Maarten Martens (21) en Timothy Derijck (18) keerden Anderlecht deze zomer definitief de rug toe. Liever waren ze gebleven, maar een gebrek aan vertrouwen dreef hen naar Nederland. ‘Ze geloven zogezegd nog in jou,’ klinkt het, ‘maar ze nemen wel geen enkel risico.’

T imothy Derijck is een grote jongen (1,85m), maar niet zó groot dat hij al een rijbewijs heeft. Afspraak in De Kuip dan maar in plaats van op neutraal terrein ergens halfweg Rotterdam en Waalwijk, waar Maarten Martens voetbalt. Beide spelers komen uit de jeugdopleiding van Anderlecht en spelen nu in Nederland : Derijck bij Feyenoord, Martens bij RKC.

“Twee jaar geleden hoorde ik Frankie Vercauteren bijzonder positief praten over Timothy”, zegt Martens tijdens de autorit naar Rotterdam. “Ik ben verbaasd dat ze hem zo gemakkelijk hebben laten gaan.” Martens praat met een Hollandse tongval. Dit seizoen is zijn tweede in Nederland. Net als vorig jaar dacht Anderlecht hem opnieuw te kunnen verhuren aan RKC, maar dat wilde hem alleen definitief overnemen. Clubs en speler vonden een akkoord. “Ik ben drie jaar ouder dan Timothy,” zegt de aanvoerder van de Belgische belofteploeg, “ik moest absoluut spelen.”

“Ik heb nog wat tijd”, vindt Derijck en hij glimlacht.

Drie speeldagen ver voert RKC verrassend de rangschikking aan. Drie keer gewonnen, één keer zelfs dankzij een winnend doelpunt van Maarten Martens. Andere Belgen bij de club uit Waalwijk zijn Benjamin De Ceulaer, Jochen Jansen en de 19-jarige, van RC Genk overgekomen David Triantafillidis. Ook Feyenoord staat met negen op negen, maar Timothy Derijck speelde nog geen minuut.

“Dat had ik ook niet verwacht”, zegt hij. “Ik had vooraf gehoopt op een plaats bij de achttien en daar was ik ook telkens bij. Invallen deed ik nog niet, maar ik ben de jongste van de hele selectie, dus ik ben tevreden. Erwin Koeman zegt me dat ik goed mijn best doe. Bij Anderlecht had ik waarschijnlijk ook met de invallers gespeeld, maar ik zou zeker niet op de bank gezeten hebben bij het eerste. Ik heb dus geen spijt van mijn beslissing, zeker niet.”

Jaloers, Maarten ? Hij voetbalt in De Kuip.

Martens : “Da’s wel waar, maar pas als hij hier een heel jaar gespeeld zal hebben, mag ik op het eind van het seizoen jaloers zijn. Timothy weet zelf ook wel dat het nog heel moeilijk voor hem wordt. Hopelijk speelt hij veel. Mooie club, fantastisch stadion, maar ook : ieder foutje wordt genadeloos afgestraft.”

Had je geen andere keuze dan RKC ?

Martens : “Ik kon bijtekenen bij Anderlecht, net als Timothy. Hij kon kiezen tussen Anderlecht en Feyenoord : dat is vergelijkbaar. Voor mij lag het anders : het was Anderlecht of een kleinere club.”

Waarom hebben jullie niet bijgetekend in Brussel ?

Martens : “Vercauteren wilde dat ik bleef, maar ik had geen gevoel bij wat het bestuur van me vond. Het vertrouwen dat uit hun voorstel sprak, was niet zo groot dat ik ervoor kon gaan.”

Derijck : “In de krant stond, al sinds december, dat ik een profcontract zou krijgen bij Anderlecht, maar in april had ik nog altijd niets gehoord. Ik denk dat ik hier meer en sneller speelkansen zal krijgen. Bij Anderlecht had ik moeten afwachten. Ik kon ook naar RKC en andere kleinere clubs in Nederland en Engeland, maar het heeft weinig zin om daar in het tweede elftal te gaan spelen. Bij Feyenoord kan ik op de bank ook veel leren. Ik heb voor vier jaar getekend.”

Martens : “Als een club als Feyenoord komt, zou ik daar misschien ook wel voor kiezen. Het is een mooie club en als ze vertrouwen in je hebben, zou het wellicht dom zijn dat je dit laat liggen. Ook het niveau van de tweede elftallen in Nederland ligt hoger dan in België.”

Hoe goed kennen jullie elkaar ?

Martens : “We kennen elkaar uit de jeugd van Anderlecht. Timothy is drie jaar jonger, hij speelde altijd een categorie lager, maar we zaten twee jaar samen op internaat in Anderlecht. We kwamen goed overeen. Bij het tweede van Anderlecht hebben we nog samengespeeld.”

Derijck : “Ik was 16 toen ik al af en toe mocht meetrainen met de A-kern.”

Martens : “Eén keer hebben we samen op de bank gezeten : op Cercle Brugge, de voorlaatste wedstrijd van het seizoen 2003/04. Niet mogen inkomen. Het stond nochtans 0-2 en ze waren al kampioen. Tihinen mocht nog invallen. Zulke zaken maak je in Nederland misschien niet mee.”

Derijck : “Voor de laatste wedstrijd vorig seizoen, tegen Bergen, stond in de krant dat ik zou spelen. Ik behoorde tot de kern, maar moest uiteindelijk plaatsnemen in de tribune. Anderlecht was al zeker van de tweede plaats, kon niet meer eerste of derde worden, en toch gaven ze mij geen kans : ik vond dat raar. Ik besluit eruit dat ze niet genoeg vertrouwen in mij hadden.”

Op de website van Feyenoord zeg je : “Vercauteren is nu hoofdtrainer, maar ik heb hem ook meegemaakt als trainer van het tweede. Toen zei hij vaak dat hij het goed vond als jongeren door zouden breken. Inmiddels kiest hij – ondanks dat hij dat heeft gezegd – voor ervaren spelers en minder voor jeugd.” Da’s ferm gesproken.

Derijck : “Ik was verbaasd dat ik tegen Bergen naar de tribune moest. Vercauteren zei me achteraf dat hij het nog te vroeg vond om me te laten spelen. Dan vind ik het beter dat ik vertrek. Pas na die laatste wedstrijd ben ik beginnen onderhandelen met Feyenoord.”

Jij maakte de voorbereidingsstage in De Panne nog mee, Maarten.

Martens : “Anderlecht wilde dat ik bijtekende en zou me daarna verder verhuren. Ze geloofden nog wel in mij, maar mijn gevoel zei me dat het niet met volle overtuiging was. Uiteindelijk bleken ze te veel spelers te hebben en moesten er een paar van die loonlijst af. Daarom hebben ze meegewerkt aan een transfer. RKC wilde me alleen kopen, ook al omdat Anderlecht bij een nieuwe verhuur financieel niet tussenbeide wilde komen. Tja, dan geloven ze zogezegd nog in jou, maar ze nemen wel geen enkel risico. RKC bood me een mooi driejarig contract aan, waarmee ik me financieel nog verbeterd heb. En ik speel.”

Werner Deraeve, jarenlang TD jeugd op Neerpede, noemde jou twee jaar geleden, bij de doorbraak van Vincent Kompany, de volgende jongere die het dichtst bij de A-ploeg stond.

Martens : “Ik héb er ook heel dicht bij gestaan. Ik zat in de kern voor de Champions-Leaguewedstrijd tegen Bayern München, en één keer heb ik ook effectief gespeeld. Dat was de week voordien, thuis tegen Westerlo. In het midden van het seizoen, niet op het einde : dat betekent dat ik het toch wel verdiende op dat moment. Tegen Bayern viel ik na de opwarming af. Frankie zei toen : ‘Eigenlijk verdien je het om op de bank te zitten, maar we hebben een paar verdedigers nodig, hoewel die het misschien minder verdienen dan jij.’ Normaal is het klote als je afvalt, maar ik vond het leuk dat ik de Champions League eens meemaakte.

“De week na de wedstrijd tegen Bayern brak ik een beentje in mijn hand. Ik was een maand out. Toen ik terugkwam, heb ik niet vaak meer gespeeld op de positie waar ik het best tot mijn recht kom. En, eerlijk gezegd : ik haalde ook niet meer het niveau van voordien. Doordat ik niet op mijn positie speelde, vond ik. Toen werd ik uitgeleend. Ik stond bij RKC vorig seizoen vaak links en rechts in de offensieve driehoek, terwijl ik toch echt een middenvelder ben. Ik maakte een degelijk seizoen, maar geen superseizoen. Ik denk dat Anderlecht daardoor een beetje gaan twijfelen is.”

Timothy, jij speelde nooit in het eerste van Anderlecht. Volgende zomer is Tihinen weg, Kompany misschien ook en dan kunnen ze wel een goede centrale verdediger gebruiken. Had je niet nog wat geduld moeten opbrengen ?

Derijck : “Dat heb ik ook gedacht, maar dat ik niet mocht spelen in wedstrijden waarin ze niets meer te verliezen hadden, daar heb ik mijn conclusies uit getrokken. Als je zelfs dan geen kans krijgt, heeft het weinig zin om te blijven. Feyenoord heeft me van in het begin gezegd dat ik speelkansen zal krijgen, Anderlecht niet. Ik behoorde wel tot de A-kern, maar verder zouden ze wel zien, zegden ze. Ik kon daar moeilijk mee leven. Hier zeggen ze : ‘Je bent een concurrent voor de andere verdedigers.'”

Was je ontgoocheld ?

Derijck : “Ja, ik was graag gebleven.”

Wat voor een club is Anderlecht voor een jonge speler ?

Martens : “Een topclub. Vooral mentaal moet je heel sterk staan. Als je ziet wat er de laatste tien jaar maar is doorgebroken : Baseggio, Kompany, Vanden Borre. Ik speelde er van mijn acht jaar. Eigenlijk kon ik er al naartoe toen ik zes was, maar ik heb nog twee jaar gewacht. Aanpassingsproblemen heb ik nooit gekend.”

Wie was jullie hardste trainer ?

Martens : “Vercauteren.”

Derijck : ( knikt).

Op het randje ? Erover ?

Martens : “Ik vond dat het er soms over was. Maar je weet dat het goed voor je is. Soms zei hij : ‘De dag dat ik niets meer tegen je roep of schreeuw, dan pas heb je een probleem.’ Toen ik pas bij het tweede zat, speelden we een wedstrijd tegen Lierse. Tien A-kernspelers en ik. Na een uur werd ik gewisseld voor Mark De Man. De volgende dag speelde de B-kern in Duitsland. Mark en ik moesten niet mee. Toen heeft hij ons op training afgemaakt, echt áfgemaakt, opdat we niet zouden denken dat we meer zijn dan de anderen. Niets goed konden we nog doen. Ik heb daar nooit echt problemen mee gehad. Anderen wel. Zijn visie is : als je er problemen mee hebt, dan ben je mentaal niet sterk genoeg. En wil je het maken in het profvoetbal, moet je vooral mentaal sterk staan.”

Is Vercauteren met jullie komen praten in het tussenseizoen ?

Derijck : “Ja, een paar dagen voor de wedstrijd tegen Bergen. Hij zei dat hij me nog niet goed genoeg vond voor de basis. Hij zei ook dat ik volgend jaar de kans zou krijgen om me met de A-kernspelers te meten. Maar hij zei ook dat als Kompany of Tihinen zou vertrekken, Anderlecht zeker twee of drie sterke verdedigers erbij zou halen. Dat was op zich geen probleem, want ik vind : je wordt beter door met anderen de strijd aan te gaan. Maar toen hij zei dat ik zelfs niet mocht spelen toen er niks meer te winnen of te verliezen was, ben ik beginnen twijfelen.”

Martens : “Ik heb tijdens de vakantie veel met hem gesproken. Vaak gebeld ook. Hij zei dat ik zeker kon blijven, maar voor sommige dingen staat het bestuur nog altijd boven hem. Hun voorstel was zeker geen slecht voorstel, maar toch niet zoals ik het wou.”

Zetterberg, Hasi en Vanderhaeghe gaan geen eeuwigheid meer mee. Je wist dat er middenvelders zullen wegvallen.

Martens : “Dat is wel waar, maar dan moeten ze mij een voorstel doen waaruit blijkt dat ze dan op mij rekenen. Door bij te tekenen zou ik nog twee jaar contract gehad hebben. Dat is niet echt veel. Het was dus een risico. Want als Zetterberg volgend jaar stopt en het valt tegen voor mij, dan heb ik een probleem. Als clubs een speler komen halen, kijken ze nog altijd eerst naar hoeveel wedstrijden hij heeft gespeeld. Ik heb er nog maar één. Stel dat ik dan op vijf of zeven sta, dat is nog altijd niet veel. Erger nog als ik helemaal niet speel. Dan blijf ik die speler die maar één wedstrijd voor Anderlecht heeft gespeeld. Dus vond ik het beter om voor een beetje zekerheid te kiezen. Bij RKC zit ik in een kleinere club, maar wel met de bedoeling om naar een grotere club te kunnen. Ken je Khalid Boulahrouz ? Speelde bij RKC en ging vorig jaar naar Hamburg. Ik zie niet snel iemand van Westerlo naar Hamburg gaan. Dat is nog altijd het verschil tussen België en Nederland : als je goed presteert in Nederland, kan je echt overal naartoe. Ik heb voor drie jaar getekend, maar het is niet mijn bedoeling om drie jaar bij RKC te blijven.”

Timothy, als Vercauteren zegt dat je nog niet klaar bent voor het grote werk, geloof je hem dan niet ?

Derijck : “Ik vond van mezelf dat ik goed bezig was en een kans verdiende. Maar de trainer beslist en ik moet zijn mening respecteren.”

Wat zijn jullie kwaliteiten ?

Derijck : “Wordt gezegd : kopspel en mee in de aanval gaan. Bij de nationale ploeg speel ik meestal verdedigende middenvelder. Hier ben ik verdediger : centraal, links of rechts.”

Martens : “Ik heb met Timothy samengespeeld : voetballend is hij goed genoeg. Mijn kwaliteiten zijn mijn techniek en mijn doorzicht. Een minder punt is de duelkracht, maar daar werk ik aan. In de Anderlechtjeugd ben je gewoon te winnen en de betere ploeg te zijn. Daar komt bij dat ik op een positie speel waar je vaak aan de bal komt. Vorig seizoen bij RKC heb ik duidelijk het verschil gemerkt. Er waren momenten dat we onder grote druk stonden en er bijna niet uit kwamen. Dat was totaal nieuw voor mij. Daar word ik toch weer beter van.”

Wat vinden jullie de mooiste voetbalcompetitie ?

Derijck : “De Engelse. Ik kon er naartoe, maar ik denk dat ik er nog te jong voor ben. Engeland is voor iedereen een droom, denk ik.”

Martens : “Voor mij is dat Spanje. Dat moet fantastisch zijn.”

Maarten, jij maakte je humanioria af : Latijn-moderne talen. Jij stopte met school, Timothy.

Derijck : “Ik kón ze gewoon niet meer afmaken. Ik had geen schriften ingevuld, moest meer dan veertig toetsen inhalen voor ik examen mocht afleggen…”

Martens : “Ik ben altijd volledige voormiddagen naar school geweest. Timothy kwam al op zestien jaar bij het tweede, ik pas toen ik dik zeventien was. Hij moest dus al op jongere leeftijd veel meer trainen dan ik. Dat maakte het voor mij veel makkelijker om mijn school af te maken.”

Derijck : “Was ik voor de combinatie school-voetbal blijven kiezen, dan had ik met het jongerenelftal moeten trainen. Bij het eerste leerde ik als jonge speler meer bij, vond ik.”

Kompany maakte zijn school wel af. Is hij beter dan jij ?

Derijck : “Op school ? Of als voetballer ? ( Algemene hilariteit.)”

Doe maar als voetballer.

Derijck : “Ik denk van wel. Hij is een jaar ouder. Ik hoop dat ik ook zo goed word, wie weet zelfs beter.”

Martens : “Hij werd vaak twee leeftijdscategorieën doorgeschoven. Dan kwam hij bij mij terecht. Bij onder 16 speelden we samen. Hij was maar 14 jaar, maar speelde fantastisch goed. Hij is drie jaar bij de onder 16 gebleven, ik begreep niet waarom. Daarna is hij direct bij het tweede elftal gekomen.”

En vrij snel bij het eerste, net als Vanden Borre. Moeilijk mee ?

Derijck : “Best wel, ja. Toch denk ik dat ik de juiste keuze heb gemaakt.”

Martens : “Ik ben iemand die makkelijk dingen kan aanvaarden. Ik had natuurlijk liever in Anderlecht gespeeld, maar het is nu eenmaal zo. Kompany is gewoon een van de besten van Europa, daar heb ik het dus zeker niet moeilijk mee. Ik weet dat het bij mij vooral om mijn fysieke gestel ging. Het gaat altijd om efficiëntie en bij mij was die er nog niet op het moment dat Anderlecht het had verwacht. Kompany en ook Timothy zijn veel sterker dan ik. Maar ik geloof er nog altijd in : over twee jaar zal ik er pas staan, denk ik. Je hebt nog spelers die pas supergoed zijn op hun drieëntwintigste.”

Ik help het je hopen. Bedankt voor het interview, het eerste overigens in jouw nog lege interviewmap, Maarten. Timothy stond al op één, en dat zonder ooit in een A-elftal te hebben gestaan !

Martens : “Hij zit bij een topclub, dat is het verschil. Ik heb het ook niet nodig om in de belangstelling te staan, ik vind dat je eerst gepresteerd moet hebben. En bij mij zal het nu eenmaal geleidelijk gaan, al weet je natuurlijk nooit in het voetbal.”

door Jan Hauspie

‘Toen ik zelfs niet mocht spelen toen er niks meer te winnen of te verliezen was, begon ik te twijfelen.’ (Timothy Derijck)

‘Vercauteren was hard. Soms er een beetje over, maar je weet dat het goed voor je is.’ (Maarten Martens)

‘Ik hoop dat ik zo goed word als Kompany, wie weet zelfs beter.’ (Timothy Derijck)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content