Wat leert iemand die op jonge leeftijd al in zo veel landen gevoetbald en geleefd heeft over zichzelf?

Marko Marin: “Als je het over rijkdom hebt, is het dat wat ik daaronder versta: culturen leren kennen, verschillende talen leren, overal contacten leggen. Wat is er mooier wanneer je daarbij ook nog eens als beroep kunt doen wat je het liefst doet? Om al die redenen ben ik een gelukkig mens.”

Wat heb je in pakweg Engeland geleerd, naast de voetbalbeleving?

“Londen is een wereldstad, daar gebeurt zo veel. In Spanje gaat het er erg rustig aan toe, tranquillo is hét woord dat alles samenvat. Je gaat daar ’s avonds om halftien eten, gaat naar huis om middernacht en om negen uur ’s ochtends sta je weer op het trainingsveld. Als je overal voor openstaat, krijg je niet zo gauw een schok. Je moet wel bereid zijn om uit je comfortzone te treden. Overal waar ik gewoond heb, heb ik vrienden achtergelaten. Firenze is voor mij misschien wel de mooiste stad in Europa. Italianen vond ik erg open. Ik hoorde voor mijn overstap naar Werder dat de mensen in Noord-Duitsland gesloten zijn, maar dat heb ik in Bremen niet ervaren. Het hangt allemaal van jezelf af.”

“Hier verschilt het leven niet zo erg veel van dat in Duitsland. Ik woon in het centrum van Brussel en ik vind het fantastisch. Ik bezoek hier wel wat plaatsen, zoals ik dat ook deed in Londen, Sevilla, Firenze. Ik zou in elk van die steden kunnen leven, maar misschien voel ik me toch met meest verbonden met de stad waar ik opgegroeid ben en waar mijn beste vrienden nog wonen: Frankfurt.”

Je bent geboren in Bosnië. Kom je daar nog weleens?

“Elk jaar zoek ik er mijn familie op, meestal in de zomer. Vroeger ging ik twee keer per jaar.”

Heb je er al eens aan gedacht hoe je voetbalcarrière verlopen zou zijn als je ouders destijds niet naar Duitsland waren gevlucht maar in Bosnië waren gebleven?

“Het zou veel moeilijker geweest zijn om me door te zetten. Bosnië is geen EU-land, dan geraak je moeilijker aan een EU-vergunning. Ik ben Duitsland dankbaar. Niet alleen om de kansen die ik er in het voetbal kreeg. Ik heb in Duitsland een gelukkige jeugd beleefd, mijn familie is er altijd graag geweest.”

Wat had je gedaan als je geen profvoetballer geworden was?

“Meestal denk je daar pas over na wanneer je verder gaat studeren na je middelbare school. Op mijn zeventiende was het al duidelijk dat ik prof zou worden. Mijn moeder wilde dat ik mijn middelbaar afmaakte en dat heb ik gedaan. Mocht ik het niet gemaakt hebben als jonge prof, dan had ik nog altijd verder kunnen studeren. Maar voorlopig heb ik nog geen plannen om dat weer op te pikken.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content