NET ALS VORIG SEIZOEN IS SPORTING LOKEREN AL VROEG KLAAR MET ZIJN HUISWERK VOOR HET NIEUWE SEIZOEN. SPORTIEF MANAGER WILLY REYNDERS LEGT UIT WAAROM.

Vorig jaar zorgde het vertrek van Benjamin De Ceulaer, net voor het afsluiten van de transferdeadline, voor een klein trauma in Lokeren. Vrees je niet voor een gelijkaardig scenario?

Willy Reynders:”Voor sommigen was dat een trauma, niet voor mij. Wij deden een prima zaak want het vertrek van De Ceulaer gaf Patosi de kans om zich te ontplooien en we kregen een correcte prijs. Maar de manier waarop het toen gespeeld is, is een andere zaak…

“Wij zijn bewust vroeg klaar met ons transferwerk omdat we streven naar stabiliteit. Onze sterkhouders betalen we goed en we zitten vaak kort op de bal inzake mogelijke versterkingen. Met Odoi en Remacle zaten we in het verleden al rond de tafel, dus konden die dossiers nu snel afgehandeld worden.”

Met Denis Odoi, Davino Verhulst, Hans Vanaken en Jordan Remacle gaan jullie de Belgische toer op. Nochtans wordt altijd beweerd dat Belgen duurder zijn dan buitenlanders.

“Toen Peter Maes en ik drie jaar geleden aan dit project begonnen, was het afbouwen van het ‘Afrikaanse’ imago van deze club een voorname pijler. Bij Genk (waar Reynders tussen 2006 en 2008 technisch directeur was, nvdr) had ik op dat vlak geleerd: als de kern hoofdzakelijk Belgisch is, zit je goed.

“In het verleden was de import van Afrikaanse spelers misschien een must, maar na verloop van tijd geraakte die markt oververzadigd en kregen we enkel nog tweede of zelfs derde keuze.”

Een gouden regel in de voetbalwereld stelt dat je een kern om de drie jaar moet vernieuwen of van trainer moet veranderen. Jij gelooft daar blijkbaar niet in?

“Neen. Omdat we hier met een trainer zitten wiens kwaliteit net is om iedereen scherp te houden. Bovendien geloof ik niet in het fabeltje dat motivatie vanuit de spelersgroep zelf moet komen. Motivatie moet van de trainer komen.”

Voor welke positie is Denis Odoi ingehaald? Met Galitsios hebben jullie al een certitude op de rechtsachter.

“Door het vertrek van El Mouataz en omdat Alexander Corryn nog jong is, zien we Denis in eerste instantie als linksachter. Tegelijkertijd is hij een concurrent voor Galitsios, zodat die toch ook niet té zeker van zijn plaats is. Onze Griek heeft dat soort prikkels nodig.”

Met Remacle vonden jullie een speler met het profiel van De Ceulaer: iemand met snelheid en diepgang, die ook een actie buitenom kan maken.

“In onze evaluatie van het voorbije jaar bleek ons manco het gemis aan snelheid. En Jordan vormde bij OHL, in tweede klasse, al een droomkoppel met Harbaoui.”

Remacle is wel een ‘karaktertje’. Dat worden fijne confrontaties met Peter Maes…

“Ik ken Jordan al van bij Genk, het klopt dat er toen veel werk aan was. Ondertussen is hij ouder, getrouwd ook, en naar ik hoorde van Ronny Van Geneugden een pak rustiger. Los daarvan houd ik wel van karakterspelers die soms je m’en fous durven zeggen, maar tegelijk iets extra toevoegen aan je ploeg. Het zal af en toe botsen met onze trainer, maar Maes weet perfect hoe hij het beste uit zijn spelers kan krijgen.”

Ben je ontgoocheld in Benjamin Mokulu die de wet van ’78 inroept om weg te geraken?

“Bwah… Je moet veel tijd en energie in hem steken, fysiek en mentaal is hij broos. Een goeie Mokulu is sterk, maar hoe lang? Eén goede wedstrijd betekent nog niet dat je een positie als diepe spits mag claimen. De manier waarop hij wil vertrekken, is spijtig, ook omdat we al een half jaar bezig zijn met het openbreken van zijn contract. De moeilijkheden hebben meer te maken met zijn entourage (makelaar Luc Mangala, nvdr), niet met Benjamin zelf.”

Verwacht je nog vertrekkers?

Milos Maric misschien. Milos is geen moeilijke jongen, maar hij pikte nog niet op wat Maes erin wil krijgen: snelheid van uitvoering en werkkracht bij balbezit én balverlies.

“We lieten ook bewust spelers gaan die op training de kar wat tegenhielden: Gueye, Tiko hadden nog te veel de Afrikaanse stijl. De kwaliteit op training ligt nu een pak hoger.”

Eind vorig seizoen leek het alsof voorzitter Roger Lambrecht overweegt de handdoek te gooien, als de publieke opkomst zo mager blijft.

“Wij mikken weer resoluut op play-off 1 en willen zelfs een stapje vooruit zetten. Van de ambitie terugschroeven is geen sprake. Anders zouden Peter Maes en ik hier nu niet meer rondlopen.”

DOOR MATTHIAS STOCKMANS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content