Ronaldo over de intelligente bal, over spelen met vliegertjes op het terras en over humanitaire missies. Maar vooral : over het WK 2006 in Duitsland.

Eerst wil Ronaldo een misverstand uit de wereld helpen. Laatst gaf hij een interview aan de Spaanse televisie. Maar volgens de Braziliaanse ster werden de verklaringen die hij daarin aflegde, achteraf verkeerd begrepen of geïnterpreteerd. Zo werd Ronaldo ineens in de mond gelegd dat hij aankondigde dat hij na het WK van 2006 in Duitsland afscheid van de Braziliaanse ploeg zou nemen.

Ronaldo : “Ik heb in dat interview alleen gezegd dat ik nu al zo lang voor de nationale ploeg speel en dat het misschien wel eens tijd zou kunnen worden om te beginnen na te denken over stoppen als international. Maar ik heb beslist niet aangekondigd dat ik de Braziliaanse nationale ploeg zou verlaten in 2006. Het is altijd mijn ambitie geweest om voor de nationale ploeg te spelen en te voetballen zolang ik er plezier aan beleef. Ik heb daar nooit een datum of een periode op geplakt. En zolang ik plezier beleef aan voetballen – en dat is nog altijd het geval – blijf ik volledig beschikbaar voor de Braziliaanse ploeg.”

De beste ploeg

Kijk je uit naar het WK van volgend jaar ?

“Enorm. Het WK van 2006 wordt voor Brazilië het WK van de bevestiging. In 1998 verloren we de finale van Frankrijk, in 2002 pakten we de titel. Ik ben bijzonder gemotiveerd voor het nieuwe WK. Ik hoop dat ik Brazilië aan een nieuwe wereldtitel kan helpen.”

Hernan Crespo beweert dat hij blij is dat Brazilië als topfavoriet start en niet Argentinië.

“Dat wil toch allemaal niets zeggen. De favorieten worden niet op maar naast het voetbalveld gekozen en ik heb nog nooit een wedstrijd weten winnen naast het voetbalveld. Brazilië zal op het veld moeten bewijzen dat het de beste ploeg heeft.”

Betreur je het dat je de Confederatiebeker hebt gemist ?

“Het was een bewuste keuze. Ik heb gevochten voor mijn keuze om van een welverdiende vakantie te genieten. Anders zou ik van het ene seizoen in het andere gerold zijn : geen goede zaak in een jaar voor een WK. Voetballers krijgen tegenwoordig geen gelegenheid meer om op adem te komen. Ik moet in Europa twee belangrijke competities spelen : het Spaanse kampioenschap en de Champions League. Er blijft weinig tijd over om daarvan te recupereren.”

Vind je dat de Fifa, de Uefa en de nationale federaties bij de samenstelling van de kalender meer naar de spelers zouden moeten luisteren ?

“Het zou een goede zaak zijn, mocht er eens naar de mening van de spelers worden geluisterd. De voetballers zijn wel de enigen die voor het spektakel zorgen. Het zijn de spelers en de spelers alleen die op het veld staan. We spelen elk weekend en dikwijls twee keer per week. Het zou dus belangrijk zijn om eens te luisteren naar wat wij te zeggen hebben. Helaas gebeurt dat nu niet. De categorie van de profvoetballers is nergens vertegenwoordigd. Niemand luistert naar ons. Als ze de kalender samenstellen, is de gezondheid van de voetballers het laatste waaraan ze denken. Niemand vraagt zich kennelijk af of we wel drie competities in één seizoen aankunnen. Andere zaken zijn zoveel belangrijker.”

Verwacht je veel verrassingen op het WK in Duitsland ? Denk aan Griekenland, dat met een ultradefensieve tactiek Europees kampioen werd.

“Zoiets acht ik op een WK weinig waarschijnlijk. Je krijgt altijd verrassingen in de eerste ronde, met zelfs de uitschakeling van een of ander topteam. Maar uiteindelijk blijven toch altijd de grote ploegen over : Brazilië, Argentinië, Frankrijk, Duitsland, Italië… De Afrikaanse teams zijn gevoelig verbeterd, maar ze moeten nog een lange weg afleggen vooraleer ze als kandidaten op de wereldtitel kunnen worden beschouwd.”

Heb je meer schrik van de Zuid- Amerikaanse ploegen dan van de Europese ?

“We moeten er gewoon tegen elke ploeg staan. Om het even wie de tegenstander is, Brazilië moet altijd van zijn eigen spel uitgaan. De meeste topvoetballers spelen in Europa, we kennen elkaar dus goed. Zuid-Amerikaanse voetballers, en zeker de Argentijnse en de Uruguayaanse, zoeken veel meer het fysieke contact op om hun tegenstander te provoceren. Vaak verliezen ze daarbij zelf hun kalmte en lopen ze tegen een rode kaart aan. Die twee landen zijn echt wel de specialisten van de provocatie.”

Gewone mensen

Hoe sta je tegenover de introductie van nieuwe technologie in het voetbal ? Bijvoorbeeld, oortjes zodat de spelers op het veld naar de raadgevingen van hun trainer kunnen luisteren. Of velden met kunstgras.

“Ik zie geen enkel voordeel in oortjes. Het is vervelend in je oor en het verandert niets aan het voetbal. Meestal bepaalt de kwaliteit van de voetballer de keuzes die op het veld worden gemaakt. Het is niet aan de coach om te zeggen wanneer het goede moment aanbreekt om een initiatief te nemen.

“Tegen velden met kunstgras sta ik zeer sceptisch. Ik heb al vaak op dergelijke velden geoefend – in Italië tijdens de winter, bijvoorbeeld – en de bodem is keihard : enorm belastend voor de spieren. Mogelijk zijn die velden intussen geëvolueerd, hebben ze een grasmat gefabriceerd waarop de schokken beter worden geabsorbeerd zodat de spieren beter beschermd worden. Hoe dan ook verkies ik altijd een natuurlijke grasmat. Zelfs al ligt dat veld er dan erbarmelijk slecht bij, dan nog geef ik daar de voorkeur aan.”

En ‘intelligente’ ballen ?

“Een veel gemakkelijker oplossing, en zeker te overwegen bij twijfel over doelpunten, zou erin bestaan dat er meer scheidsrechters zijn. Bij basketbal staan er minder spelers op het terrein en toch is er meer dan één scheidsrechter. In het voetbal moet de scheidrechter het stellen met zijn twee lijnrechters. Het zou nochtans gemakkelijk zijn om een bijkomende scheidsrechter achter het doel te plaatsen. Dat zou veel problemen oplossen. Een extra scheidsrechter op het veld is minder nodig. Onze scheidsrechters verkeren in een goede conditie en volgen het spel altijd en overal van dichtbij. Wat ze wel kunnen gebruiken, zijn assistenten die dingen zien die ontsnappen aan het oog van de scheidsrechters zelf.”

Onlangs publiceerde een magazine foto’s waarop je op het terras van je appartement in Brazilië met een vliegertje aan het spelen was. Heb je nog wel een privé-leven ?

“Ach, ik ben beroemd sinds ik zestien jaar ben. Ik ben die belangstelling helemaal gewoon. Daar zitten goede én slechte kanten aan. Soms wil je uitgaan en dan is het hinderlijk wanneer je te veel in de belangstelling staat. Maar met kinderen, bejaarden of gewoon beleefde mensen zijn de contacten vaak aangenaam. Alleen weten veel mensen niet hoe ze je op een beschaafde manier moeten benaderen. Dat is soms wel een kwelling. Ze vinden dat wij zo maar alles moeten verdragen omdat we goed betaald worden om te voetballen. Maar er is een grens aan alles. Voetballers zijn ook maar gewone mensen die een normaal leven willen leiden.”

Zijn voetballers al het geld dat ze verdienen, wel waard ?

“Ik zie niet in waarom niet. We trainen hard, we bezorgen heel veel mensen vreugde en geluk. Voetbal is een business waarin miljoenen en miljoenen dollars in omloop zijn. En de spelers zijn de grote sterren van het voetbal. Dus is het logisch dat ze goed betaald worden.”

Fraude en corruptie

Bestaat er in de spelersgroep van Real Madrid afgunst tegenover de Braziliaanse voetballers ? Zie je geen sporen van jaloezie bij iemand als Raúl ?

“Je kunt onmogelijk verwachten dat iedereen even goed met iedereen opschiet binnen een voetbalclub. Maar we hebben bij Real Madrid een goede groep, waarin ieder individu beseft dat de belangen van de club voorrang moeten krijgen. Het is voor voetballers niet verplicht om vrienden te zijn, maar op het veld moeten we wel als een ploeg spelen. Iedereen moet voor iedereen werken. Ik heb nog geen enkel teken van jaloezie tegenover ons gezien. En zeker met Raúl heb ik een goede relatie. Elke speler doet zijn best om Real Madrid aan de overwinning te helpen.”

Wat denk je over de politieke schandalen in Brazilië ?

“Brazilië is een groot en complex land en jammer genoeg woon ik nu ver van daar. Dus ben ik niet goed geplaatst om daar commentaar op te leveren. Ik weet wel dat de Braziliaanse burgers dat allemaal op de voet volgen. Ze zijn op de hoogte van de fraude, van de corruptie. De mensen willen antwoorden en dat is belangrijk. Ook ik wil tot een waardig land behoren.”

Je bent bijna dertig jaar. Hoe voelt dat ?

“De tijd vliegt voorbij. Ik heb de indruk dat ik nog altijd maar 17 jaar ben en dat ik naar mijn eerste WK vertrek. Maar ik voel me op mijn 29ste nog altijd goed. Ik ben nog altijd jong van hart en van geest. Even jong als altijd eigenlijk.” l

BRIAN HOMEWOOD

‘ZOLANG IK PLEZIER BELEEF AAN VOETBALLEN, BLIJF IK BESCHIKBAAR VOOR DE NATIONALE PLOEG.’

‘IK BEN NOG ALTIJD JONG VAN HART EN GEEST, VOEL ME NOG ALTIJD 17 JAAR.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content