Bart Swings is na zijn knappe vierde plaats in de vijf kilometer, opnieuw aan het trainen in zijn voorbereiding op de 1.500m.
Bart Swings is na zijn knappe vierde plaats in de vijf kilometer, opnieuw aan het trainen in zijn voorbereiding op de 1.500m van 15 februari op de Winterspelen in Sotsji. “Fysiek en technisch was het in de 5.000m allemaal in orde, dus werk ik met vertrouwen naar zaterdag toe”, vertelde de bijna 23-jarige Leuvenaar nadien in de catacomben van de Adler Arena. “Zondag heb ik losgefietst en daarna ben ik natuurlijk voor Jelena (Peeters, nvdr.) komen supporteren. Het viel me op hoeveel positieve reacties ik gekregen heb en daar ben ik wel blij om. Ik ben er vol voor gegaan en dan is het natuurlijk jammer als je net naast het podium grijpt.
Twijfel over Sven Kramer op 1.500m
Verder heb ik vooral gerust, want er komt nog een belangrijke week aan. Voor de rest wordt het afwachten wie er top zal zijn in de 1.500m. Van de Nederlanders weet je dat ze er zullen staan”, blikte Swings al even vooruit. Opvallend, Swings werkte in de Adler Arena samen met Sven Kramer een training af. Kramer vertelde nadien aan de Nederlandse pers dat hij twijfelt of hij wel in de 1.500m zal starten. Hij wil zijn 10.000m immers niet in het gedrang brengen. “Ik heb ook gehoord dat hij twijfelt aan zijn deelname aan de 1.500m, maar in zijn plaats zou Jan Blokhuijsen rijden. Zoveel verschil maakt dat nu ook weer niet. Er is heel veel concurrentie op die afstand.”
Jelle Spruyt staat als een van de coaches aan de zijde van zijn jeugdvriend Bart Swings. “Als alles lukt, kan hij hoog eindigen in de 1.500m”, blikte Jelle Spruyt na de duurtraining al even vooruit. “Zijn vierde plaats van zaterdag geeft Bart natuurlijk wel vertrouwen. De rest schaatst goed, maar wij schaatsen ook goed. We moeten echter opletten, want in de vijf kilometer heb je wat meer speling. Als je in de 1.500 meter een fout maakt, is de kans zeer groot dat het gedaan is.”
Jelle Spruyt: ‘Het wachten is het ergste’
Jelle Spruyt blikte ook nog even terug op de wedstrijd van afgelopen zaterdag. “Bart had weinig stress voor de start van de vijf kilometer, terwijl Bart Veldkamp en ik toch wat zenuwachtiger waren. Voor de start is het altijd wat afwachten. We hadden de eerste tijden gezien en daarin vielen er toch heel wat tegen. Dan begin je jezelf natuurlijk heel wat vragen te stellen. Of het niet zwaarder dan verwacht zou zijn, of het niet zou tegenvallen? Het wachten is het ergste, maar eens de start gegeven is, ben je natuurlijk enkel nog met Bart bezig. Achteraf besefte hij dat hij er dichtbij was, maar hij heeft het maximum gegeven en dan moet je gewoon tevreden zijn.” (Belga/INM)
