Vijf races leverde evenveel verschillende winnaars op.

Het nieuwe bandenreglement veranderde de formule 1 grondig. Niet meteen toen ze drie jaar geleden werd geïntroduceerd, die verplichting om beide bandentypes (zacht en hard) minstens een keer te gebruiken in de race. Wel sinds Pirelli twee jaar geleden het Japanse Bridgestone kwam vervangen als bandenleverancier in de formule 1.

In hun pogingen om de races boeiender te maken en ook meer inhaalmanoeuvres te zien, gaven Bernie Ecclestone en zijn technische denktank Pirelli de opdracht ervoor te zorgen dat het verschil tussen de tweede bandentypes heel groot zou zijn. Zodat de auto’s in de race niet altijd even snel zijn. Het minste dat we kunnen zeggen, is dat het lukte. Eindelijk wordt er ingehaald en de meeste races zijn spannend van start tot finish. Maar er is meer: het zachte rubbertype is zo ‘zacht’ dat de coureurs nu op sommige circuits die veeleisend zijn voor de banden proberen om zo veel mogelijk die banden op te sparen voor de race. Vorig weekend in Barcelona leidde dat ertoe dat Vettel, Schumacher en Rosberg in de derde en beslissende sessie van de kwalificaties geen rondje meer voluit gingen, en dus niet eens probeerden de poleposition te pakken. Beter wat verderop starten, maar meer verse banden klaar hebben, dachten ze.

Precies dat laatste lokte in Barcelona nogal wat kritiek uit bij sommige waarnemers. In de internationale pers, op het internet en zelfs in de paddock. Dat je er geen staat meer op kunt maken, op die F1 met het nieuwe bandenreglement. En ook dat de coureurs nu niet meer constant voluit kunnen gaan, want aan hun banden moeten denken.

De kritiek op de bandensituatie, die er niet alleen toe leidt dat de auto’s zich op ieder circuit anders gedragen maar ook in één en dezelfde race heel plots kunnen terugvallen omdat de banden net iets te veel gesleten zijn, stuurde ons in gedachten terug naar een paar jaar geleden. Toen de formule 1 werd gehekeld omdat er nooit eens werd ingehaald en de koersen telkens weer een soort snelle processie waren. Diegenen die toen aan de klaagmuur stonden, verwezen graag naar de Moto GP als grote voorbeeld. Daar werd tenminste ingehaald. En wist je nooit wie zou winnen. Precies wat de formule 1 vandaag is: geen mens die voor de race kan voorspellen wie zal winnen, en spektakelkoersen met veel inhaalmanoeuvres ook in de kop van het peloton.

De formule 1 was inderdaad nooit boeiender. De 27-jarige Venezolaan Pastor Maldonado onderstreepte dat vorige zondag nog eens, toen hij met zijn Williams-Renault over de finish rolde als vijfde verschillende winnaar in evenveel races. Vijf wedstrijden die ook telkens door een andere auto werden gewonnen. Het is van 1983 geleden dat we dat nog eens mochten beleven, met een titelstrijd tussen Alain Prost en Nelson Piquet, die tot de laatste meters van de laatste koers bleef spannen.

door Jo Bossuyt

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content