Eén jaar schorsing lijkt het minimum.

Nu al twee weken verdeelt de affaire rond Alberto Contador de wielerwereld in believers en non-believers. De Ierse UCI-voorzitter Pat McQuaid beseft dat een spoedig besluit zich opdringt. Maar opheldering was er ook bij het afronden van deze pagina nog niet. Nochtans is de enige mogelijke conclusie dat Contador schuld treft. Op grond van artikel 2.1 uit de code van het WADA: “Sporters zijn verantwoordelijk voor iedere verboden stof die in hun lichaam wordt aangetroffen.” Of ze nu de bedoeling hadden om zich te doperen of niet. Of ze nu vijftig picogram of een kilogram gebruikten.

Waarop wachten ze dan in Aigle? De UCI worstelt met de strafmaat die ze moet bepalen. Een uitspraak die aanleiding geeft tot een ellenlange en peperdure juridische strijd kan ze zich niet veroorloven. De WADA-code voorziet voor een eerste vergrijp standaard twee jaar schorsing. Die eenduidigheid schonk de code haar bestaansrecht, maar vormde ook altijd een bron van discussie. Vandaar dat artikel 10.5 werd toegevoegd, dat belet dat slachtoffers van uitzonderlijke omstandigheden, zoals een voedselbesmetting, te zwaar gestraft worden.

Aan die strohalm klampt Contador zich vast. Maar zelfs al bewijst de Spanjaard zijn goede intenties, op een kwijtschelding van straf zal hij volgens de code niet kunnen rekenen. Naar de letter is een halvering van de standaardstraf het hoogst haalbare, zoals zijn Italiaanse collega Alessandro Colò na zijn clenbuterolplasje dit jaar gedaan kreeg. Eén in plaats van twee jaar schorsing dus. Bovendien blijft het aan Contador om te bewijzen dat hij niet te kwader trouw heeft gehandeld. Een moordenaar is onschuldig tot zijn schuld bewezen is, een betrapte sporter daarentegen moet zijn gelijk bewijzen.

Natuurlijk zou de wielerunie opgelucht ademhalen mocht de drievoudige Tourwinnaar zijn verhaal hard kunnen maken. Ze heeft Contador en zijn verdediging vanaf de positieve test de nodige tijd gegund om een wetenschappelijk onderbouwde bewijsvoering op te stellen.

Gaandeweg zijn echter ook steeds meer dopingexperts gaan twijfelen aan Contadors verklaring. Heeft de renner gelogen over de oorsprong van het vlees? Een in plastiek verpakte biefstuk uit Spanje, zo beweerde Contador. Zijn kok echter had het in een juli-interview toevallig over vlees van de markt in Pau. Bovendien maakten diverse buitenlandse media gewag van verhoogde DEHP-concentraties in Contadors urine. Deze plastiekweekmakers kunnen wijzen op een bloedtransfusie. Een hypothese die in Humo bevestigd werd door “een bron die zeer dicht bij Astana staat”. Die stelde dat Contador tussen de Dauphiné Libéré en de Tour bloed heeft afgetapt toen er ‘per ongeluk’ nog een spoortje clenbuterol in zat van een vermageringskuur. In de Tour zou hij dat zakje opnieuw hebben ingespoten.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content