Niet Franck Berrier maar Michiel Jonckheere zet bij KV Oostende de lijnen uit, tot hij afgelopen zaterdag tegen Westerlo geblesseerd uitviel. Een portret.

Michiel Jonckheere (25), voorbestemd om ooit voor KV Oostende te voetballen. Vader Kris voetbalde er in de eerste ploeg en trouwde met Katrien, de zus van zijn ploegmaat Hans Belligh. Oom Guy Ghysel was er ooit technisch directeur, oom Kurt Bataille depanneerde toen Dennis van Wijk midden in het seizoen naar STVV verkaste, zijn jongste broer Thijs speelde er ook even in het eerste elftal.

Michiels voetbalverhaal begon in De Panne, bij ‘de Racing’, maar na twee seizoenen lonkte Club Brugge. Acht jaar jong, een transfer naar blauw-zwart en een paar jaar later kampioen met de preminiemen op het veld van Anderlecht. Kinderchampagne! Een moment om voor altijd te koesteren.

CLUB BRUGGE 1998-2010

‘Ik speelde bij Club altijd een jaartje hoger, tot ik op mijn zestiende een serieuze groeischeut kreeg en met een ontsteking aan de patellapees bijna een jaar aan de kant stond. Een laatbloeier, zeker lichamelijk, maar uitgerekend in die periode begon Henk Mariman met de hervorming van de jeugdopleiding.

‘Op een bepaald moment zei Mariman tegen mijn ouders dat ze over een paar dagen eens naar zijn bureau moesten komen om te praten. Via via hoorden we dat ik niet op Club zou mogen blijven, iets wat we totaal niet hadden zien aankomen. Het zou moeilijk worden voor mij, klonk het. Maar een aantal jeugdtrainers hebben zich tegen mijn vertrek verzet, zodat ik toch in Brugge kon blijven.

‘Mijn ouders, soms oma of opa, reden in die periode elke dag naar Brugge, want Thijs speelde er ook en we trainden op verschillende dagen. 55 kilometer, enkele rit. Na de school vlug in de auto, huiswerk maken op de achterbank, trainen en pas rond negen uur opnieuw in De Panne.

‘Na dat voorvalletje met Mariman heb ik nog drie, vier goede seizoenen gehad, maar voor hetzelfde geld lag ik buiten. In mijn tweede seizoen bij de beloften werd ik kapitein van de ploeg en mocht ik van Adrie Koster een week of drie met de A-kern meetrainen. Een enorm verschil. Het ging twee, drie keer zo snel. (lacht) Ik heb nog veel werk, besefte ik. Ik mocht van Luc Devroe bij Club blijven, maar ik was 20 jaar en na twee seizoenen bij de beloften was het tijd voor een stapje hoger. De A-kern van Zulte Waregem leek een goede keuze.’

SV ZULTE WAREGEM 2010-2011

Francky Dury had de naam dat hij graag met jongeren werkte en ze ook beter maakte, maar amper een week nadat ik had getekend, vertrok hij naar AA Gent. Tja… Zijn opvolger, Bart De Roover, moest zichzelf ook nog bewijzen, zodat het voor hem niet vanzelfsprekend was om een gastje van twintig jaar op te stellen. Hij zette mij aan de rechterkant, tegen de zijlijn, wat totaal niet mijn positie is. Na drie weken in de voorbereiding geraakte ik geblesseerd.

‘Ik moet wel toegeven dat ik absoluut niet klaar was voor eerste klasse. Niet lichamelijk en zéker niet mentaal, want een kleedkamer van de beloften is totaal iets anders dan die van een eerste ploeg. Volwassen venten die allemaal voor hun plaats spelen, een minder goed seizoen, veel strubbelingen. Echt geen goede kleedkamer, maar ik ben er wel sneller rijp geworden.

‘We trainden vaak twee keer per dag, waardoor ik het voetbal niet meer kon combineren met mijn universitaire studie – Communicatiewetenschappen, in Gent. Maar dat we absoluut een diploma moesten halen, werd er thuis al heel vroeg ingepeperd. Ik speelde niet bij Bayern München, hé, waar je na een paar maanden voor de rest van je leven binnen bent. (lacht) In samenspraak met mijn vader koos ik voor afstandsonderwijs Sociaal Werk, een richting waar je later alle kanten mee uit kunt.

‘Toen ik na mijn blessure opnieuw bij de selectie kwam, werd De Roover op straat gezet en door Hugo Broos vervangen. Ik denk niet dat ik met hem één woord heb gewisseld. Ik durfde hem zelfs niet aan te spreken, zó braaf was ik, al heb ik ondertussen wel geleerd dat je in het voetbal op je strepen moet staan, anders word je aan de kant geduwd. Sportief was Waregem een enorme tegenvaller, maar ik ben er mentaal wel sterker geworden, iets wat absoluut nodig was in mijn groeiproces.

‘Toen Patrick Decuyper baas werd, mocht ik vertrekken. Gelukkig kon ik naar KV Oostende, waar nonkel Guy nog technisch directeur was. Achteraf bekeken had ik na Club Brugge meteen naar een tweedeklasser moeten vertrekken, maar dat weet je niet op voorhand.’

KV OOSTENDE 2011-2015

‘De eerste twee seizoenen waren schitterend. Eindronde, het jaar erna los kampioen en bijna alle wedstrijden gespeeld. De voorbereiding op ons eerste seizoen in eerste klasse liep ook goed. In de eerste competitiewedstrijden trok ik de lijn gewoon door, maar na drie basisplaatsen geraakte ik geblesseerd. Een maand out, net op het moment dat de nieuwe voorzitter, Marc Coucke, voor een serieuze kwaliteitsinjectie in het aanvallende compartiment had gezorgd. Nog amper gespeeld, meestal zelfs niet meer in de selectie…

‘Een heel moeilijke periode. Op vrijdag of maandag met de beloften in Leuven moeten spelen, niet vanzelfsprekend als je twee jaar titularis bent geweest. Als ik het jaar ervoor drie weken geblesseerd was, dan zette de trainer me na amper één training meteen opnieuw in de basis. Ik dacht bij mezelf: wat doe ik hier nog? Het stond voor negentig procent vast dat ik naar KSV Roeselare zou vertrekken. Niet omdat ik ontgoocheld was, maar in de eerste plaats om te kunnen spélen. Ik was 23 jaar, hé… Frederik Vanderbiest probeerde me te overtuigen om in Oostende te blijven. ‘Je zult nog kansen krijgen.’ Op training bleef ik hard werken, in play-off 2 geraakte ik na een paar matchen opnieuw in de basis. Als ik honderd procent fit ben, dan heb ik mijn waarde voor de ploeg, dat heb ik toen in de finale tegen Kortrijk bewezen.

‘Maar het seizoen erna begon ik opnieuw op de bank. Ik snapte de trainer wel. De nieuwe jongens – Fernando Canesin en Franck Berrier – hadden een heel sterk eerste seizoen gespeeld en onze start was goed, met onder andere winst op Standard. De trainer had geen enkele reden om zijn ploeg te wijzigen. Ik moet hem dankbaar zijn, want onder hem heb ik mij in tweede klasse kunnen ontwikkelen.

‘En uiteindelijk heeft hij zijn woord gehouden. Kort voor Nieuwjaar kreeg ik mijn kans, op bezoek bij Anderlecht, en ben ik op één match na niet meer uit de ploeg gegaan. Een goede periode, waardoor ik mijn contract met twee seizoenen kon verlengen. Geen seconde aan getwijfeld. Ik voelde toen al dat ik nog een serieuze progressiemarge had, wellicht zal ik lichamelijk pas rond mijn 28e aan mijn top zitten.

‘Vorig seizoen, toen Andile Jali naar de Afrika Cup was, speelde ik meestal op de 6, net zoals die twee seizoenen in tweede klasse. Iets te veel gele kaarten gepakt (20 in 105 officiële wedstrijden, nvdr), dat wel, want in duels was ik redelijk agressief. Nu sta ik opnieuw op de 10, mijn favoriete positie. Yves Vanderhaeghe wil dat ik vooruit voetbal en tussen de lijnen beweeg, zo veel mogelijk voor doel probeer te komen en met loopacties andere jongens in een vrije positie breng.

‘Waar kan ik momenteel beter zitten dan in Oostende? Ik ben al 25 jaar, ja, maar iedereen denkt dat ik jonger ben. Zelfs de trainers. (lacht) Elke dag hard werken, gedisciplineerd leven, op tijd zijn… Niet iedereen heeft de luxe om zo’n mooi beroep uit te oefenen. Ik zal ook mindere momenten hebben. Niemand kan dertig matchen top zijn, maar er zal altijd iemand met evenveel kwaliteiten klaarstaan.

‘Er zit meer voetbal en beweging in de ploeg, al zullen we nog efficiënter moeten zijn. Vorig seizoen hadden de aanvallende spelers meer vrijheid, terwijl hun rol op het veld nu duidelijker is omlijnd. Een geestig systeem, met vleugelbacks die hoog opkomen en voor een man-meersituatie moeten zorgen. Zoals het openingsdoelpunt tegen KV Mechelen. Jordan Lukaku die diep ging en de bal voor mijn voeten legde. Iedereen weet perfect wat de trainer verwacht. Ik denk dat we een mooi seizoen tegemoet gaan.’

DOOR CHRIS TETAERT – FOTO’S BELGAIMAGE – FRANK ABBELOOS

‘Bij Zulte Waregem durfde ik Hugo Broos niet aan te spreken, zó braaf was ik.’ MICHIEL JONCKHEERE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content