Mohamed Messoudi vocht drie seizoenen lang tegen de degradatie in Nederland, maar blaast bij KV Kortrijk zijn carrière nieuw leven in. ‘Wij hebben meer talent dan de meeste clubs en journalisten wel denken.’

De carrière van Mohamed Messoudi – op 7 januari wordt hij 26 – kende een blitsstart. Het jeugdproduct van Germinal Beerschot debuteerde op zijn achttiende onder Franky Van der Elst bij het eerste elftal. Hij werd titularis en won met Germinal Beerschot in 2005 de beker van België. Het jaar nadien verliet hij Germinal Beerschot en tekende hij bij Willem II een contract voor drie seizoenen. In Tilburg streed Messoudi ieder jaar tegen de degradatie, maar de Tricolores konden elke keer het behoud veiligstellen . In zijn tweede seizoen werd hij net geen koning van de assist, hij eindigde tweede na Kenneth Perez. Einde contract bij Willem II, kon hij begin dit seizoen vreemd genoeg amper op interesse rekenen. Uiteindelijk tekende de balvaardige middenvelder bij Kortrijk. Hij kende er een moeizame start: hij herviel twee keer in dezelfde blessure. Eind oktober kreeg hij zijn kans met een invalbeurt tegen KV Mechelen. Het was meteen raak: Messoudi scoorde en stelde de zege voor KV Kortrijk veilig. Hij kreeg steeds meer vertrouwen van Georges Leekens en veroverde uiteindelijk een basisplaats.

Waarom heb je voor Kortrijk gekozen?

Mohamed Messoudi: “Om eerlijk te zijn had ik niet veel opties. Ik heb met NEC aan tafel gezeten maar dat is op niets uitgedraaid. Het is Kortrijk geworden en daar heb ik geen spijt van.”

Moest je weg bij Willem II?

“Ik had de mogelijkheid om te blijven, maar ik moest heel wat inleveren. Trainer Alfons Groenendijk wou mij houden, maar ik kon dat nieuwe contract bij Willem II niet ondertekenen. Ze kampen met financiële problemen en hebben daarom de kern afgeslankt en alle dure contracten weggewerkt. Dat heeft niet geholpen, ze kunnen bijvoorbeeld de huur van het stadion niet meer betalen.”

Is Kortrijk een stap terug?

“Zeker niet, want nu kan ik mij in de kijker spelen. Ik heb maar voor één jaar getekend en zie nadien wel wat er gebeurt. Ik ben er enkel van geschrokken dat zo weinig clubs interesse toonden. In mijn drie seizoenen in Nederland heb ik nochtans veel wedstrijden gespeeld.”

Is het je bedoeling om bij Kortrijk te blijven?

“Ja, ik voel mij hier heel goed. Het is net als de beginjaren bij Germinal Beerschot, toen we in 2005 de beker wonnen: een jonge ploeg en veel enthousiaste spelers, ook een club die een prijs wil pakken. Ik voel mij gewaardeerd.”

Iedereen op de bank

Heeft Georges Leekens een belangrijke rol gespeeld in je keuze voor Kortrijk?

“Ja, want zijn aanwezigheid betekent dat Kortrijk ambitie heeft. In eerste instantie was de ambitie om gewoon in eerste te blijven, maar die moet nu aangepast worden.”

Leekens is een coach met een defensieve aanpak die vanuit de organisatie speelt. Botst dat niet met het type voetballer dat jij bent?

“Elke speler moet op elke positie eerst zijn defensieve taken uitvoeren en daar hamert Leekens op. Langs de andere kant geeft hij heel wat vrijheid aan spelers die een aanvallende taak verrichten. We worden niet in een vakje geduwd in aanvallend opzicht, wel in verdedigend opzicht. Iedereen weet precies wat hij moet doen bij balverlies en dat vind ik belangrijk. Lang de nul kunnen houden is ook een manier om wedstrijden te winnen.”

Hoort Leekens bij de beste trainers in België?

“Zeker en vast. Het is geen trainer die vaak verandert, hij kiest graag voor dezelfde tactiek. Met zijn ervaring krijg je rust op de momenten wanneer dat nodig is. Hij grijpt op tijd in. Dat kan hij als de beste.”

Had je verwacht dat Kortrijk zo hoog zou staan?

“Ik denk dat wij meer talent hebben dan de meeste clubs en journalisten wel denken. Misschien is het ook beter dat iedereen ons blijft onderschatten. We hebben niet de breedste kern, maar alle spelers die een kans krijgen, doen het heel goed. Zo wordt het heel moeilijk voor de trainer om keuzes te maken. Maar beter zo dan dat de trainer te weinig opties heeft.”

Voor een club als Kortrijk hebben jullie meer dan degelijke bankzitters.

“Ja, bij ons maakt iedereen kans om op de bank te zitten. Zeker op het middenveld is er heel wat concurrentie. We zijn met vijf spelers voor twee of drie posities, afhankelijk van het systeem. Vooraan hebben we drie sterke spitsen: Benko, Benteke en Ibou. Daar valt dus altijd iemand uit de boot. Het bestuur van Kortrijk heeft heel goed werk geleverd. Als ze nu het grootste deel van de kern kunnen houden, dan denk ik dat Kortrijk voor een paar jaar zijn plaats in eerste klasse heeft. Daarbovenop komt nog dat er een goede sfeer is bij thuiswedstrijden, dat is heel belangrijk.”

Geen droomcarrière

Hoe spelen jullie juist op dat middenveld?

“In de bekerwedstrijd op Standard speelden we met twee verdedigende middenvelders, Pavlovic en Belhocine, met daarvoor Kums. Ik speelde vanaf links en Capon vanaf rechts. Ik voel mij het best als ik een beetje van positie kan wisselen, dan kan ik mijn loopvermogen tonen. Ik ben niet iemand die op de lijn blijft plakken. Ik hou er wel van te zwerven, net als Kums. Dat lossen we op door goed naar elkaar te kijken en te zien dat bij balverlies de posities bezet zijn en er geen ruimtes open liggen. Dat lukt de laatste weken erg goed.”

Een ander systeem dan bij Willem II, daar speelde je centraal naast Kargbo.

“Ik speelde op een meer teruggetrokken positie naast of iets voor Kargbo met Boutahar op nummer 10. Ik was de man die de aanval moest starten. Bij Kortrijk speel ik zoals ik vroeger bij Germinal Beerschot speelde, iets dichter bij de spitsen. Hierdoor kan ik diep lopen, in de hoeken duiken en kom ik meer voor doel. Dat ligt mij ook wel. Ik kan op het middenveld eigenlijk op alle posities uit de voeten.”

Kan Kortrijk zo goed blijven presteren in de competitie?

“Ik heb de kalender eens bekeken en januari wordt heel belangrijk. We spelen tegen AA Gent, Germinal Beerschot en Standard, dat zijn drie moeilijke wedstrijden. Als we in die wedstrijden punten pakken, kunnen we meestrijden tot het einde.”

Na je periode bij Germinal Beerschot was er interesse van Standard, waarom is die transfer niet doorgegaan?

“Standard was de eerste club die toen geïnteresseerd was. Ik was belofte-international en speelde goed bij Germinal Beerschot. Dosunmu werd topschutter en zeventig procent van die doelpunten scoorde hij op mijn assist. Standard leek een logische keuze, of Gent, want die toonden ook interesse. Maar dat aanbod van Standard was echt onvoldoende. Ik kon er minder verdienen dan bij Germinal Beerschot dus dat was niet interessant op het financiële vlak. Dan ben ik naar Willem II gegaan omdat ze daar met El Hamdaoui en Kargbo een paar goede aankopen hadden gedaan. Het is een keuze die je maakt en dat kan verkeerd uitpakken.”

Je periode bij Willem II was een teleurstelling?

“Qua resultaten wel. Ik vind het ook jammer dat ik daardoor uit beeld ben verdwenen. Zeker in mijn tweede seizoen bij Willem II heb ik goed gespeeld: ik eindigde na Perez als tweede met het meeste assists, en dat met slechts 24 gespeelde wedstrijden.”

Je carrière was eigenlijk goed begonnen, maar werd tot nog toe geen droomcarrière.

“Misschien was ik beter naar Standard gegaan, misschien ook niet. Misschien ben ik in Nederland een betere voetballer geworden dan ik ooit bij Standard geworden zou zijn. Ik wil er niet te lang bij stilstaan, ik ben nog maar 25 en blijf natuurlijk hopen op een mooie transfer.”

Heb je geen spijt dat je nu niet bij Germinal Beerschot zit? Die doen het erg goed dit seizoen.

“Ja, zelfs nog beter dan Kortrijk, maar het budget is dan ook veel groter. Germinal Beerschot is de club van mijn hart en dat zal altijd zo blijven, maar ik moet realistisch zijn. Op mijn positie lopen daar heel wat goede spelers rond, dus ik begrijp dat ze niet geïnteresseerd waren in mij.”

Meer spanning

Is er een verschil tussen de Belgische competitie drie jaar geleden en nu?

“Ik merk dat er heel wat clubs dichter aanleunen bij de top. Er zijn meer verrassingen in de competitie. Iedereen kan van iedereen winnen. Als je vroeger tegen Anderlecht speelde met Din- dane enzovoort, dat was bijna onhaalbaar. Hetzelfde met Club Brugge. De topclubs hebben iets van waarde verloren. Clubs zoals Germinal Beerschot en AA Gent gaan vooruit, dus is er meer spanning bovenaan.”

Was je onder de indruk van een ploeg uit de competitie?

“Anderlecht is denk ik de sterkste ploeg dit seizoen. Als ze met een zestal punten voorsprong kunnen beginnen aan play-off 1 kan alles nog, maar heb je toch die drie bonuspunten. Ik zie Anderlecht wel kampioen worden.”

door jef kerremans

Bij Standard

zou ik minder verdiend hebben dan bij Germinal Beerschot.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content