In 18 maanden tijd heeft hij ongeveer alles meegemaakt: de Franse derde klasse, de Champions League, de crash bij Anderlecht en de relatieve anonimiteit bij Charleroi. Wat brengt de toekomst voor de Fransman Cyril Théréau?
Elke balans van het stilaan verstrijkende seizoen 2007/08 is licht voorbarig, maar nu al kan met zekerheid worden geponeerd dat Cyril Théréau (24) een van de meest gecontesteerde voetballers was. Tot het einde van dit seizoen heeft Anderlecht hem uitgeleend aan Charleroi. De Fransman toont zich perfect sereen bij de kritische vragen en de gevoelige kwesties die hem worden voorgeschoteld.
Anderlecht betaalde 2,5 miljoen euro voor jou en je maakte in de competitie slechts drie doelpunten voor paars-wit. Je moet echt wel de duurste spits uit de geschiedenis van het Belgisch voetbal zijn.
Cyril Théréau: “Tweeënhalf miljoen euro, dat is veel geld, maar het was niet ík die deze prijs heeft bepaald, hé. Het was Anderlecht dat besloot om zoveel geld uit te geven. Voor mezelf zie ik in dat bedrag geen enkel probleem. Ik aanvaard natuurlijk de verantwoordelijkheid die zo’n bedrag veroorzaakt en ik ben uiteraard niet tevreden over wat ik tot dusver heb gepresteerd.”
Ben je 2,5 miljoen euro waard?
“Ja. Trouwens, andere clubs wilden dat bedrag ook betalen. Ik kon vorige zomer vele kanten uit: naar Auxerre, naar Sochaux, naar Engeland en naar andere landen zoals Rusland. Er zou zelfs meer geld voor me geboden zijn, mocht ik op dat ogenblijk niet geblesseerd zijn geweest. Ik koos voor Anderlecht, ik was ervan overtuigd dat dit de ideale keuze was. De club was kampioen van België, alle spelers kenden er elkaar al en mijn vriendin is van Brussel. Met al die elementen lag mijn beslissing voor de hand, dacht ik.”
De rol van zondebok
Kreeg je vlug door dat het voor jou niet zou lukken bij Anderlecht?
“Zeer vlug. Enkele minuten na de persconferentie, waarin mijn transfer en ikzelf werden voorgesteld, kwam Frankie Vercauteren me spreken. Ik begreep meteen dat ik een transfer van het bestuur was, dat ik geen keuze van de coach was.”
Je verwijt Vercauteren dat hij je in dat gesprek zei dat hij je eigenlijk niet wilde. Hij beweert dat hij dit nooit zo tegen je heeft gezegd. Iemand van jullie beiden liegt.
“Hij zei dat ik hem opgedrongen werd door het bestuur en dat het aan mij was om te bewijzen dat ik kon meespelen met zijn ploeg. Hij toonde mij tactische schema’s en legde me uit wat hij van me verwachtte. Maar in zijn concept had de aanvaller helemaal het tegenovergestelde profiel van mij. Vercauteren wou een krachtige en snelle spits, dat is nu net wat ik niet ben. Ik heb specifieke kwaliteiten – bijvoorbeeld, de kwaliteit om gemakkelijk af te haken en me te laten terugzakken – maar dat waren niet de kwaliteiten die Vercauteren vroeg. Van bij de eerste training verbood hij me om me te laten terugvallen. Telkens als ik dat deed, onderbrak hij de training en gaf hij de bal aan de tegenstander.”
Wat was het moeilijkste moment?
“De maanden oktober en november waren lastig. Toen zat ik echt diep. Ik kreeg bakken kritiek over me heen, terwijl ik maar tien of vijftien minuten speelde, en dan nog alleen in de uitwedstrijden waarin Anderlecht op achterstand stond en de tegenstander collectief voor eigen doel terugkroop. Ik begreep die aanvallen in de media niet. Intussen snap ik het wel. Ze hadden iemand nodig die verantwoordelijk was voor alles wat er bij Anderlecht verkeerd liep. Als het team toen had gedraaid zoals het nu draait, dan was ik aan elke kritiek ontsnapt.”
Je was gewoon de zondebok.
“Ja zeker, en er waren er twee: Walter Baseggio en ik. Bepaalde reporters vonden het plezierig om op Anderlecht te schieten en Walter en ik waren de favoriete mikpunten. Ik las dat ik niet het niveau voor een club als Anderlecht bezit. De supporters namen die stelling letterlijk over, samen met alle lezers. Daar had ik het zeer moeilijk mee.”
Op wie ben je nu het meest boos? Op het bestuur van Anderlecht? De technische staf? De pers?
“Het meest boos ben ik op mezelf. Ik neem het mezelf bijzonder kwalijk dat ik bij Anderlecht een contract tekende zonder eerst eens met de trainer te praten. De pers verwijt ik niet correct te hebben gehandeld. Journalisten hebben macht en ze hebben die macht misbruikt. Van het bestuur, ten slotte, vind ik dat het me niet heeft gesteund toen ik in een zwart gat belandde.”
De Loden Schoen
Een Vlaamse krant kende je de Loden Schoen toe. Sympathiek.
“De Loden Schoen, dat is natuurlijk belachelijk en daar heb ik dan ook meer om gelachen dan wat anders. Wat me wél raakte, waren de kritieken over mijn verleden. Bepaalde journalisten vernietigden me zonder zich eerst eens te informeren. Sommigen schreven dat ik bij Steaua Boekarest in de Champions League ook al geen bal geraakt had. Dat is pertinent onwaar. Ik nodig hen uit om de cassettes van die wedstrijden te bekijken. Het zijn precies déze wedstrijden die me de aantrekkelijke aanbiedingen van echte topclubs hebben opgeleverd. Ook de kritiek op de Roemeense competitie verteerde ik slecht. Het Roemeense kampioenschap is zeker even goed als het Belgische.”
Maar je kan toch niet ontkennen dat je veeleer de Loden dan wel de Gouden Schoen verdiende.
“Indien ik bij Anderlecht vijftien volledige wedstrijden had gespeeld en indien ik daarin maar één keer had gescoord, dan zou ik mezelf de Loden Schoen geven voor iemand anders daarvoor de kans had. Maar nu werd ik kapotgemaakt terwijl ik misschien aan vijf matchen ben begonnen en voor de rest kleine stukjes van wedstrijden heb gespeeld.”
Had je gedacht dat de Belgische pers zo hard kon zijn?
“De pers kan overal hard zijn. Ik voel daarover geen enkele wrevel meer. Wat wel nog aan me vreet, is de gedachte dat een bepaalde pers Anderlecht heeft willen destabiliseren en dat ze zich daarvoor van mij heeft bediend. Men wilde de personen aanvallen die binnen de club de bevoegdheid hebben om over transfers te beslissen, en voor zulke kritieken was mijn transfer natuurlijk gevonden vreten. Ik ben er finaal zelfs niet zeker van dat de kritiek op mij in werkelijkheid ook voor mij bedoeld was.”
Manager Herman Van Holsbeeck beweert dat je de druk bij een topclub als Anderlecht niet aan kan.
“Maar ik heb bij Anderlecht nooit enige druk gevoeld! Die druk zou ik slechts gevoeld hebben als ik had mogen spelen. De druk bij Steaua Boekarest was zes of zeven keer zo groot als bij Anderlecht, omdat 80 procent van de Roemenen voor de club supportert. En de Roemeense pers is nóg kwaadaardiger dan de Belgische. Het grote verschil tussen Boekarest en Anderlecht is dat ik volledig fit was toen ik in Roemenië belandde.
“Als ik zogezegd niet drukbestendig zou zijn, dan had ik toch vooral moeten kraken in de wedstrijden van Steaua tegen Lyon en Real Madrid. Matchen waarvoor er kolossaal veel belangstelling los kwam. Wedstrijden waarvoor ik als titularis in het team stond. In de aanloop van de match in Lyon hadden alle Franse televisiezenders een reportage over en met mij gemaakt. In Frankrijk keek iedereen naar me uit. Welnu, dat stelde mij voor geen enkel probleem. Ik weet dat ik zonder problemen bestand ben tegen zware druk en daarom behoud ik de hoop dat ik alsnog kan slagen bij Anderlecht. Ik heb tegenover niemand iets bewezen tijdens mijn passage bij Anderlecht, maar in Roemenië heb ik voor mezelf bewezen dat ik mentaal zeer sterk in mijn schoenen sta.”
Heb je het gevoel dat bij Anderlecht niet de beste spelers op het veld stonden?
“Volgens de trainer waren het alleszins de beste spelers. Hoewel, zonder daarbij specifiek aan mezelf te denken, kreeg ik bij momenten toch de indruk dat Vercauteren niet zijn sterkste spelers opstelde. Let wel, ik heb dit verschijnsel vastgesteld bij iedere club waar ik speelde, maar bij Anderlecht waren er toch enkele spelers die enorm veel krediet kregen. En die dat ondanks de slechte resultaten bleven krijgen.”
Min 30 procent spiermassa
Je belandde topfit bij Steaua, zei je daarnet. Dat was bij Anderlecht absoluut niet het geval.
“Ik kwam met een catastrofaal slechte conditie bij Anderlecht toe. In februari begon ik in Roemenië hinder te ondervinden van een barstje in mijn vijfde middenvoetsbeentje, maar in plaats van me meer rust te gunnen, deden ze me bij Steaua veel te vroeg weer spelen omdat er net een derby op het programma stond. Zo evolueerde dat barstje tot een heuse breuk. Ik moest worden geopereerd en toen dat gebeurde, was het al april. Ik heb veel tijd verloren.”
Toen je bij Anderlecht aankwam, had een deel van je linkerbeen 30 procent aan spiermassa verloren!
“Minstens 30 procent! Ik heb vandaag nog tests afgelegd en op sommige plaatsen van mijn linkerbeen blijft er een deficit van 20 procent. Ik was zes kilogram vermagerd en die zijn er nu nog altijd niet allemaal weer bij. Daardoor raak ik nog altijd vlug vermoeid. Het is de eerste blessure in mijn loopbaan maar ze heeft me veel geleerd. Voortaan zal ik me in zo’n situatie perfect verzorgen en zal ikzelf de initiatieven nemen. Want doe je dat niet, dan nemen anderen initiatieven in jouw plaats.”
Heeft Anderlecht je niet aan een volledig medisch onderzoek onderworpen? Dat zou je namelijk wel verwachten van een club die 2,5 miljoen euro uitgeeft voor een speler.
“Ik heb wel degelijk tests afgelegd. Maar ze wisten dat ik geblesseerd was, dat had Raymond Mommens hen klaar en duidelijk uitgelegd. Ik herhaal het, zonder die blessure had Steaua nóg meer geld voor me gevraagd. Eigenlijk hadden ze me bij Anderlecht een speciaal programma met aangepaste, spierversterkende oefeningen moeten geven. Helaas bleek dat onmogelijk. Ik moest meteen voluit meetrainen en meedoen in vriendschappelijke wedstrijden. Op het einde van de voorbereidings-
periode was ik klaar op het niveau van longinhoud, maar nog helemaal niet op het niveau van spierkracht. Wat vreselijk ongelegen kwam, was de blessure van Nicolás Frutos. Aanvankelijk wilde Anderlecht me wel de tijd gunnen om goed te herstellen. Het heette toen dat ze pas een beroep op me zouden doen als ik topfit werd bevonden. Maar dat geduld verdween als gevolg van de blessure van Frutos.”
Ongelooflijk onwaarschijnlijk is het feit dat Anderlecht je nooit ging scouten in Roemenië?
“Daar weet ik niets van en dat is ook mijn probleem niet. Ik neem aan dat Anderlecht cassettes van mij zag en dat ze inlichtingen inwonnen bij personen die me wel in Roemenië aan het werk zagen, maar dan wel in opdracht van andere clubs.”
Raymond Mommens heeft een belangrijke rol …
(onderbreekt) …”Het is de pers die Mommens die belangrijke rol heeft toegekend. Anderlecht vroeg Mommens naar zijn mening over mij. Hij legde dan uit welk genre voetballer ik ben. Ik geloof niet dat een club als Anderlecht zich op één enkele mening baseert om 2,5 miljoen euro op tafel te gooien voor een speler. Ze hebben gewoon de zwartepiet naar Mommens toegespeeld.”
Lachend in de tribune
Je genoot het vertrouwen van Vercauteren niet. Maar ook niet van diens opvolger, Ariël Jacobs.
“Toch wel. Jacobs stelde wél vertrouwen in mij. Maar hij zag dat ik in een moeilijke situatie verkeerde en hij gaf er de voorkeur aan spelers op te stellen die mentaal goed in hun vel zaten. En aan vers aangetrokken voetballers zoals Luigi Pieroni. Van mijn kant had ik zin om me elders opnieuw te lanceren en Charleroi was de beste keuze, want in 2006 was ik in enkele weken tijd verliefd geworden op het shirt van de Zebra’s.”
Maar geloof je écht dat je nog een toekomst bij Anderlecht hebt?
“Weet ik veel. Op dit ogenblik ben ik maar van één zaak zeker: ik zal me bij Anderlecht melden wanneer de trainingen worden hervat, en ik zal me melden met de ambitie om me er te doen gelden. Ik weet dat mijn fysieke conditie dan nóg verbeterd zal zijn. Maar om nu te gaan beweren dat dit zal volstaan om de technische staf daar achter mij te krijgen … Ik bevind me niet in een positie om veel te eisen, maar ik ben niet bereid om hetzelfde mee te maken als in de heenronde.”
Bij Anderlecht heb je spelers die voor meerdere jaren onder contract liggen en die braaf op de bank blijven zitten en op het einde van de maand hun cheque opstrijken. Is dat iets voor jou? Je zou het je kunnen veroorloven tot juni 2011.
“Nogmaals, het contract dat ik bij Anderlecht tekende, heb ik tot de laatste euro verdiend op basis van mijn prestaties bij Steaua Boekarest. Club Brugge bood me een vergelijkbaar contract aan en nog andere clubs ook. Maar op 24-jarige leeftijd verzet ik me tegen de gedachte mijn zakken te vullen zonder te spelen. Dat is niet het beeld dat ik heb van een voetballoopbaan. Ik herinner me nog levendig hoe diep ik op het einde van vorig jaar zat op het mentale vlak. Ik had toen ook mijn loonbriefje kunnen bekijken en vaststellen dat daar een fantastisch bedrag op stond. Maar desondanks voelde ik me toen allesbehalve in feeststemming. Als ik mijn loon had moeten halveren om te mogen voetballen, ik had het zonder aarzelen gedaan.”
Ariël Jacobs vernam dat je in de tribune zat te lachen tijdens de wedstrijd tegen Bayern München.
“Ha, ik ben blij dat je daarover begint. Ik hoop dat hij dat alleen maar gezegd heeft om zijn spelers onder druk te zetten, om hen te motiveren. Als hij het werkelijk meende, dan is dat jammer. Ik heb die avond het stadion bij het begin van de tweede helft verlaten omdat ik elders een afspraak had. Op dat moment stond het nog altijd maar 0-2. Anderlecht moest het toen met zijn tienen opnemen tegen het grote Bayern München. Zo catastrofaal was die 0-2 op dat ogenblik dus niet en evenmin was er een reden om daarover vrolijk te doen. Ik heb op geen enkel moment gelachen met wat er op het veld gebeurde. Misschien heeft men mij zien lachen tijdens de rust. Ik stond toen te babbelen met vrienden die ik een hele tijd niet meer had gezien: Olivier Deschacht en Jonathan Legear. Neem me niet kwalijk, het was een voetbalwedstrijd en geen begrafenis.”
Nergens spijt van
Als het te herdoen zou zijn, zou je dan bij Club Brugge tekenen?
“Wel, ik hád al een akkoord bereikt met Club Brugge, maar Steaua Boekarest vroeg te veel geld. Maar als het te herdoen was, dan zou ik één ding anders doen. Ik zou een gesprek met Vercauteren eisen alvorens te tekenen. Met Jacky Mathijssen heb ik wél gesproken. Met Vercauteren niet.”
En als Vercauteren je dan had uitgelegd wat hij van je verwachtte, zou je dan nog getekend hebben?
“Absoluut niet. Zo is het ten andere gegaan met François Sterchele. Hij kon zich niet vinden in de visie van Vercauteren en hij weigerde te tekenen. Sterchele praatte met Vercauteren. Ik niet. Dat was fout.”
Mathijssen gaf je een 8 op 10, maar niettemin wilde Club voor jou niet heel diep in de zakken tasten. Vervolgens ging Club wel financieel tot het uiterste om Sterchele aan zich te koppelen.
“Een clubbestuur moet een coherent beleid voeren en geloofwaardig overkomen. Het is gemakkelijker te verkopen om 2,5 miljoen euro te besteden aan de topschutter van de Belgische competitie dan aan een Fransman die in Roemenië voetbalt.”
Heb je met terugwerkende kracht niet het gevoel dat het allemaal wat te vlug is gegaan voor jou? Enkele maanden nadat je met Angers in de Franse derde klasse rondhing, speelde je tegen Real Madrid in de Champions League. Een natuurlijke progressie kan je dat niet noemen en misschien is het alleen maar logisch dat je op een moment zou crashen.
“Het is duidelijk dat mijn loopbaan een atypische versnelling vertoont. Maar ik heb er ten volle van genoten en ik weet heel zeker: alles wat ik heb meegemaakt, zal later nog van pas komen.” S
door pierre danvoye – beeld: jonas hamers
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier