Maar niet alleen zij. Ook Amadou Onana heeft gesproken, heel mooi zelfs. Hij was enthousiast en verbeten. Amadou is een geweldige leider, want hij is rad van tong en is niet bang om te zeggen waar het op staat. Dat bewijst ook dat er geen twee kliekjes waren, jongeren en anciens, maar één groep die samen vooruit wilde komen.’

Loïs Openda in actie op het WK tegen Canada: ‘In Qatar wilde ik schitteren. Helaas is dat anders uitgedraaid.’
Loïs Openda in actie op het WK tegen Canada: ‘In Qatar wilde ik schitteren. Helaas is dat anders uitgedraaid.’ © Belga Image

Wat ontbrak er dan?

Openda: ‘Een doelpuntje, da’s al. Ik zal zelfs nog meer zeggen: we hadden dit WK kunnen winnen, want de mentaliteit was positief tot op het einde. Zoiets beweren is geen kwestie van arrogantie, het is gewoon dat niemand zich kan indenken wat er zou gebeurd zijn als we door de poulefase waren geraakt. Vanop de bank kan ik alleszins zeggen dat ik voelde dat met één goaltje tegen Kroatië de geschiedenis er heel anders had kunnen uitzien. Want een zege had alles bevestigd wat we intern gezegd hadden. Dat zou een nieuwe start betekend hebben. Maar het is op het nippertje niet gelukt. Het is nu eenmaal zo, we moeten daarmee leven.

‘Ik kan je wel verzekeren: als we gewonnen hadden tegen Kroatië, dan had niemand nog een verkeerd woord gezegd over de sfeer in de kleedkamer. Alleen resultaten kunnen voor rust zorgen. Over anderhalf jaar – als alles goed gaat – kunnen we de schande van het WK wegwissen op het Europees kampioenschap. Ik hoop uit de grond van mijn hart dat de groep voor Duitsland dan nog grotendeels dezelfde zal zijn als die voor Qatar. Want ik kan je verzekeren dat daar nog genoeg kwaliteit in zit om mooie dingen te verwezenlijken.’

Over dat groepsgesprek voor de match tegen Kroatië is al veel geschreven. Maar wat is er nadien nog gezegd?

Openda: ‘Er heerste een complete stilte. Alsof niemand kon geloven wat er zonet gebeurd was. We geloofden er zo sterk in! En we kregen bovendien zoveel kansen. Het is niet gelukt, dat gebeurt, maar het is hard. Triestig eigenlijk. En dat is nogmaals een bewijs hoe sterk de groep aan elkaar hangt, want iedereen vond het vreselijk om uit elkaar te moeten gaan, sommigen misschien voorgoed. We wisten allemaal dat het de laatste wedstrijd van de bondscoach was. Een coach die vertrekt, dat is altijd een bladzijde die wordt omgeslagen.’

Jullie waren dus voor de wedstrijd tegen Kroatië al op de hoogte van het vertrek van Roberto Martínez?

Openda: (denkt na) ‘Euh, ja… Ik had het enkele dagen daarvoor gehoord. Ze zeiden me dat het erop zat voor hem. Er is niet echt een mededeling geweest tegenover gans de groep, maar hier en daar ging het gerucht dat het zeker zijn laatste match was. Ik denk dat hij die boodschap meegegeven heeft met bepaalde sleutelspelers van de ploeg, die het dan voortverteld hebben. Hij wilde niet dat het naar buiten toe zou uitlekken. Eigenlijk was het triest nieuws. Het raakte me echt, ik vond het zo spijtig voor hem. Zijn bedoeling was hoogstwaarschijnlijk om ons een extra reden te geven om te vechten als leeuwen. Hij stuurde er bewust op aan dat wij op de hoogte waren. Hij wilde dat we in schoonheid zouden eindigen. Nu wou natuurlijk niemand dat het zo afliep. Hij was een erg belangrijke coach voor deze generatie en persoonlijk geloof ik dat hij ook voor mij heel belangrijk was.’

Kevin praat veel en heeft een natuurlijke aura. Hij heeft alles om deze ploeg te dragen.’ LOÏS OPENDA

Dat is een vaststelling die we vaak horen wanneer het gaat over het WK en de uitschakeling in de poulefase. Maar dat kan ook de indruk wekken dat er niks in vraag werd gesteld. Net zoals velen van jullie vroegen om Thierry Henry tot opvolger van Martínez te benoemen. Gebeurde ook dat met de bedoeling om de eenheid te bewaren?

Openda: ‘Het is toch niet omdat we zeiden dat Thierry Henry een goeie bondscoach zou zijn dat we geen verandering willen? Ik geloof alleszins dat er in mindere of meerdere mate echt wel nood is aan iets nieuws. Maar je moet niet denken dat Henry, als hij het zou worden (dit interview vond plaats op 19 januari, nog voor er sprake was van Domenico Tedesco, nvdr), zomaar dezelfde keuzes zou maken als Roberto Martínez. ’

Vind jij het kunnen dat men er openlijk voor uitkomt dat de leiders van de kleedkamer – Thibaut Courtois, Romelu Lukaku en Kevin De Bruyne – iets te zeggen hebben over de keuze voor de nieuwe bondscoach?

Openda: ‘Ik denk dat dat overal het geval is. Wat hier anders is, is dat men er open over is. Dat is een vorm van transparantie. Het is echt niet onlogisch dat men de oudste anciens om hun mening vraagt.’

Na het mislukte WK was de verwachting dat meerdere spelers hun afscheid van de nationale ploeg zouden aankondigen. Tot op heden heeft alleen Eden Hazard dat publiekelijk gedaan. Verrast dat jou?

Openda: ‘Om te beginnen moet ik iets zeggen over Eden. Want het is echt spijtig om dat te horen. Voor hij het in de media bekendmaakte, heeft hij ons een berichtje gestuurd in de WhatsAppgroep van de ploeg. In Qatar heeft hij daar niks over gezegd. Toch niet aan mij in elk geval. Maar het is zo jammer om een speler van zijn kaliber te zien stoppen. Ik kan je in elk geval verzekeren dat hij tot op het einde alles gedaan heeft voor de ploeg.’

Dat hij zijn interlandcarrière afsluit met een invalbeurt in minuut 87 tegen Kroatië, doet alle supporters van de Rode Duivels pijn aan het hart. Weet jij waarom hij die wedstrijd niet van bij het begin gespeeld heeft?

Openda: ‘Eerlijk gezegd niet, neen. Ik weet niet wat hij naast mij op de bank deed. Het was een verrassing toen de basiself werd bekendgemaakt… Die wedstrijd was trouwens vreselijk voor iedereen, niemand houdt daar een goede herinnering aan over.’

Als aanvaller kunnen we ons voorstellen dat jij graag in de schoenen van Lukaku gestaan had om die bal over de lijn te duwen?

Openda: ‘Nee, zo denk ik niet. Als aanvaller weet ik vooral wat hij doorgemaakt heeft. Uiteraard had ik die wedstrijd willen spelen, dat is normaal. Maar ik weet ook hoe moeilijk die positie is. De kans die Romelu miste, heb ik ook al gemist. Vorige week tegen Auxerre. Je moet wel dom zijn om Romelu dat kwalijk te nemen, zeker gezien zijn mentaliteit. Degene die het ergst ontgoocheld was – en dat is nog een zwak woord – dat was hijzelf. Als we die wedstrijd opnieuw spelen, maakt Romelu misschien zes goals. Maar dat is de tragiek van voetbal. Achteraf kun je er niks meer aan veranderen.’

Degene die achteraf de meeste kritiek kreeg, was degene van wie het meest werd verwacht: Kevin De Bruyne. Is het frustrerend om met een van de beste voetballers ter wereld samen te spelen en hem dan niet op zijn beste niveau te zien presteren?

Openda: ‘Wie ben ik om daar iets over te zeggen? Ik heb twee keer een stuk van een wedstrijd met hem samengespeeld. Maar zelfs trainen met hem was al een plezier. We stonden vaak samen in trainingswedstrijdjes en ik kan je zeggen dat hij echt de beste is om ons kleine tips te geven. Hij heeft heel veel aandacht voor anderen. Je zou kunnen denken dat hij wat timide is of zo, maar hij praat veel en heeft een natuurlijke aura. Hij heeft alles om deze ploeg te dragen.’

‘Denken ze soms dat die 37 goals gewoon geluk was?’

Vanop een afstand hebben we soms de indruk dat je tot het soort spelers behoort dat altijd wat meer moeite moet doen om de mensen te begeesteren. Voor je naar Lens ging zeiden ze: ‘Oké, hij scoort vlot, maar het is in Nederland en iedereen maakt daar gemakkelijk goals.’ Heeft je dat dwars gezeten?

Openda: ‘Ik heb 37 goals gemaakt in twee seizoenen bij Vitesse. Denken de mensen misschien dat dat gewoon een kwestie van geluk was? Ik ben altijd al een speler geweest die niks cadeau kreeg. Dat was al bij de jeugd van Standard zo. We waren met twee spitsen, ik en een grote sterke. In het begin speelde die grote sterke natuurlijk altijd. Maar beetje bij beetje kwam ik toch in de ploeg. Uiteindelijk maakte ik 80 goals in twee seizoenen… Dat is zo’n beetje mijn verhaal. Ik heb altijd moeten knokken voor mijn plaats. Op den duur ziet iedereen wel wat ik waard ben. Dat was overal zo, behalve in Brugge. Daar heb ik twee jaar mijn stinkende best gedaan voor wat speeltijd, zonder succes. Maar uiteindelijk verkies ik mijn situatie boven die van een speler die alles op een schoteltje gekregen heeft, zeker weten. Want op de lange termijn worden dat zelden winnaars.’

Er waren er ook weinigen die je zagen slagen in Lens. Zat je daarmee?

Openda: ‘Ik kreeg vooral vaak te horen dat ik niet geschikt was voor ‘het spel van de Ligue 1’. Ik heb er geen flauw benul van of ik geschikt ben voor ‘het spel van de Ligue 1, het Calcio of de Premier League’. Maar wat ik ondertussen wel weet is dat ik de mentaliteit heb om overal te slagen. En waar ik zeker van ben is dat ik altijd zal vechten om doelpunten te maken.’

Precies, we hebben de indruk dat je alleen beoordeeld wordt op je statistieken bij de afwerking. Van zodra je niet scoort, heb je zogezegd slecht gespeeld. Is het niet vermoeiend om uitsluitend daarop beoordeeld te worden?

Openda: ‘In Frankrijk zijn ze genadeloos, zeker in de krant L’Equipe… (lacht) Ze hebben het vaak op mij gemunt, ik weet ook niet waarom. Ik weet zelf wel dat ik kan scoren terwijl ik slecht speel of niet scoren maar toch een goeie wedstrijd spelen. Voor hen lijkt dat onverenigbaar. Uiteraard kan ik ook slecht spelen en niet scoren. Dat is dit seizoen al gebeurd. En dat zal nog gebeuren. Maar goed, kritiek krijgen hoort bij het spelletje.

‘Wat soms wel vervelend is, is dat er journalisten rondlopen die – logischerwijze – de geheimen van de kleedkamer niet kennen. Om een voorbeeld te geven: toen ik mijn hattrick maakte (tegen Toulouse op 28 oktober, nvdr), was ik eigenlijk serieus geblesseerd. Drie dagen eerder liep ik op krukken en de dag voor de match kon ik nog altijd niet lopen. Uiteindelijk heb ik zonder ontstekings-remmers gespeeld en – ik weet niet hoe het mogelijk is – die dag heb ik drie doelpunten gemaakt.’

Loïs Openda

geboren 16/02/2000 Luik

6 caps, 2 doelpunten

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content