Morgen begint in het Kuipke de zesdaagse van Gent. Zonder Iljo Keisse. De schijnwerpers zijn ditmaal gericht op Kenny De Ketele.
Een zesdaagse met of zonder Keisse, voor de pistier van Oudenaarde verandert het echter niet veel. “De journalisten stellen mij nog altijd meer vragen over Iljo dan over mezelf”, vertelt De Ketele in Sport/Voetbalmagazine.
“Zelf ben ik er ook niet op gefixeerd om nu ineens een staatsgreep te plegen op Iljo’s troon van publiekslieveling. In Gent zal er gekoerst en veel bier gedronken worden en er zal ambiance zijn. Zoals ieder jaar dus.”
Keisse won de eerste twee zesdaagsen dit najaar. “Het enige wat verandert voor Gent, is dat de topfavoriet er niet bij is. Daardoor wordt het misschien meer een open wedstrijd”, denkt De Ketele, die samen met Keisse onlangs Europees kampioen ploegkoers werd. “Andere koppels zullen nu de wedstrijd moeten dragen.”
Met de Duitse tank Robert Bartko krijgt De Ketele de zesdaagsenkoning van vorige winter aan zijn zij. “Robert is misschien wel de sterkste van het hele pak”, zegt de Oost-Vlaming. “Belangrijk is dat hij al twee keer won in Gent. Hij kent dus ’t Kuipke: een kleine, supertechnische en daardoor toch unieke piste. We missen allebei wel wat intrinsieke snelheid. Maar die handicap moeten we kunnen compenseren in de onderdelen van langere adem. De zesdaagse kan je ook met een ronde voorsprong winnen.”
De droompartner kreeg hij dus. Toch probeert De Ketele zich op de vlakte te houden over zijn winstkansen. “Ik zou kunnen roepen dat we topfavoriet zijn, maar dan is het aan ons om vanaf de eerste avond de wedstrijd te domineren en de ploegen terug te halen die een ronde proberen te pakken.”
“We kunnen maar beter de eerste dagen de kat uit de boom kijken, zoals de andere ploegen allicht ook zullen doen. Het zou me niet verbazen als er in de allerlaatste ploegkoers nog vijf koppels aanspraak maken op de overwinning, net als vorig jaar.” (BVC)
