De voorzitter van Moeskroen spreekt met de cijfers in de hand klare taal : ‘We mogen niet meer uitgeven dan er binnenkomt.’

In juli 2005 nam de advocaat EdwardVanDaele plaats in de voorzitterstoel van Excelsior Moeskroen als opvolger van burgemeester Jean-Pierre Detremmerie. En zijn eerste seizoen verliep allesbehalve rustig. Naast het vertrek van Roland Louf, het aan de kant schuiven van GeertBroeckaert, het ontslag van PaulPut voor zijn betrokkenheid bij de verdachte wedstrijden van Lierse, bezorgden vooral de moeilijkheden rond de licentie en de dreiging dat de club helemaal zou verdwijnen hem grote zorgen.

“Ik denk dat ik in één jaar zowat alles heb beleefd wat een clubvoorzitter in een hele normale carrière kan overkomen”, lacht hij. Maar daardoor laat hij zich duidelijk niet ontmoedigen. Hij wil er ook niet meer op terugkomen. De belangrijkste vraag is wat er moet gebeuren om dergelijke toestanden in de toekomst te vermijden.

“Het is zo simpel als pompwater : we mogen niet meer uitgeven dan er binnenkomt”, legt hij uit. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. “We hebben de jongste drie jaar een sterke vermageringskuur achter de rug. Het budget, dat meer dan tien miljoen euro bedroeg, werd teruggeschroefd tot zes miljoen euro. Sponsoring zorgt voor de helft van dat bedrag, de televisiegelden voor een kwart en de recettes, de merchandising en de cafetaria’s voor de resterende 25 procent. Rijsel, dat op 20 kilometer hier vandaan speelt, werkt met een budget van 40 à 50 miljoen euro, waarvan driekwart wordt gedekt door de televisierechten. Zo slaagt de club, die nochtans in een oubollig stadion aantreedt en weinig toeschouwers trekt, erin om een sleutelrol te spelen in Frankrijk. Maar goed, we moeten naar onszelf kijken. Nog meer besparen, op het sportieve en op andere vlakken, kan, maar we moeten ook zorgen dat we niet in een situatie komen waarin we nog vel over been zijn. Het is de plicht van een eersteklasser om sportieve ambities te blijven koesteren. En daarom is er een niveau waar we niet onder mogen zakken. Om te vermijden dat we nog meer in de kosten moeten snoeien, moeten we proberen de inkomsten op te drijven, maar net nu zit de conjunctuur niet mee.”

Zes miljoen euro

Sinds het afhaken van De Post in 2003, heeft Excel geen sponsor van die omvang meer gehad. “Van De Post kregen we zo’n 2 miljoen euro. Sinds een jaar is het bedrijf 02XA onze grootste sponsor, met een inbreng tussen 500.000 en 600.000 euro. Dat is al bij al vrij behoorlijk. Voor de rest hebben we vooral geprobeerd om kleine en middelgrote sponsors aan te trekken. Of dat zal volstaan om het opgestelde budget rond te krijgen, weet ik nu nog niet. We zijn immers nog met heel veel partijen in contact en kunnen dus nog een behoorlijk aantal overeenkomsten sluiten.”

Heeft de club de afgelopen jaren wel voldoende dynamiek aan de dag gelegd om potentiële sponsors te benaderen ? “Er is met het bedrijf Bi Event, dat dicht bij FrancisD’Haese staat, een commerciële cel opgericht. Francis moet niet langer instaan voor het financiële beheer van de club, zodat hij meer tijd heeft om zich op het commerciële aspect te concentreren. In heel de regio die voor ons interessant is – Zuid-Vlaanderen, het westelijke deel van Henegouwen en Noord-Frankrijk – probeert hij partnerships af te sluiten.”

Om het budget van zes miljoen euro in evenwicht te krijgen, zal de club nog hard moeten werken : “We hebben nog afbetalingsplannen aan het OCMW en voor de beroepsvoorheffing en wat achterstallige betalingen aan managers en tussenpersonen. Normaal moeten die problemen nog dit jaar van de baan zijn. Dan kunnen we met iets minder geld toch onze zelfde levensstandaard behouden.”

Oude schulden

“Voor onze schulden op korte en middellange termijn vragen we wat meer geduld aan onze leveranciers : in plaats van contant of op dertig dagen te betalen, betalen we nu op zestig à negentig dagen. De langetermijnschulden, die meer dan 7 miljoen euro bedroegen, zijn echter helemaal weggewerkt.”

Sommige andere clubs fronsten de wenkbrauwen toen ze van deze “abracadabra”-truc hoorden, maar Van Daele vindt dat niet terecht. “Waarom zou men jaloers zijn als een club met goed nieuws op de proppen komt ?” vraagt hij zich af. “Zelf juich ik toe dat de stad Gent de plaatselijke eersteklasser wil onderbrengen in een fonkelnieuw stadion en ook een krediet toestaat van 22 miljoen euro. Zonder rechtstreekse of onrechtstreekse hulp van de overheid kan geen enkele eersteklasser overleven. Alles moet wel wettelijk en transparant verlopen. En bij ons is dat ook het geval geweest. De schulden voor twee leningen van sponsors en particuliere partners aan ExcelFoot zijn kwijtgescholden. Twee leningen op tien jaar van de intercommunale IEG, respectievelijk voor bedragen van 1,86 miljoen en 2 miljoen euro, werden omgezet in sponsoring. Daar is nog wel wat betwisting rond, maar ik maak me sterk dat we het probleem snel zullen kunnen oplossen.”

De licentiecommissie zal in oktober al een controle uitvoeren. “We moeten in ieder geval een kwartaalbalans voorleggen en bewijzen dat we de afbetalingsplannen strikt respecteren. Dat stoort me niet, op voorwaarde dat alle clubs aan dezelfde verplichtingen moeten voldoen en dat de gegevens worden overgemaakt aan een extern auditcomité in plaats van aan onze rechtstreekse concurrenten in de eerste klasse. Permanente controle is geen slechte zaak op voorwaarde dat men er een evenwicht in vindt : het geeft geen pas om meer tijd te besteden aan verslag uitbrengen over het beheer dan aan het beheer zelf.” De besparingsdrang zorgt ervoor dat er geen dure transfers meer zullen komen. “Ook salarissen zoals in de tijd van MboMpenza, NenadJestrovic of MarcinZewlakow zullen er niet meer bij zijn. Zoals andere clubs zullen we elk seizoen jong talent moeten opsporen, dat we dan wellicht niet lang bij ons zullen kunnen houden. Maar als we een redelijke vergoeding willen krijgen, moeten we een financiële buffer opbouwen. Anders zullen andere clubs van onze situatie profiteren door bijvoorbeeld maar 500.000 euro te betalen voor een speler die een stuk meer waard is.”

Stuntprijzen

In een interview met Le Soir zou de voorzitter verklaard hebben dat de club opnieuw in moeilijkheden zou komen als er niet gemiddeld vijf- à zesduizend toeschouwers komen kijken. Maar in de openingsmatch tegen Cercle waren er volgens de club maar drieduizend kijkers. Dat ziet er dus niet zo best uit. “Het cijfer dat ik naar voor schoof, is wenselijk maar niet levensnoodzakelijk. Het zou wel goed zijn om opnieuw de sfeer van vroeger in het stadion te krijgen. In dat verband overwegen we om de “kop” weer van achter het doel naar de zijkant te verhuizen, zoals in onze eerste twee seizoenen in eerste. Dat er tegen Cercle weinig volk was, had ook te maken met de vakantieperiode en met het feit dat de abonnementenwerving door de problemen om de licentie te halen laat op gang was gekomen. Ik wanhoop niet. Bij de laatste match van vorig seizoen, tegen Genk, boden we tickets aan voor 1 euro en toen zat het stadion zo goed als vol. De prijs speelt dus wel degelijk een rol voor onze fans. Daarom plannen we binnenkort opnieuw acties met stuntprijzen.”

DANIEL DEVOS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content