Terwijl Standard Europees tegen Zenit bloed, zweet en tranen plengde, nam het afscheid van Jean Nicolay, een monument.

Met spandoeken in de tribunes en een minuut applaus zorgde het publiek vorige woensdag voor een kippenvelmoment bij de aftrap van Standard-Zenit Sint Petersburg. Jonge fans applaudisseerden, terwijl de ouderen met vochtige ogen terugdachten aan Jean Nicolay.

Dat Standard een mythe is geworden, heeft het te danken aan Roger Claessen,wiens beeltenis nog altijd de hoofdtribune siert. Dat het een rijk palmares heeft, dankt het mede aan Jean Nicolay, ook weleens de Belgische Lev Jasjin genoemd, omdat hij net als de legendarische Russische doelman altijd in het zwart speelde én onverschrokken met het hoofd naar voren dook waar anderen niet eens hun voet durfden te zetten.

Zijn sportief palmares spreekt voor zich: 39 keer verdedigde Nicolay tussen 1958 en 1967 het doel van de Rode Duivels, driemaal werd hij Belgisch kampioen (1961, 1963 en 1969), een keer won hij de beker (1967) en tweemaal bereikte hij een halve finale in de Europacup. In 1963 was hij de eerste keeper en de eerste Waal die de Gouden Schoen won. Later werd Nicolay keeperstrainer bij Standard, de Rode Duivels, de Zwitserse nationale ploeg en… KV Mechelen, waar Michel Preud’homme hem er absoluut bij wilde toen hij van Luik naar Mechelen verhuisde.

Familiedrama

Achter de successen en zijn reputatie van onverschrokken en granieten doelman school echter een familiaal drama. Nicolay speelde namelijk niet als enige in de familie voor Standard. Er waren ook zijn broers Adolphe, een midvoor, en Toussaint, net als hij een keeper. Vandaag is La Famille des Rouches de verzamelnaam van de georganiseerde supportersfederatie van Standard, maar indertijd was het gezin Nicolay met drie voetballende broers de échte La Famille des Rouches.

Maar op die fameuze 9e september 1958 kwam het tot een breuk toen Standard zijn tweede Europese wedstrijd speelde, uit bij het Schotse Heart of Midlothian. Die avond koos de trainer van de Rouches om van keeper te wisselen en Toussaint te vervangen door Jean. Sinds die avond wisselden de twee broers geen woord meer en meden ze elkaar dertig jaar lang.

En dat allemaal omdat die bewuste avond in Schotland coach Géza Kalocsai besliste om de doelman (Toussaint) te verwijderen met wie Standard zijn eerste prijzen had gewonnen – eerst de beker (1954), dan de titel (1958) – en die vervolgens in de eerste Europese match uit de clubgeschiedenis tussen de palen had gestaan. Een wedstrijd die Standard bovendien met 5-1 won, die 3e september 1958 thuis tegen Heart of Midlothian.

Paarden

In 1998 kwam een einde aan dertig jaar stilte toen dit magazine Jean en Toussaint weer samenbracht in l’Elysée, toen het café van een andere Standardlegende, Leon Semmeling. Het was Semmeling die had aangedrongen op een reünie. Die avond zaten de broers voor het eerst weer aan eenzelfde tafel, om het verhaal te vertellen dat indertijd tot hun ruzie had geleid. We verzamelden een aantal fragmenten uit het emotionele interview.

Toussaint: “Onze ouders waren simpele werklieden. Dankzij het voetbal leerden we reizen, ontdekten we Europa. Maar ik vergeet nooit de moeilijke momenten die we tijdens de Tweede Wereldoorlog beleefden. Om de eindjes aan elkaar te knopen ging ik met mijn broer Adolphe in de streek van Aubel paarden opkopen, onder de neus van de Duitsers. Die verkochten we in Luik aan paardenhandelaars, die het vlees op de zwarte markt verkochten. Levensgevaarlijk, maar we hadden geen keus.”

Jean: “Je moest vals spelen om te overleven. Ik weet nog dat ik een paar keer gelogen heb om vrienden niet te verklikken. Als beloning kreeg ik peperbollen. Die waren veel geld waard tijdens de oorlog. Vader is in die periode aangehouden, als verzetsstrijder.”

Toussaint: “In mei 1944, toen hij uit Haspengouw terugkeerde. Hij werd naar Hannover gedeporteerd, dat op het einde van de oorlog gebombardeerd werd door de geallieerden. Hij kwam terug, maar ziek en gewond aan het hoofd. Twee jaar na de oorlog is vader overleden. Die belevenissen hebben ons hard gemaakt, ook voor het voetbal.”

Voetbal centraal

Toussaint: “Drie van de Nicolays hebben in het eerste elftal van Standard gespeeld: Adolphe, geboren in 1923, was een goeie midvoor. Later stond, van 1941 tot de transfer van Jean naar Daring Molenbeek in 1969, altijd een Nicolay in de basiself. Liefst 28 jaar lang. Onze vader en zijn broers voetbalden bij Bressoux en een oom, Jean, voetbalde tijdens de Eerste Wereldoorlog voor het Engelse Portsmouth.”

Jean: “Als jongeling betekende voetbal alles voor mij, ik was alleen maar met Standard bezig. Ik zou mijn vader en moeder bij wijze van spreken vermoord hebben om in de ploeg te komen.

“Toch had die keeperswissel anders kunnen gebeuren. In ons gezin stond voetbal centraal, maar het heeft de familie ook verdeeld, in leden die partij kozen voor mij of voor Toussaint.”

Toussaint: “Kalocsai heeft dat niet handig aangepakt, maar ook Roger Petit (de toenmalige sterke man van Standard, nvdr) had er een hand van weg om spelers tegen elkaar op te zetten.”

Jean: “We hadden beter moeten overeenkomen en samen op Sclessin moeten blijven. Toussaint vertrok helaas in 1960 naar Union Namur. Daarna hebben we elkaar amper nog gesproken. Ik ging niet meer langs bij de familieleden die voor hem kozen. Toussaint deed hetzelfde, jarenlang verloren we elkaar uit het oog.”

Toussaint: “Meer dan tien jaar heeft het geduurd eer er opnieuw contact was. Ik zag Jean voor het eerst terug aan het ziekbed van moeder, die wist dat ze zou sterven en erop aandrong dat ik hem zou opzoeken. Ik heb Jean toen gebeld. Later hadden we weer lange tijd geen contact meer, maar ik ben zijn carrière wel blijven volgen.

“Ik bewonderde Jean. Hij was volgens mij de beste Belgische keeper. Zonder Lev Jasjin zou hij in die tijd zelfs de beste ter wereld zijn geweest. Jean was een kampioen, dus helemaal op zichzelf ingesteld. Ik snap dat wel. Dat ik bij Standard ben weggegaan, was om te kunnen spelen. Namur was net naar tweede klasse gepromoveerd, ik kon er niet tegen als ik zelf niet in het doel stond. Op mijn manier was ik een even grote egoïst als Jean.”

DOOR PIERRE BILIC – BEELDEN BELGAIMAGE

“Ik zou mijn vader en moeder vermoord hebben om in de ploeg van Standard te staan.” Jean Nicolay

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content