Dankzij de stuwende kracht van Peter Maes groeide Lokeren OV uit tot een revelatie. Komend weekend komt Standard naar Daknam. De sterkhouders De Ceulaer, Overmeire en Persoons hebben al een strijdplan klaar. ‘De trainer wil voetbal zien.’

Voor wie er nog mocht aan twijfelen: onder impuls van de veeleisende Peter Maes kent Lokeren OV voorlopig een heel geslaagd parcours. Voorzitter Roger Lambrecht investeerde afgelopen zomer nog eens stevig en installeerde met Jean-Marie Philips en Willy Reynders een nieuwe CEO en sportief directeur, wat leidde tot meer organisatie en structuur naast het veld. Binnen de krijtlijnen vallen vooral de sterke prestaties van Derick Tshimanga, Ivan Leko, Koen Persoons, Killian Overmeire en Benjamin De Ceu-laer op. Tijd om de twee defensieve middenvelders en de scorende diepe spits op te zoeken, om te praten over het hoe en waarom van dit succes.

Honger

Killian Overmeire: “De doorgevoerde schoonmaakactie was broodnodig en zorgde toch voor een zekere opluchting. De voorbije seizoenen stonden vooral in het teken van kommer en kwel. Het dieptepunt was bereikt, alleen een degradatie was nog erger geweest. We hadden echt behoefte aan die frisse wind. De transferpolitiek beviel me, want voor het eerst in jaren werd er uitgegaan van een duidelijke visie. Niet alleen een bepaalde verjongingskuur, maar ook kiezen voor spelers met een Belgische achtergrond, die onze competitie kennen of uit waren op revanche.”

Koen Persoons: “Vorig seizoen was het hier barslecht, hé. Ik wilde ook dichter bij huis voetballen en een club mee uit het dal helpen. Tot nu toe heb ik dan ook geen spijt van mijn keuze.”

Benjamin De Ceulaer: “Ik was in Nederland wat in de vergeethoek geraakt. Met de voorzitter, de sportief directeur en de coach voerde ik interessante gesprekken. Je voelde meteen dat het goed zat, we geraakten snel op dezelfde golflengte. Ik hou wel van een uitdaging.”

Overmeire: “Het kon alleen maar beter gaan, hé. Ik zit nu mijn zevende of achtste seizoen bij de A-kern. Mentaal was het echt bijzonder zwaar, want tot de laatste wedstrijd hadden we geen zekerheid over onze toekomst en ons lot niet meer in eigen handen. Iedereen leefde zodanig mee, de schrik zat er echt in. Dat wilde ik nooit meer meemaken.”

Persoons: “De grote verandering is dat er nu wel een team op het veld staat. Onze ploeg hangt echt wel goed aan elkaar, kliekjes worden sowieso niet toegelaten. Alles gebeurt in functie van het collectief.”

De Ceulaer: “De voedingsbodem zat al goed bij de recrutering van de nieuwkomers. Wij tellen geen vedetten in de kern, maar veel jongens die zich absoluut willen bewijzen. Ook ik hoopte opnieuw mijn stempel te kunnen drukken en te laten zien tot wat ik nog in staat ben. De honger naar succes is groot, want mijn loopbaan heeft zoiets nodig. Het was dus tijd voor een herstart. Ik probeerde die kans met beide handen te grijpen. En ik mag niet klagen. ( lacht) Voorlopig lukt het aardig.”

Overmeire: “Iedereen die erbij kwam, ook de meer onbekende jongens zoals Jérémy Taravel, Mijat Maric en Julien Bailleul, toont gewoon de juiste mentaliteit. Dat bevorderde in positieve zin het groepsgevoel. Het vertaalt zich ook op het veld. Iedereen wil voor elkaar vechten, de steek van een ander wordt met de glimlach opgeraapt. Dat was ook al zo in het begin van het seizoen, toen we begonnen met 6 op 21 en de resultaten niet zo goed waren. Maar de onderlinge sfeer zat altijd perfect, want er werd veel gelachen en plezier gemaakt. Ik had er dan ook alle vertrouwen in dat het zou goed komen: als je van iedereen winnaars maakt, is er veel mogelijk.”

Persoons: “Ik weet uit mijn periode bij KV Mechelen dat je met dat gevoel heel ver kunt geraken en veel bereiken. Wanneer je er blijft voor vechten en je kopje niet laat hangen na een tegenslag, dan weet je dat die betere resultaten vanzelf terugkomen.”

De Ceulaer: “In Nederland werd ik geconfronteerd met een andere spirit. Meer schreeuwen en kafferen op elkaar. Je moet daarmee om kunnen gaan en daaruit leren. Ik merk nu ook van mezelf dat ik meer dan vroeger zelf al roepend probeer het een en ander bij te sturen waar nodig. Het werd een reflex, maar het is zeker niet slecht bedoeld. Iemand wakker schudden of een persoon zonder vertrouwen eens uit de put helpen, het wordt hier probleemloos aanvaard.”

Rechtlijnigheid en vrijheid

Overmeire: “De trainer is op dat gebied ook iemand die daarin de leiding neemt. Hij eist van iedereen elke seconde het maximale, op training en in wedstrijden. Verslapping duldt hij totaal niet, hij wil actie op het scherp van de snee. Honderd procent concentratie en inzet, dat is en blijft zijn doelstelling. In het begin vergt het wat aanpassing, dat geroep, maar na verloop van tijd geraak je het wel gewoon. Het is ook bedoeld als hulpmiddel voor iedereen.”

Persoons: “Toestanden zoals bij Lierse, met vechtpartijen en zo, die zul je bij ons niet tegenkomen.”

De Ceulaer: “Van onze trainer weten we dat hij roept om het rendement van een speler zoveel mogelijk naar omhoog te halen. Van zodra je hem niet meer hoort, dan pas moet je je zorgen maken. Want dat zit er waarschijnlijk iets grondig verkeerd.”

Persoons: “Vooral de jonge gasten krijgen het vaak heel hard te verduren, maar dat moeten ze als pluspunt zien. Want het betekent dat hij sterk gelooft in hun potentieel en hen absoluut beter wil maken. Ze moeten er elke dag met hun gedachten bij zijn, want anders zwaait er wat. Elke bal op training die Tshimanga of Mokulu raken, moet gewoon goed zijn. Bij balverlies krijgen ze de volle lading. Maar de keerzijde is dat ze zich goed ontwikkelen.”

De Ceulaer: “Ze moeten eigenlijk blij zijn dat ze zo worden aangepakt, want het is de reden van hun goede en constante prestaties. Het is misschien hard als leerschool, maar de trainer weet ook heel goed wanneer hij hen een schouderklopje dient te geven.”

Overmeire: “Peter Maes was de ideale man op het juiste moment. We hadden duidelijk nood aan een coach die op het veld met de harde hand regeert, maar daarbuiten de regels niet al te strikt hanteert. ( lacht) Soms speelt hij over de middag tafelvoetbal met Benji. Ik vind het een ideale mix tussen rechtlijnigheid en vrijheid. Een verademing.”

Persoons: “Hij panikeert ook nooit bij minder goede resultaten. Voor de groep herhaalde de coach altijd die boodschap: ‘Jongens, rustig blijven. We gaan niet met tien man achter de bal spelen, maar gewoon de bal opeisen en ons aanvallend spel blijven brengen. ‘ Zijn inschattingsvermogen zat goed.”

De Ceulaer: “Hij wil het publiek amuseren. Dat typeert hem. We trainen daar ook continu op, met veel pass- en trapvormen, oefeningen om goed tussen de lijnen te bewegen. Daar hamert hij echt heel fel op.”

Overmeire: “Op training wordt veel gewerkt met herhaling, ook op de vooracties en looplijnen.”

De Ceulaer: “Het klikt super. De trainer kijkt gewoon niet naar namen. Ook ik stond enkele weken langs de kant, maar ik geraakte weer in de basisploeg door mijn inzet en overgave. Wie hard werkt, wordt beloond.”

Overmeire: “Iedereen wordt gewoon meegenomen in die overwinningsroes. Dat zie je ook aan de invallers die heel gretig hun kans grijpen en zich gemakkelijk aanpassen.”

Persoons: “Ivan Leko werd geprikkeld en is sindsdien niet meer uit de basisploeg te denken.”

Overmeire: “Je moet gewoon mee of er wordt tegen opgetreden. De trainer zou het niet accepteren dat er iemand wat ambetant doet in de groep of er met zijn pet naar gooit.”

Persoons: “Speler 1 tot en met 28 wordt ook op exact dezelfde manier behandeld en krijgt het even hard te verduren. Hij omschreef het eens mooi als de trein die was vertrokken. Iedereen moest er maar zijn wagonnetje aan hangen.”

Overmeire: “Het spel werd uitermate hard gespeeld. Wie niet mee wilde, die viel dan maar af. Een soort van natuurlijke selectie, zo en niet anders.”

Geen straffe uitspraken

De Ceulaer: “De trainer durft ook tactisch risico’s te nemen. Tshimanga als rechtsbuiten, het draaide supergoed uit. Ik had ook nooit gedacht dat zijn vondst om mij als diepe spits uit te spelen, zou slagen. In het verleden voetbalde ik wel graag als zwervende aanvaller, maar niet in zo’n systeem met buitenspelers en een nummer tien in de rug. Mijn loopvermogen is groot, waardoor ik de afstanden gemakkelijk kan overbruggen. Doordat ik ook goed in de hoeken duik, blijft dat heel moeilijk te verdedigen. ( knipoogt) Een statische spits is gemakkelijker om uit de wedstrijd te houden, hé. De trainer wil voetbal zien.”

Persoons: “Op basis van techniek en veel beweging zorgen voor een vlotte balcirculatie, daarmee proberen wij ons te onderscheiden. Ballen vanuit de defensie naar een grote struise spits pompen, dat doen wij niet. Trappen we op training drie keer een lange bal naar voor, dan wordt het spel ogenblikkelijk stilgelegd. Spelen op balbezit, zoeken naar de vrije man en de ruimte, dat is de bedoeling.”

De Ceulaer: “Het klinkt wat Nederlands, maar in de praktijk is het ook zo. Hij besteedt veel aandacht aan het goed inspelen op de juiste voet, hoe je je lichaam moet plaatsen bij het wegdraaien van een tegenstander.”

Overmeire: “Een terugkeer naar de basisprincipes, maar ik apprecieer dat. Hetgeen mij ook frappeert, is dat we altijd uitgaan van onze eigen sterkte. Ons spelsysteem werd nog nooit volledig aangepast aan de tegenstander. Zelfs niet tegen Standard of Anderlecht. Aan ingraven wordt niet meer gedacht, wij houden vast aan ons systeem omdat we daar sterk in geloven.”

De Ceulaer: “Maar we mogen nu ook niet de fout maken te hoog van de toren te blazen. Lokeren is een bescheiden club met beperkte mogelijkheden. We zijn wel voorzichtig ambitieus. Eigenlijk moeten wij van niet veel teams schrik hebben.”

Overmeire: “We zijn er nog lang niet, hé. Rustig blijven en voetjes op de grond houden, zeker wat de plaats bij de eerste zes betreft. Het heeft geen zin om straffe uitspraken daarover te doen. Dat ligt ons niet en zo zijn wij ook niet. Wij moeten nu vooral heel nuchter en realistisch blijven.”

Persoons: “De bedoeling van dit meerjarige project is om elk jaar twee plaatsen te stijgen. ( grijnst) Dan mogen we nu niet als vierde eindigen.”

door frédéric vanheule – beeld: michel gouverneur (reporters)

“Peter Maes was de ideale man op het juiste moment.” Killian Overmeire

“Eigenlijk moeten wij niet van veel teams schrik hebben.” Benji De Ceulaer

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content